Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
Deze evenementenvergunning is geen toestemming van de grondeigenaar
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak, die op 5 oktober 2016 door de Rechtbank Amsterdam werd behandeld, vorderden Chidda Vastgoed B.V. en Amstelimmo B.V. (hierna: Chidda c.s.) een verbod op het gebruik van een evenementenvergunning door de Stichting ADM Leeft (hierna: ADM Leeft) voor het organiseren van een festival op het ADM-terrein in Amsterdam. Chidda c.s. is eigenaar van het terrein en heeft bezwaar tegen het evenement, dat gepland stond van 6 tot 10 oktober 2016. De burgemeester van Amsterdam had ADM Leeft een vergunning verleend voor het evenement, maar deze vergunning was niet gelijk aan toestemming van de grondeigenaar. Chidda c.s. stelde dat het evenement risico's met zich meebracht, zoals brandgevaar en schade aan flora en fauna, en vorderde een verbod op het evenement.
De voorzieningenrechter oordeelde dat Chidda c.s. geen redelijk belang had bij het verbieden van het evenement. Het was niet in geschil dat ADM Leeft het terrein zonder toestemming van Chidda c.s. in gebruik had, maar de rechter overwoog dat het eigendomsrecht niet absoluut is. Chidda c.s. had in het verleden weinig verzet getoond tegen soortgelijke evenementen en had bovendien geen aannemelijke argumenten aangedragen dat het evenement onaanvaardbare risico's met zich meebracht. De rechter concludeerde dat Chidda c.s. misbruik maakte van haar rechten door zich tegen het evenement te verzetten, vooral gezien de aanzienlijke investeringen die ADM Leeft had gedaan en het feit dat het evenement al in de planning zat.
De voorzieningenrechter weigerde de gevraagde voorzieningen en veroordeelde Chidda c.s. in de proceskosten van ADM Leeft. Dit vonnis benadrukt de belangenafweging tussen eigendomsrechten en de rechten van derden, en de noodzaak voor een eigenaar om een redelijk belang aan te tonen bij het verzetten tegen een evenement op zijn terrein.