In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Amsterdam op 9 december 2016 uitspraak gedaan in een geschil tussen de besloten vennootschap International Card Services B.V. (ICS) en een gedaagde die woonachtig is in Spanje. ICS had een vordering ingesteld tegen de gedaagde, maar de kantonrechter heeft zich onbevoegd verklaard om kennis te nemen van deze vordering. De gedaagde had in een eerdere procedure zijn onbevoegdheid ingeroepen, en de kantonrechter heeft geoordeeld dat de EEX-verordening van toepassing is. Volgens deze verordening moet de gedaagde in zijn woonplaats worden gedagvaard, en in dit geval was dat Spanje. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er geen uitzonderingen van toepassing waren die de bevoegdheid van de Nederlandse rechter zouden rechtvaardigen. De kantonrechter heeft ook overwogen dat de forumkeuze die ICS aanvoerde niet geldig was, omdat deze niet was gemaakt na het ontstaan van het geschil. De uitspraak concludeert dat ICS in de proceskosten wordt veroordeeld, maar dat de kosten aan de zijde van de gedaagde op nihil worden begroot, aangezien hij geen bijzondere kosten heeft gemaakt om verweer te voeren.