In deze zaak vorderde de besloten vennootschap HBB Exploitatiemaatschappij B.V. de ontruiming van een onroerende zaak die door krakers werd bewoond. De voorzieningenrechter constateerde dat er op het adres van de onroerende zaak vijf personen en een eenmanszaak stonden ingeschreven. Hierdoor was niet voldaan aan de wettelijke voorschriften voor een anonieme dagvaarding, wat leidde tot de nietigheid van de dagvaarding ten aanzien van de niet verschenen gedaagden. De voorzieningenrechter oordeelde dat HBB onvoldoende belang had bij de toewijzing van haar vorderingen, omdat de uitvoering van een ontruiming gemakkelijk kon worden tegengehouden door de niet verschenen gedaagden. De vordering werd afgewezen en HBB werd veroordeeld in de proceskosten. De uitspraak werd gedaan op 3 oktober 2016 door mr. C.M. Berkhout, voorzieningenrechter, en is openbaar uitgesproken.