ECLI:NL:RBAMS:2016:5675
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- M.A. Broekhuis
- C.J. Polak
- L.C. Bachrach
- Rechtspraak.nl
Intrekking van remigratievoorzieningen na kort verblijf in Marokko
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 7 september 2016 uitspraak gedaan in een geschil tussen een vrouw, eiseres, en de Raad van Bestuur van de Sociale Verzekeringsbank, verweerder. Eiseres had in 2014 een aanvraag ingediend voor remigratievoorzieningen, die aanvankelijk was goedgekeurd. Echter, in september 2015 trok verweerder deze voorzieningen in, omdat zij van mening was dat eiseres zich niet duurzaam in Marokko had gevestigd, maar naar België was geëmigreerd. Eiseres heeft hiertegen beroep ingesteld.
Tijdens de zitting op 7 september 2016 heeft de rechtbank vastgesteld dat eiseres slechts twee maanden in Marokko verbleef en dat er onvoldoende bewijs was dat zij de intentie had om zich daar permanent te vestigen. De rechtbank oordeelde dat het verblijf van eiseres in Marokko niet als blijvend kon worden beschouwd en dat de schijn bestond dat haar verblijf niet bedoeld was om duurzaam te zijn. Eiseres had geen handelingen verricht die erop wezen dat zij probeerde te wortelen in Marokko, ondanks haar beweringen dat zij daar was ingeschreven en bij haar vader verbleef.
De rechtbank concludeerde dat de voorzieningen remigratie terecht waren ingetrokken, omdat eiseres niet voldeed aan de voorwaarden van de Remigratiewet. De uitspraak benadrukt het belang van een duurzaam verblijf en de noodzaak om aan te tonen dat er een band met het land van herkomst bestaat. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit drie rechters, en is openbaar gemaakt op 7 september 2016.