ECLI:NL:RBAMS:2016:9961

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
19 augustus 2016
Publicatiedatum
8 maart 2018
Zaaknummer
4888961 CV EXPL 16-8083
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Proceskostenveroordeling
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing van vordering tot betaling van gerestitueerde luchthavenbelastingen en brandstoftoeslagen door reisbureau na annulering van reis door passagiers

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Amsterdam op 19 augustus 2016 uitspraak gedaan in een geschil tussen de commanditaire vennootschap Re-Fund.Com C.V. (eiseres) en Vamonos Travels B.V. (gedaagde). De zaak betreft een vordering tot betaling van gerestitueerde luchthavenbelastingen en brandstoftoeslagen die Vamonos heeft ontvangen na annulering van een groepsreis door de verzekerde passagiers van Re-Fund. De eiseres vorderde een bedrag van € 1.584,04 aan hoofdsom, vermeerderd met wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten. De rechtbank heeft vastgesteld dat Vamonos de bedragen heeft ontvangen van de luchtvaartmaatschappij Iberia en dat de werkelijke annuleringskosten lager waren dan de in rekening gebrachte kosten. Vamonos heeft de vordering betwist, maar de rechtbank oordeelde dat Re-Fund als lasthebber gerechtigd was om de procedure te voeren en dat de vordering toewijsbaar was. De rechtbank heeft Vamonos veroordeeld tot betaling van in totaal € 1.821,10 aan Re-Fund, inclusief proceskosten en wettelijke rente. Dit vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
zaaknummer: 4888961 CV EXPL 16-8083
vonnis van: 19 augustus 2016
fno.: 21925

vonnis van de kantonrechter

I n z a k e

de commanditaire vennootschap Re-Fund.Com C.V.

gevestigd te [woonplaats]
eiseres
nader te noemen: Re-Fund
gemachtigde: [gemachtigde]
t e g e n

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

Vamonos Travels B.V.
gevestigd te [woonplaats]
gedaagde
nader te noemen: Vamonos
vertegenwoordigd door [vertegenwoordiger]

VERLOOP VAN DE PROCEDURE

De kantonrechter heeft acht geslagen op de volgende processtukken en proceshandelingen:
  • de dagvaarding van 3 maart 2016 met producties;
  • het proces-verbaal van het mondelinge antwoord;
  • het instructievonnis van 29 april 2016;
  • de conclusie van repliek;
  • de conclusie van dupliek;
  • de dagbepaling van het vonnis.

GRONDEN VAN DE BESLISSING

Feiten

1. Als enerzijds gesteld en anderzijds erkend of niet (voldoende) weersproken, alsmede op grond van de overgelegde en in zoverre niet bestreden inhoud van de bewijsstukken, staat in dit geding het volgende vast:
1.1.
In het voorjaar 2015 hebben [partij 1] (hierna: [partij 1] tezamen) samen met [partij 2] bij Vamonos een groepsreis naar [bestemming] geboekt.
1.2.
[partij 1] heeft een doorlopende annuleringsverzekering afgesloten bij Europeesche verzekeringen NV (hierna: Europeesche)
1.3.
Op 6 mei 2015 hebben [partij 1] de onder 1.1. genoemde reis geannuleerd.
1.4.
Op 6 mei 2015 heeft Vamonos € 11.358,50 aan annuleringskosten bij [partij 1] in rekening gebracht. Onderaan de factuur staat dat Vamonos is aangesloten bij ANVR.
1.5.
Artikel 12.4 van de ANVR-Consumentenvoorwaarden luidt als volgt:
“De reiziger die de reis annuleert, is gehouden de annuleringskosten conform het bepaalde in de vorige leden te voldoen, tenzij hij aannemelijk maakt dat de schade van de reisorganisator lager is uitgevallen. In dat geval zal de reisorganisator deze lagere schade in rekening brengen. Onder schade wordt verstaan geleden verlies en gederfde winst.”
1.6.
Europeesche heeft op 5 juni 2015 aan [partij 1] bericht dat een bedrag van € 5.678,00 (naar de rechter aanneemt: per persoon) wordt vergoed. Bij de toelichting op de uitkering staat het volgende: “Wij vergoeden het volledige ticket. Voor de betaalde belastingen vragen wij een refund aan bij de luchtvaartmaatschappij. Hiervoor hebben wij de hulp ingeroepen van Re-fund.com. Het is mogelijk dat de luchtvaartmaatschappij de refund rechtstreeks aan u vergoedt. In dat geval zal Re-fund.com het bedrag voor ons aan u terugvragen. Reissom = E 10914,50 + E 92 + E 352 = EUR 11.358,50 minus EUR 2.50 calamiteitenfonds = EUR 11.356 x 2/4 verzekerde personen = EUR 5.678,-“.
1.7.
De geannuleerde vlucht zou zijn verzorgd door Iberia S.A. (hierna: Iberia).
1.8.
Ingevolge een uitdraai van Billing and Settlement Plan (hierna: BSP) bestaat de ‘refund’ uit een ‘Cash Amount’ van € 401,00, een bedrag aan Taxes van
€ 541,02, verminderd met een bedrag aan ‘Cancellation Fees’ van € 150,00. De ‘Balance Payable by Airline’ bedraagt € 792,02.
1.9.
Op 5 oktober 2015 heeft Re-fund Vamonos per e-mail verzocht de ontvangen bedragen terug te betalen.
1.10.
Vamonos heeft hierop op 6 oktober 2015 afwijzend gereageerd.
1.11.
Re-fund heeft bij brief van 11 december 2015 Vamonos tot betaling van het onder 1.8. genoemde bedrag aangemaand en medegedeeld dat bij het uitblijven van een betaling buitengerechtelijke incassokosten in rekening kunnen worden gebracht.
1.12.
Europeesche heeft op 12 januari 2016 een verklaring ondertekend waarin staat dat zij als lastgever aan Re-fund als lasthebber de last heeft overgedragen om voor rekening van Europeesche zij het op eigen naam Vamonos te dagvaarden voor een zitting van de kantonrechter Amsterdam voor een vordering tot betaling van gerestitueerde luchthavenbelastingen en brandstoftoeslagen die Vamonos heeft ontvangen nadat bij de lastgever verzekerde passagiers hun reis hadden geannuleerd.

Vordering en verweer

2. Re-fund vordert dat Vamonos veroordeeld zal worden tot betaling van € 1.584,04 aan hoofdsom, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 26 december 2015 tot aan de voldoening, € 237,06 aan buitengerechtelijke incassokosten en de proceskosten.
3. Re-fund stelt hiertoe dat de vordering ziet op de restitutiebetaling die Vamonos heeft ontvangen van Iberia vanwege de annulering door [partij 1] Uit het BSP blijkt dat Vamonos twee maal € 541,02 aan luchthavenbelasting en € 401,00 aan cash refund, verminderd met € 150,00 aan cancellation fee heeft ontvangen. De werkelijke annuleringskosten van Vamanos als reisorganisator waren hierdoor lager dan de gefactureerde kosten. Uit artikel 12.4 van de toepasselijke ANVR-voorwaarden volgt dat de reiziger het overschot kan terugvorderen.
4. Vamonos verweert zich tegen de hoogte van de vordering en voert aan dat het gevorderde bedrag aan luchthavenbelasting niet € 792,02 (per persoon) is maar € 541,02. Vamonos betwist ook dat Re-fund namens zijn twee voormalige klanten gerechtigd is de luchthavenbelasting terug te vorderen. Vamonos stelt dat luchtvaartmaatschappijen nooit aan agenten restitueren. Vamonos stelt verder dat [partij 1] afstand hebben gedaan van hun vermeende vordering tot terugbetaling van lagere annuleringskosten. Het moet bij subrogatie gaan om een bestaande vordering van de verzekerde reiziger op de touroperator. Een verhaal zoekende verzekeraar heeft niet meer rechten dan de verzekerde reiziger zelf had. Nu de reiziger geen vordering heeft (of afstand heeft gedaan van een - vermeende - vordering op de touroperator) kan de verzekering niet in enig recht van de verzekerde reiziger treden.

Beoordeling

5. Uit de door Re-fund overgelegde door Europeesche ondertekende verklaring van lastgeving blijkt dat Re-fund als lasthebber gerechtigd is de onderhavige procedure te voeren.
6. Het eerst bij dupliek gevoerde verweer dat de restitutiebetaling door Iberia aan Vamonos “onzin” is, is niet alleen tardief maar ook onvoldoende gemotiveerd tegenover de door Re-fund overgelegde BSP-uitdraai waaruit de restitutiebetaling van
2 x € 792,02 (en niet € 541,02) blijkt. Rechtens wordt derhalve uitgegaan van de juistheid daarvan.
7. De stelling van Vamonos dat niet Re-fund maar enkel de verhaal halende reiziger zich op terugbetaling van de in rekening gebrachte luchthavenbelasting kan beroepen, heeft Vamonos niet verder onderbouwd. Er is geen rechtsregel die daartoe noopt.
8. Voor zover relevant blijkt verder uit niets dat [partij 1] afstand hebben gedaan van hun vorderingsrecht tot terugbetaling van de luchthavenbelasting. Zo al Vamonos heeft beoogd zich te beroepen op artikel 7:962 BW wordt overwogen dat in de onderhavige situatie niet is gebleken dat Re-fund als lasthebber van Europeesche de vordering, waarin de Europeesche is gesubrogeerd, ten nadele van het recht op schadevergoeding van de verzekerde uitoefent. Het verweer van Vamonos slaagt niet.
9. Uit het vorenstaande volgt dat de vordering voor wat betreft de hoofdsom toewijsbaar is.
10. Vamonos heeft de buitengerechtelijke incassokosten en de wettelijke rente niet afzonderlijk betwist. Gelet op de ter zake overgelegde correspondentie en de voor de incassokosten geldende staffel komen deze bedragen de kantonrechter niet onjuist voor, zodat die tevens zullen worden toegewezen.
11. Vamonos zal als de in het ongelijk gestelde partij in de kosten van de procedure worden veroordeeld.

Beslissing

veroordeelt Vamonos tot betaling aan Re-fund van € 1.821,10, waarvan € 1.584,04 vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 26 december 2015 tot aan de dag van voldoening;
veroordeelt Vamonos in de kosten van de procedure aan de zijde van Re-fund
gevallen, tot op heden begroot op:
- voor verschuldigd griffierecht
471,00
- voor het exploot van dagvaarding
82,54
- voor salaris van gemachtigde
300,00
totaal:
853,54
één en ander, voor zover verschuldigd, inclusief BTW;
veroordeelt Vamonos tot betaling van een bedrag van € 50,00 aan nasalaris, te verhogen met een bedrag van € 68,00 onder de voorwaarde dat betekening van het vonnis heeft plaatsgevonden en Vamonos niet binnen 14 dagen na aanschrijving vrijwillig aan het vonnis heeft voldaan, een en ander voor zover van toepassing inclusief BTW;
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. F.J. Lourens, kantonrechter, en op 19 augustus 2016 in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier.