In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 7 december 2016 uitspraak gedaan in een geschil tussen Omega Diamonds BVBA en Delta Lloyd Schadeverzekering N.V. over een autoverzekering. Omega Diamonds, een groothandel in diamanten, had via een tussenpersoon een autoverzekering afgesloten voor een Land Rover. Na diefstal van het voertuig weigerde Delta Lloyd de schadevergoeding te betalen, omdat Omega Diamonds naar hun mening de mededelingsplicht had geschonden door niet te antwoorden op vragen over het strafrechtelijk verleden van de bestuurders. Omega Diamonds betwistte dit en stelde dat er geen opzet tot misleiding was. De rechtbank oordeelde dat Delta Lloyd niet kon bewijzen dat er sprake was van opzet tot misleiding en dat de verzekeringsovereenkomst niet opgezegd kon worden. Delta Lloyd werd veroordeeld om een schadevergoeding van € 92.547,60 te betalen aan FFS, de eigenaar van het voertuig, en in de proceskosten van Omega Diamonds. De vorderingen van Delta Lloyd in reconventie werden afgewezen.