ECLI:NL:RBAMS:2016:8960
Rechtbank Amsterdam
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot wraking van rechters in strafzaak niet-ontvankelijk verklaard
In deze zaak hebben verzoekers op 26 oktober 2016 een wrakingsverzoek ingediend tegen de rechters die hun strafzaak behandelden. Het verzoek is gedaan op grond van de vrees voor partijdigheid van de rechters, naar aanleiding van hun afwijzing van getuigenverzoeken tijdens een regiezitting op 4 oktober 2016. De rechtbank heeft echter vastgesteld dat de betrokken rechters de strafzaak van verzoekers niet meer in behandeling hebben, waardoor zij geen bemoeienis meer hebben met de zaak. De rechtbank oordeelt dat de bepalingen omtrent wraking zijn bedoeld om te waarborgen dat partijen hun zaak voor een onpartijdige rechter kunnen brengen. Aangezien de rechters geen verdere taak of bevoegdheid meer hebben in de strafzaak, hebben verzoekers geen belang bij het wrakingsverzoek. De rechtbank verklaart hen daarom niet-ontvankelijk in hun verzoek tot wraking. De beslissing is genomen door de wrakingskamer van de Rechtbank Amsterdam op 11 november 2016, waarbij de voorzitter en twee leden van de rechtbank aanwezig waren. Tegen deze beslissing staat geen voorziening open op grond van artikel 515 lid 5 van het Wetboek van Strafvordering.