ECLI:NL:RBAMS:2016:5029
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Boete-oplegging wegens niet doorgeven van werkhervatting in het kader van de Werkloosheidswet
Op 7 juni 2016 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in de zaak tussen een vrouw, eiseres, en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, verweerder. Eiseres had een boete van € 2.140,- opgelegd gekregen omdat zij haar werkhervatting niet tijdig had doorgegeven. De rechtbank oordeelde dat de onduidelijke situatie rondom de eerste werkloosheidsdag, in combinatie met verschillende ingrijpende gebeurtenissen in het leven van eiseres, leidde tot een verminderde verwijtbaarheid. Eiseres had in de periode van januari 2013 tot en met december 2014 te maken met meerdere life-events, waaronder een scheiding en het overlijden van haar moeder, wat resulteerde in cognitieve overbelasting. De rechtbank concludeerde dat de boete niet in stand kon blijven en herroept het primaire besluit van verweerder. Tevens werd het beroep tegen het bestreden besluit II gegrond verklaard, en de rechtbank droeg verweerder op het griffierecht van € 45,- aan eiseres te vergoeden, evenals de proceskosten tot een bedrag van € 992,-.