5.Bewezenverklaring
De rechtbank acht, op grond van de wettige bewijsmiddelen die in bijlage II van dit vonnis zijn opgenomen en de in rubriek 4.3. vervatte bewijsoverwegingen, bewezen dat verdachte,
ten aanzien van het onder 1 ten laste gelegde,
zaaksdossiers [naam bedrijf 1 BV] , [naam 1] en [naam 2]
in de periode va 19 juni 2008 tot en met 30 september 2008 en in de periode van 10 augustus 2010 tot en met 16 juni 2011 in Nederland, meermalen opzettelijk gebruik heeft gemaakt van valse facturen, te weten:
A. zaaksdossier [naam bedrijf 1 BV]
- een factuur d.d. 10 augustus 2010 ad 1.075 euro afkomstig van [naam bedrijf 1 BV] en gericht aan [naam bedrijf 1 Ltd] (rubriek 8.1.5, p. 21) en
- een factuur d.d. 14 februari 2011 ad 1.520 euro afkomstig van [naam 1] en gericht aan [naam bedrijf 1 Ltd] (rubriek 8.2.1, p. 24) en
- een factuur d.d. 19 juni 2008 ad 3.750 euro afkomstig van [naam 2] en gericht aan [naam bedrijf 1 Ltd] (rubriek 8.13.3, p. 14)
telkens zijnde geschriften die bestemd zijn om tot bewijs van enig feit te dienen, bestaande die valsheid hierin dat
Ad A zaaksdossier [naam bedrijf 1 BV]
- in strijd met de waarheid op die factuur vermeld staat dat [naam bedrijf 1 Ltd] het gefactureerde bedrag verschuldigd is aan [naam bedrijf 1 BV] in verband met 'Tech fund voor [naam bedrijf 1 Ltd] acceptatie', terwijl het gefactureerde bedrag in werkelijkheid betrekking heeft op een Apple iPhone 4G 32GB en
Ad B zaaksdossier [naam 1]
- in strijd met de waarheid op die factuur vermeld staat dat [naam bedrijf 1 Ltd] het gefactureerde bedrag verschuldigd is aan [naam 1] in verband met ' [naam event 1] ', terwijl het gefactureerde bedrag in werkelijkheid betrekking heeft op een kerstdiner dat verdachte tezamen met zijn toenmalige vrouw en kinderen en de heer [medeverdachte] en diens vrouw en kinderen heeft genuttigd en
Ad C zaaksdossier [naam 2]
- in strijd met de waarheid op die factuur vermeld staat dat [naam bedrijf 1 Ltd] het gefactureerde bedrag verschuldigd is aan [naam 2] in verband met 'signing fund', terwijl het gefactureerde bedrag in werkelijkheid betrekking heeft op twee tickets voor de voetbalwedstrijd Nederland - Rusland en een verblijf van twee nachten in het viersterren Hotel [naam hotel] ,
en bestaande dat gebruikmaken hierin dat hij, verdachte, die valse facturen bij het administratiekantoor van [naam bedrijf 1 Ltd] heeft ingediend ter betaling, zodat de geldbedragen vermeld op die facturen betaalbaar zouden worden gesteld aan [naam bedrijf 1 BV] en [naam 1] en [naam 2] ,
terwijl hij wist dat die geschriften bestemd waren voor gebruik als ware zij telkens echt en onvervalst,
in de periode van 19 juni 2008 tot en met 30 september 2008 en in de periode van 10 augustus 2010 tot en met 16 juni 2011 in Nederland, meermalen valse facturen, te weten:
A. zaaksdossier [naam bedrijf 1 BV]
- een factuur d.d. 10 augustus 2010 ad 1.075 euro afkomstig van [naam bedrijf 1 BV] en gericht aan [naam bedrijf 1 Ltd] (rubriek 8.1.5, p. 21) en
- een factuur d.d. 14 februari 2011 ad 1.520 euro afkomstig van [naam 1] en gericht aan [naam bedrijf 1 Ltd] (rubriek 8.2.1, p. 24) en
- een factuur d.d. 19 juni 2008 ad 3.750 euro afkomstig van [naam 2] en gericht aan [naam bedrijf 1 Ltd] (rubriek 8.13.3, p. 14)
telkens zijnde geschriften die bestemd zijn om tot bewijs van enig feit te dienen, valselijk heeft opgemaakt, immers heeft verdachte telkens valselijk en in strijd met de waarheid:
Ad A zaaksdossier [naam bedrijf 1 BV]
- op die factuur vermeld dat [naam bedrijf 1 Ltd] het gefactureerde bedrag verschuldigd is aan [naam bedrijf 1 BV] in verband met 'Tech fund voor [naam bedrijf 1 Ltd] acceptatie', terwijl het gefactureerde bedrag in werkelijkheid betrekking heeft op een Apple iPhone 4G 32GB en
Ad B zaaksdossier [naam 1]
- op die factuur vermeld dat [naam bedrijf 1 Ltd] het gefactureerde bedrag verschuldigd is aan [naam 1] in verband met ' [naam event 1] ', terwijl het gefactureerde bedrag in werkelijkheid betrekking heeft op een kerstdiner dat verdachte tezamen met zijn toenmalige vrouw en kinderen en de heer [medeverdachte] en diens vrouw en kinderen heeft genuttigd en
Ad C zaaksdossier [naam 2]
- op die factuur vermeld dat [naam bedrijf 1 Ltd] het gefactureerde bedrag verschuldigd is aan [naam 2] in verband met 'signing fund', terwijl het gefactureerde bedrag in werkelijkheid betrekking heeft op twee tickets voor de voetbalwedstrijd Nederland - Rusland en een verblijf van twee nachten in het viersterren Hotel [naam hotel] ,
zulks telkens met het oogmerk om die geschriften als echt en onvervalst te gebruiken en door anderen te doen gebruiken;
ten aanzien van het onder 2 ten laste gelegde,
zaaksdossier [naam bedrijf 2 BV]
in de periode van 1 april 2010 tot en met 31 augustus 2010 in Nederland opzettelijk gebruik heeft gemaakt van een valse factuur, te weten:
- een factuur d.d. 19 april 2010 ad 3.262,50 euro afkomstig van [naam bedrijf 2 BV] en gericht aan [naam bedrijf 1 Ltd] (rubriek 8.3.13)
zijnde een geschrift dat bestemd is om tot bewijs van enig feit te dienen, bestaande die valsheid hierin dat
- in strijd met de waarheid op die factuur vermeld staat dat [naam bedrijf 1 Ltd] het gefactureerde bedrag verschuldigd is aan [naam bedrijf 2 BV] in verband met '25% installment fee [stichting 2] supply chain financing',
en bestaande dat gebruikmaken hierin dat hij, verdachte, die valse factuur bij het administratiekantoor van [naam bedrijf 1 Ltd] heeft ingediend ter betaling, zodat het geldbedrag vermeld op die factuur betaalbaar zou worden gesteld aan [naam bedrijf 2 BV] ,
terwijl hij wist dat dit geschrift bestemd was voor gebruik als ware het echt en onvervalst,
op in de periode van 1 april 2010 tot en met 31 augustus 2010 in Nederland een valse factuur, te weten
- een factuur d.d. 19 april 2010 ad 3.262,50 euro afkomstig van [naam bedrijf 2 BV] en gericht aan [naam bedrijf 1 Ltd] (rubriek 8.3.13),
zijnde een geschrift dat bestemd is om tot bewijs van enig feit te dienen, valselijk heeft opgemaakt, immers heeft verdachte valselijk en in strijd met de waarheid op die factuur vermeld dat [naam bedrijf 1 Ltd] het gefactureerde bedrag verschuldigd is aan [naam bedrijf 2 BV] in verband met '25% installment fee [stichting 2] supply chain financing',
zulks met het oogmerk om dat geschrift als echt en onvervalst te gebruiken en door anderen te doen gebruiken;
ten aanzien van het onder 3 ten laste gelegde,
zaaksdossier Hypotheekfraude
in de periode van 1 september 2010 tot en met 28 februari 2011 in Nederland opzettelijk gebruik heeft gemaakt van valse inkomensdocumenten, te weten:
A. een werkgeversverklaring van [naam bedrijf 1 Ltd] d.d. 20 september 2010 (rubriek 8.18.1, p. 38) en
B. een arbeidsovereenkomst van [naam event 2] d.d. 10 november 2010 (rubriek 8.18.3, p. 43-45),
zijnde geschriften die bestemd waren om tot bewijs van enig feit te dienen, bestaande die valsheid hierin dat
- die werkgeversverklaring voorzien is van een handtekening die moest doorgaan voor de handtekening van [persoon 3] , terwijl die [persoon 3] haar handtekening niet onder dat geschrift heeft geplaatst en terwijl die [persoon 3] ook niet de bevoegdheid had om dat geschrift te ondertekenen en
- in strijd met de waarheid in die werkgeversverklaring vermeld staat dat [persoon 3] Manager Global Merchant Services is en
- die arbeidsovereenkomst voorzien is van een handtekening die moest doorgaan voor de handtekening van [persoon 4] , terwijl die [persoon 4] zijn handtekening niet onder dat geschrift heeft geplaatst en terwijl die [persoon 4] op het moment van ondertekening ook niet bevoegd was om dat geschrift te ondertekenen aangezien hij per 31 augustus 2010 niet langer in dienst was bij [naam event 2] ,
en bestaande dat gebruikmaken hierin dat hij, verdachte, die valse inkomensdocumenten heeft verstrekt aan ABN AMRO Hypotheken Groep B.V. ter verkrijging van een hypothecaire geldlening, terwijl hij wist dat die geschriften bestemd waren voor gebruik als ware zij echt en onvervalst,
in de periode van 1 september 2010 tot en met 28 februari 2011 in Nederland valse inkomensdocumenten, te weten:
A. een werkgeversverklaring van [naam bedrijf 1 Ltd] d.d. 20 september 2010 (rubriek 8.18.1, p. 38) en
B. een arbeidsovereenkomst van [naam event 2] d.d. 10 november 2010 (rubriek 8.18.3, p. 43-45),
zijnde geschriften die bestemd zijn om tot bewijs van enig feit te dienen, valselijk heeft opgemaakt, immers heeft verdachte:
- op die werkgeversverklaring een handtekening geplaatst die moest doorgaan voor de handtekening van [persoon 3] en
- in strijd met de waarheid in die werkgeversverklaring vermeld dat [persoon 3] Manager Global Merchant Services is en
- op die arbeidsovereenkomst een handtekening geplaatst die moest doorgaan voor de handtekening van [persoon 4] ,
zulks met het oogmerk om die geschriften als echt en onvervalst te gebruiken en door anderen te doen gebruiken;
ten aanzien van het onder 4 ten laste gelegde,
zaaksdossier Hypotheekfraude
in de periode van 1 september 2010 tot en met 28 februari 2011 in Nederland met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen door listige kunstgrepen ABN AMRO Hypotheken Groep B.V. heeft bewogen tot de afgifte van een hypothecaire lening van 1.300.000 euro, hebbende verdachte met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven -
valselijk en listiglijk en bedrieglijk en in strijd met de waarheid, ten behoeve van voornoemde hypothecaire geldlening,
- een valse werkgeversverklaring van [naam bedrijf 1 Ltd] d.d. 20 september 2010 (rubriek 8.18.1, p. 38) aan ABN AMRO Hypotheken Groep B.V. doen toekomen, bestaande die valsheid hierin dat die werkgeversverklaring voorzien is van een handtekening die moest doorgaan voor de handtekening van [persoon 3] , terwijl die [persoon 3] haar handtekening niet onder dat geschrift heeft geplaatst en terwijl die [persoon 3] ook niet de bevoegdheid had om dat geschrift te ondertekenen en bestaande die valsheid hierin dat in strijd met de waarheid in die werkgeversverklaring vermeld staat dat [persoon 3] Manager Global Merchant Services is en
- een valse arbeidsovereenkomst van [naam event 2] d.d. 10 november 2010 (rubriek 8.18.3, p. 43-45) aan ABN AMRO Hypotheken Groep B.V. doen toekomen, bestaande die valsheid hierin dat die arbeidsovereenkomst voorzien is van een handtekening die moest doorgaan voor de handtekening van [persoon 4] , terwijl die [persoon 4] zijn handtekening niet onder dat geschrift heeft geplaatst en terwijl die [persoon 4] op het moment van ondertekening ook niet bevoegd was om dat geschrift te ondertekenen aangezien hij per 31 augustus 2010 niet langer in dienst was bij [naam event 2] ,
waardoor ABN AMRO Hypotheken Groep B.V. werd bewogen tot bovenomschreven afgifte;
ten aanzien van het onder 5 ten laste gelegde,
in de periode van 1 mei 2010 tot en met 30 november 2011 in Nederland opzettelijk geldbedragen van in totaal 647.468,36 euro heeft overgemaakt, te weten:
naar privérekening [verdachte] met rekeningnummer [rekeningnummer 1]
- op of omstreeks 30 mei 2010 een geldbedrag van 250.000 euro,
- op of omstreeks 30 september 2010 een geldbedrag van 90.000 euro,
- op of omstreeks 28 april 2011 een geldbedrag van 60.000 euro,
- op of omstreeks 4 mei 2011 een geldbedrag van 50.000 euro,
- op of omstreeks 8 juni 2011 een geldbedrag van 40.000 euro,
- op of omstreeks 31 augustus 2011 een geldbedrag van 35.000 euro,
- op of omstreeks 18 november 2011 een geldbedrag van 60.050 euro,
naar rekening [naam bedrijf 5 BV] met rekeningnummer [rekeningnummer 2]
- op of omstreeks 29 september 2011 een geldbedrag van 12.500 euro,
- op of omstreeks 4 oktober 2011 een geldbedrag van 10.000 euro,
- op of omstreeks 4 oktober 2011 een geldbedrag van 4.500 euro,
- op of omstreeks 25 oktober 2011 een geldbedrag van 14.012 euro,
- op of omstreeks 1 november 2011 een geldbedrag van 9.500 euro,
naar rekening [naam autobedrijf]
- op of omstreeks 2 september 2011 een geldbedrag van 5.553,67 euro,
naar privérekening [verdachte] met rekeningnummer [rekeningnummer 3]
- op of omstreeks 11 augustus 2011 een geldbedrag van 4.500 euro,
naar rekening [verzekeringsbedrijf 1]
- op of omstreeks 4 oktober 2011 een geldbedrag van 634,61 euro,
naar rekening [verzekeringsbedrijf 2]
- op of omstreeks 4 oktober 2011 een geldbedrag van 1.218,08 euro,
die geheel toebehoorden aan de [stichting 1] en welke geldbedragen hij onder zich had in zijn hoedanigheid als bestuurder van de [stichting 1] , wederrechtelijk zich heeft toegeëigend;
ten aanzien van het onder 6 ten laste gelegde,
in de periode van 1 januari 2010 tot en met 5 december 2011 in Nederland tezamen en in vereniging met een ander een geschrift, te weten:
A. een geldleningovereenkomst d.d. 25 januari 2010 (rubriek 8.19.13, p. 391-393)
zijnde een geschrift dat bestemd is om tot bewijs van enig feit te dienen, valselijk heeft opgemaakt, immers hebben verdachte en zijn mededader valselijk en in strijd met de waarheid:
- in die overeenkomst vermeld dat de [stichting 1] een geldbedrag van 225.000 euro aan hem, verdachte, heeft geleend en
- in die overeenkomst vermeld dat deze is opgemaakt op 25 januari 2010, terwijl die overeenkomst in werkelijkheid op een latere datum is opgemaakt en getekend,
in de periode van 1 januari 2010 tot en met 5 december 2011 in Nederland geschriften, te weten:
Ad B. een geldleningovereenkomst d.d. 21 oktober 2011 (rubriek 8.19.14, p. 396-398)
Ad C. een bevestiging bij de jaarrekening 2010 van de [stichting 1] (rubriek 8.19.20, p. 412-413)
telkens zijnde een geschrift dat bestemd is om tot bewijs van enig feit te dienen, valselijk heeft opgemaakt, immers heeft verdachte valselijk en in strijd met de waarheid:
- in die overeenkomst vermeld dat de [stichting 1] een geldbedrag van 225.000 euro aan [naam bedrijf 5 BV] . heeft geleend en
Ad C
in die bevestiging bij de jaarrekening vermeld dat
- [accountantskantoor] toegang is verschaft tot de gehele financiële administratie en
- [accountantskantoor] alle gegevens zijn verschaft met betrekking tot transacties met niet-onafhankelijke derden en de daaruit vloeiende vorderingen of schulden,
terwijl hij, verdachte, in werkelijkheid meerdere overboekingen van de rekening van [stichting 1] aan de privérekening van hem, verdachte, verborgen heeft gehouden voor [accountantskantoor] ,
zulks telkens met het oogmerk om die geschriften als echt en onvervalst te gebruiken en door anderen te doen gebruiken;
ten aanzien van het onder 7 ten laste gelegde,
in de periode van 1 mei 2010 tot en met 5 oktober 2011 in Nederland, opzettelijk gebruik heeft gemaakt van valse geschriften te weten:
A. een procuratieschema d.d. 10 mei 2010 (rubriek 8.8.7, p. 300)
B. een procuratieschema d.d. 10 mei 2010 (rubriek 8.8.8, p. 301)
C. een volmacht d.d. 10 mei 2010 (rubriek 8.8.11, p. 307)
D. een transactieoverzicht van de SNS Bank (rubriek 8.19.15, p. 401)
telkens zijnde een geschrift dat bestemd is om tot bewijs van enig feit te dienen, bestaande die valsheid hierin dat
Ad A, B en C
die geschriften voorzien zijn van een handtekening die moest doorgaan voor de handtekening van [persoon 5] , terwijl die [persoon 5] zijn handtekening niet onder die geschriften heeft geplaatst en
Ad D
op dat transactieoverzicht in strijd met de waarheid vermeld staat dat er in de periode van 1 mei 2010 tot en met 30 juni 2010 van de rekening van de [stichting 1] met rekeningnummer [rekeningnummer 4] een geldbedrag van 115.000 euro is overgemaakt naar rekeningnummer [rekeningnummer 5] onder vermelding van ' [naam 4] ' en een geldbedrag van 225.000 euro is overgemaakt naar rekeningnummer [rekeningnummer 6] onder vermelding van ' [naam 5] ', terwijl er in werkelijkheid in genoemde periode van genoemde rekening een geldbedrag van 150.000 euro en een geldbedrag van 250.000 euro overgemaakt is naar privérekeningen van verdachte,
en bestaande dat gebruikmaken hierin dat hij, verdachte, die valse geschriften
Ad A, B en C
aan SNS Bank heeft verstrekt teneinde een bankrekening voor de [stichting 1] te openen,
Ad D
aan [naam bedrijf 8] en [accountantskantoor] heeft verstrekt ten behoeve van het samenstellen van de jaarrekening 2010,
terwijl hij wist dat die geschriften bestemd waren voor gebruik als waren zij echt en onvervalst,
in de periode van 1 mei 2010 tot en met 5 oktober in Nederland, een transactieoverzicht van SNS Bank (rubriek 8.19.15, p. 401), zijnde een geschrift dat bestemd is om tot bewijs van enig feit te dienen, valselijk heeft opgemaakt,
immers heeft verdachte op dat transactieoverzicht in strijd met de waarheid vermeld dat er in de periode van 1 mei 2010 tot en met 30 juni 2010 van de rekening van de [stichting 1] met rekeningnummer [rekeningnummer 4] een geldbedrag van 115.000 euro is overgemaakt naar rekeningnummer [rekeningnummer 5] onder vermelding van ' [naam 4] ' en een geldbedrag van 225.000 euro is overgemaakt naar rekeningnummer [rekeningnummer 6] onder vermelding van ' [naam 5] ', terwijl er in werkelijkheid in genoemde periode van genoemde rekening een geldbedrag van 150.000 euro en een geldbedrag van 250.000 euro overgemaakt is naar privérekeningen van verdachte,
zulks met het oogmerk om dat geschrift als echt en onvervalst te gebruiken en door anderen te doen gebruiken;
ten aanzien van het onder 8 ten laste gelegde,
zaaksdossier [naam bedrijf 3 BV]
in de periode van 1 augustus 2011 tot en met 30 april 2012 in Nederland, met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen, door het aannemen van een valse hoedanigheid en door listige kunstgrepen en door een samenweefsel van verdichtsels, [persoon 6] en [persoon 7] en [naam bedrijf 4 BV] en [naam bedrijf 7 BV] . en [naam bedrijf 6 BV] en [naam bedrijf 9] heeft bewogen tot de afgifte van:
- tweemaal een geldbedrag van 75.000 euro (in totaal 150.000 euro) en
- een geldbedrag van in totaal 240.000 euro en
- tweemaal een geldbedrag van 150.000 euro (in totaal 300.000 euro) en
- tweemaal een geldbedrag van 81.000 euro (in totaal 162.000 euro),
hebbende verdachte met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en listiglijk en bedrieglijk en in strijd met de waarheid:
- die [persoon 6] en [persoon 7] voorgewend dat hij, verdachte, zelf ontslag had genomen bij [naam bedrijf 1 Ltd] , terwijl hij in werkelijkheid door [naam bedrijf 1 Ltd] was ontslagen en,
- die [persoon 6] en [persoon 7] voorgewend dat [naam bedrijf 3.1 BV sp] . akkoord was met de door [persoon 6] en [persoon 7] gestelde investeringsvoorwaarde van een verlenging van de contractduur van tien naar twintig jaar en
- die [persoon 6] en [persoon 7] voorgewend dat [naam bedrijf 3.1 BV sp] . akkoord was met de door hen gestelde investeringsvoorwaarde dat de [naam bedrijf 3 BV] -rechten van [stichting 3] overgedragen zouden worden aan [naam bedrijf 3 BV] Benelux BV en
- die [persoon 6] en [persoon 7] een valse side-letter verstrekt waar in strijd met de waarheid in vermeld staat dat [naam bedrijf 3 BV] de exclusieve rechten van [naam bedrijf 3 BV] heeft verkregen in de Benelux-landen en die [persoon 6] en [persoon 7] voorgewend dat die side letter ondertekend was door [persoon 8] , Vice President van [naam bedrijf 3.1 BV sp] . , terwijl in werkelijkheid hij, verdachte, zelf die handtekening heeft geplaatst en
- die [persoon 6] en [persoon 7] en de accountant van die [persoon 6] en [persoon 7] een of meerdere e-mailberichten doorgestuurd, waarbij in strijd met de waarheid de indruk werd gewekt dat hij, verdachte, die e-mailberichten had verzonden aan [persoon 9] en [persoon 10] en andere personen werkzaam bij [naam bedrijf 3.1 BV sp] . en
- de accountant van die [persoon 6] en [persoon 7] valse e-mailberichten doorgestuurd, waarbij de indruk werd gewekt dat die e-mailberichten afkomstig waren van [persoon 9] van [naam bedrijf 3.1 BV sp] . en [persoon 8] van [naam bedrijf 3.1 BV sp] , terwijl die e-mailberichten in werkelijkheid door hem, verdachte, zelf waren opgesteld en terwijl de
e-mailadressen van die [persoon 9] en die [persoon 8] vermeld in de e-mailberichten, niet bij die [persoon 9] en die [persoon 8] in gebruik waren en
- de accountant van die [persoon 6] en [persoon 7] vervalste bankafschriften van de rekeningen met rekeningnummer [rekeningnummer 7] en [rekeningnummer 8] ten name van [naam bedrijf 3.2 BV] BV verstrekt, in welke bankafschriften de overboekingen die hadden plaats gevonden naar de rekeningen ten name van [naam bedrijf 5 BV] en de [stichting 1] ten bedrage van 18.090 euro en 55.503 euro en 25.000 euro en 10.000 euro door hem, verdachte, zijn aangepast waardoor de indruk werd gewekt dat die overboekingen hadden plaatsgevonden ten gunste van [naam bedrijf 3.1 BV sp] . en
- die [persoon 6] en de accountant van die [persoon 6] en [persoon 7] onvolledige en onjuiste administratie van [naam bedrijf 3.2 BV] verstrekt, waarbij hij, verdachte, onder andere facturen heeft aangepast en
- die [persoon 6] en [persoon 7] voorgewend dat zij beiden een geldbedrag van 75.000 euro dienden over te maken ten behoeve van investeringen in [naam bedrijf 3.2 BV] / [naam bedrijf 3 BV] , terwijl een gedeelte van dit geld in werkelijkheid gebruikt werd om betalingen te doen aan de [stichting 1] en
- die [persoon 6] en [persoon 7] voorgewend dat zij in totaal een geldbedrag van 240.000 euro dienden over te maken ten behoeve van investeringen in [naam bedrijf 3.2 BV] / [naam bedrijf 3 BV] en
- die [persoon 6] en [persoon 7] voorgewend dat hij, verdachte, 450.000 euro geleend had van [medeverdachte] en dat dit geld afkomstig was uit een bouwdepot van een nieuw hotel van [medeverdachte] en dat dit geld met spoed terug betaald diende te worden en
- die [persoon 6] en [persoon 7] en de accountant van die [persoon 6] en [persoon 7] valse e-mailberichten verzonden, waarbij valselijk de indruk werd gewekt dat hij, verdachte, die e-mailberichten naar [medeverdachte] verstuurd had dan wel van [medeverdachte] ontvangen had en die [persoon 6] en [persoon 7] een valse vaststellingsovereenkomst verstrekt waarop hij, verdachte, de handtekening van [medeverdachte] heeft geplaatst en
- die [persoon 6] en [persoon 7] voorgewend dat zij beiden een geldbedrag van 150.000 euro en een geldbedrag van 81.000 euro dienden te betalen en dat hij, verdachte, dit geld zou gebruiken ter aflossing van de schuld bij [medeverdachte] , terwijl dit geld in werkelijkheid gebruikt werd om betalingen te doen aan de [stichting 1] ,
waardoor die [persoon 6] en [persoon 7] en [naam bedrijf 4 BV] en [naam bedrijf 7 BV] . en [naam bedrijf 6 BV] werden bewogen tot het doen van investeringen in [naam bedrijf 3.2 BV] / [naam bedrijf 3 BV] en zodoende werden bewogen tot de afgifte van bovengenoemde geldbedragen;
ten aanzien van het onder 9 ten laste gelegde,
zaaksdossier [naam bedrijf 3 BV]
in de periode van 1 augustus 2011 tot en met 5 april 2012 in Nederland, geschriften, te weten:
A. een Side-letter Addendum tussen [naam bedrijf 3.1 BV sp] . en [stichting 3] en [naam bedrijf 3 BV] d.d. 4 april (rubriek 8.16.2, p. 100-101 en 109-110) en
B. een vaststellingsovereenkomst tot aflossing lening met finale kwijting d.d. 5 april 2012 (rubriek 8.16.3, p. 111)
zijnde geschriften die bestemd zijn om tot bewijs van enig feit te dienen, valselijk heeft opgemaakt, immers heeft verdachte valselijk en in strijd met de waarheid:
- in dat geschrift vermeld dat [naam bedrijf 3.1 BV sp] . toestaat dat [naam bedrijf 3 BV] (sub) franchise overeenkomsten aangaat met derden voor het gebied Benelux, waarbij het deze derden is toegestaan [naam bedrijf 3 BV winkels] te exploiteren en
- in dat geschrift vermeld dat de overeenkomst aangaande masterfranchise voor Nederland veranderd zal worden van eerste recht op weigering voor België en Luxemburg in exclusieve rechten voor de regio Benelux en
- dat geschrift voorzien van een handtekening die moest doorgaan voor de handtekening van [persoon 8] ,
- in die overeenkomst vermeld dat [medeverdachte] een schuldvordering heeft op hem, verdachte, ter waarde van 461.562,50 euro en
- dat geschrift voorzien van een handtekening die moest doorgaan voor de handtekening van [medeverdachte] ,
zulks met het oogmerk om die geschriften als echt en onvervalst te gebruiken en door anderen te doen gebruiken,
in de periode van 1 augustus 2011 tot en met 30 april 2012 in Nederland, opzettelijk gebruik heeft gemaakt van valse geschriften te weten:
A. een Side-letter Addendum tussen [naam bedrijf 3.1 BV sp] . en [stichting 3] en [naam bedrijf 3 BV] d.d. 4 april (rubriek 8.16.2, p. 100-101 en 109-110)
B. een vaststellingsovereenkomst tot aflossing lening met finale kwijting d.d. 5 april 2012 (rubriek 8.16.3, p. 111)
telkens zijnde geschriften die bestemd zijn om tot bewijs van enig feit te dienen, bestaande die valsheid hierin dat:
- in dat geschrift vermeld staat dat [naam bedrijf 3.1 BV sp] . toestaat dat [naam bedrijf 3 BV] (sub) franchise overeenkomsten aangaat met derden voor het gebied Benelux, waarbij het deze derden is toegestaan [naam bedrijf 3 BV winkels] te exploiteren en
- in dat geschrift vermeld staat de overeenkomst aangaande masterfranchise voor Nederland veranderd zal worden van eerste recht op weigering voor België en Luxemburg in exclusieve rechten voor de regio Benelux en
- dat geschrift voorzien is van een handtekening die moest doorgaan voor de handtekening van [persoon 8] , terwijl die [persoon 8] haar handtekening niet onder dat geschrift heeft geplaatst,
- in die overeenkomst vermeld staat dat [medeverdachte] een schuldvordering heeft op hem, verdachte, ter waarde van 461.562,50 euro en
- dat geschrift voorzien is van een handtekening die moest doorgaan voor de handtekening van [medeverdachte] ,
en bestaande dat gebruikmaken hierin dat hij, verdachte, die valse geschriften aan [persoon 6] en [persoon 7] en de accountant van die [persoon 6] en [persoon 7] heeft verstrekt, terwijl hij wist dat die geschriften bestemd waren voor gebruik als waren zij echt en onvervalst.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten staan, zijn deze verbeterd. Verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.