Op 29 december 2016 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een meervoudige strafzaak tegen een verdachte, geboren in 1958 en zonder vaste woon- of verblijfplaats in Nederland. De zaak betreft meerdere winkeldiefstallen, gepleegd in vereniging, waarbij de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan diefstal van kledingstukken en levensmiddelen bij verschillende winkels, waaronder Albert Heijn, H&M en Hema. De rechtbank heeft de zaken, die onder de parketnummers 13/684391-16, 13/701770-15 en 13/701116-15 zijn aangebracht, gevoegd behandeld. Tijdens de zitting op 15 december 2016 is het bewijs besproken, waarbij de officier van justitie de feiten wettig en overtuigend bewezen achtte, terwijl de verdediging zich op het standpunt stelde dat de verdachte goed meewerkte aan begeleiding en behandeling.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zich in een neerwaartse spiraal bevond door persoonlijke omstandigheden, zoals het verlies van zijn woning en werk. De reclassering heeft geadviseerd om geen ISD-maatregel op te leggen, maar wel bijzondere voorwaarden te stellen. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 120 dagen, waarvan 72 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar. Daarnaast is een taakstraf van 100 uren opgelegd, met vervangende hechtenis van 50 dagen indien deze niet naar behoren wordt verricht. De rechtbank heeft de verdachte verplicht om mee te werken aan reclasseringstoezicht en begeleiding, en heeft de voorwaarden voor zijn gedrag tijdens de proeftijd vastgesteld.