ECLI:NL:RBAMS:2016:4237

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
15 juli 2016
Publicatiedatum
8 juli 2016
Zaaknummer
4709449 CV EXPL 15-36306
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding koopovereenkomst elektrische scooter en terugbetaling aankoopbedrag

In deze zaak heeft een koper, [eiser], een elektrische scooter gekocht van de fietsenhandelaar Zerobike Amsterdam B.V. De scooter vertoonde vanaf de aankoop klachten en na meerdere reparatiepogingen heeft de koper besloten de koop te ontbinden. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de koper recht had op ontbinding van de overeenkomst, omdat de scooter niet voldeed aan de verwachtingen die bij de koop waren gewekt. De rechter oordeelde dat de fietsenhandelaar in verzuim was geraakt, omdat de scooter na herhaalde reparaties nog steeds niet naar behoren functioneerde. De kantonrechter heeft bepaald dat de fietsenhandelaar het volledige aankoopbedrag van € 4.266,99 inclusief BTW aan de koper moest terugbetalen, ondanks het feit dat de koper de scooter had gebruikt en geverfd. De rechter oordeelde dat het niet onaanvaardbaar was dat de koper de scooter 'gratis' had gebruikt, aangezien de gebreken aan de scooter de reden waren voor de ontbinding. Daarnaast heeft de kantonrechter de fietsenhandelaar veroordeeld tot het verstrekken van een vrijwaringsbewijs en het betalen van de proceskosten. De vordering tot vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten werd afgewezen, omdat deze niet voortvloeide uit de overeenkomst maar uit de ontbinding.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK AMSTERDAM
Afdeling privaatrecht
zaaknummer: 4709449 \ CV EXPL 15-36306
vonnis van: 15 juli 2016
vonnis van de kantonrechter
I n z a k e
[eiser] ,
wonende te [plaats] ,
eiser,
gemachtigde: D. Engelsman,
t e g e n
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Zerobike Amsterdam B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
gedaagde,
verschenen bij haar [functie] [naam 1] .
Partijen worden hierna aangeduid als [eiser] en Zerobike.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 22 december 2015, met producties,
- de conclusie van antwoord,
- het tussenvonnis van 29 februari 2016 waarbij een bijeenkomst van partijen is bevolen,
- het proces-verbaal van de bijeenkomst van partijen van 8 juni 2016.
Aan partijen is uitsluitend de mogelijkheid geboden op onjuistheden in het proces-verbaal te reageren. De brief van 24 juni 2016 en de hierbij gevoegde (reeds eerder geweigerde) brief gedateerd 24 januari 2016 van [naam 1] wordt buiten beschouwing gelaten nu het een nader inhoudelijk stuk betreft.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
[eiser] voert onder de naam “ [bedrijfsnaam] ” een eenmanszaak. Zerobike is een handelaar in (onder meer) elektrische scooters. [eiser] heeft op 30 september 2011 een elektrische scooter met twee accu’s gekocht van Zerobike. De koopprijs bedroeg € 3.399,00 inclusief BTW waarop de waarde van een inruilscooter (€ 629,41 te vermeerderen met BTW) in mindering was gebracht.
2.2.
[eiser] heeft de scooter in zijn bedrijfskleuren geverfd.
2.3.
Vanaf oktober 2011 had [eiser] klachten over de scooter. Hij heeft de scooter diezelfde maand ter reparatie aangeboden bij Zerobike. Op 27 oktober 2011 heeft [eiser] bij Zerobike een andere acculader gekocht.
2.4.
Tot oktober 2012 is de scooter door [eiser] meermalen ter reparatie aangeboden bij Zerobike.
2.5.
In een e-mail van 25 oktober 2011 schreef [eiser] aan Zerobike:
De scooter rijdt overduidelijk op één batterij.
Dus voor alle zekerheid: is de 2e batterij door [naam 2] correct doorgelust?
Van zwarte connector op ene naar zwarte connector op andere batterij?
Als ‘oude’ batterij niet goed zou zijn, kan nieuwe die ‘achteraan’ zit dan toch functioneren? Indien 2x ja, dan is er misschien iets mis met de ‘oude’ (eerste) batterij.
Heb je de lader nog doorgemeten?
Wanneer kan e.e.a. gecheckt worden, door iemand die er kaas van gegeten heeft?
2.6.
Op 31 oktober 2011 schreef [eiser] aan Zerobike:
Goede lader, batterij in drie uur vol.
Echter één batterij, want rond de 40/45 km zit ik toch weer tegen rood.
[…]
Niet de actieradius die ik nodig heb om er min dagelijks vervoer van te maken.
Wat nu. Oplossing?
2.7.
Op 28 december 2011 schreef [eiser] aan Zerobike:
[…]
Ik durf nu niet met die scooter te rijen, want als ik het licht aanzet zakt de spanningsmeter helemaal weg. Straks gaat die andere batterij ook nog stuk. Er zit gewoon kortsluiting ergens.
Maar nu heb ik dus geen vervoer, behalve bij daglicht halve actieradius
2.8.
[eiser] schreef op 5 juli 2012 een e-mailbericht aan Zerobike met als titel ‘Betreft: ingebrekestelling’:
[…]
Daarom nu zwart op wit wat ik eigenlijk afgelopen keer al aangaf: ik kan hier niet mee doorgaan. Als het Zero-Bikes niet lukt de scooter goed werkend af te leveren ontbind ik de koop. Zero-Bikes is dan immers niet in staat aan de omvang van de levering te voldoen. Als de scooter volgens opgave met twee batterijen 2x70=140km moet rijden, ben ik zonder meer bereis een actieradius van 100km te accepteren. In koude maanden kan ik met 80km ook nog thuis komen. Maar 50km voldoet echt niet.
Willen jullie je goed beraden en alsjeblieft zorgen dat de scooter hieraan voldoet? Want ik wil hem eigenlijk niet kwijt. Ik hoop heel erg op een afdoende oplossing, maar dat moet wel de laatste keer zijn.
2.9.
In reactie daarop schreef Zerobike in een e-mail van 8 juli 2012:
Ik denk dat we dat orgel in moeten ruilen wat er op omruilen lijkt.
Het zijn de batterijen wederom..
Wat zeg je; een hele verse of complete nieuwe electronica drin!!?’
2.10.
Partijen hebben overeenstemming bereikt over inruil van de scooter. Bij e-mail van 20 juli 2012 schreef Zerobike dat de nieuwe scooter begin augustus geleverd zou kunnen worden. Op 14 augustus 2012 schreef Zerobike dat het nog een “week, of anderhalf” zou kunnen duren.
2.11.
Op 9 oktober 2012 schreef [eiser] in een e-mail:
‘Met dit schrijven stel ik jullie daarom op de hoogte dat ik gebruik maak van mijn recht de koop te ontbinden. Leverancier Zero Bikes heeft niet c.q. niet volledig c.q. niet tijdig aan overeengekomen leveringsomvang kunnen voldoen, ondanks tientallen gelegenheden tot herstel.
Graag zie ik restitutie van het volledige aankoopbedrag (scooter met oplader, later tegen bijbetaling omgeruild voor zwaardere oplader) ten bedrage van € 4.266,99 (zegge: vierduizend tweehonderd zedenzestig euro, 99 ct.) volgens jullie facturen, nrs. 11000354 en 11000447 (zie bijl.).
Ik verzoek jullie dit bedrag z.s.m. over te maken op rekening [nummer] tnv [bedrijfsnaam] Een termijn van uiterlijk 14 dagen na heden lijkt me redelijk, dus vóór 24 okt. a.s.
De scooter kom ik vóór het weekend terugbrengen, met inbegrip van de twee accu’s (waarvan één defect) en de extra grote oplader.’

3.Het geschil

3.1.
[eiser] vordert, samengevat, dat de kantonrechter Zerobike bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis zal veroordelen tot:
- betaling van € 4.266,99, te vermeerderen met de wettelijke rente ex 6:119 BW met ingang van de datum van de ontbinding,
- betaling van de buitengerechtelijke incassokosten, zijnde € 640,05,
- het verstrekken aan eiser van een vrijwaringsbewijs ten aanzien van de scooter, binnen een week na vonnis, op straffe van een dwangsom,
met veroordeling van Zerobike in de proceskosten.
3.2.
[eiser] stelt daartoe – kort samengevat – het volgende:
[eiser] heeft bij Zerobike een scooter gekocht onder vermelding van het belang van een ruime actieradius. De scooter voldeed niet. Na ingebrekestelling, waarop nakoming uitbleef, was [eiser] gerechtigd de overeenkomst te ontbinden. Als gevolg van de ontbinding heeft [eiser] recht op terugbetaling van de aankoopsom, aldus [eiser] .
3.3.
Zerobike voert verweer tegen de vorderingen en voert daartoe – kort gezegd – het volgende aan. Zerobike heeft na ingebrekestelling een geheel nieuw model van hetzelfde scootermerk aangeboden. [eiser] heeft dit aanbod eerst aanvaard en vervolgens afgeslagen. Dat het leveren van de scooter even op zich liet wachten hield verband met het feit dat het ging om de levering van een geheel vernieuwd model en dat is overmacht. In het geval de kantonrechter oordeelt dat [eiser] de bevoegdheid had de overeenkomst te ontbinden, stelt Zerobike dat [eiser] geen recht heeft op terugbetaling van de volledige aankoopsom, aangezien de scooter in de tussentijd geverfd is en [eiser] er 3.500 kilometer op gereden heeft. De scooter is nu op zijn hoogst nog € 500,00 waard, aldus Zerobike.

4.De beoordeling

4.1.
De kantonrechter overweegt als volgt. Tussen partijen is niet in geschil dat de scooter niet aan de overeenkomst beantwoordde. Zerobike betwist wel dat zij in verzuim is geraakt. Als Zerobike niet in verzuim is geraakt, was [eiser] niet bevoegd de overeenkomst te ontbinden (6:265 BW). Verzuim treedt in als nakoming van de overeenkomst blijvend onmogelijk is of nadat de eiser de schuldenaar in gebreke stelt (6:82 BW). Deze ingebrekestelling dient bij schriftelijke aanmaning te geschieden, waarbij een redelijke termijn voor nakoming wordt gesteld.
ingebrekestelling
4.2.
In de e-mail van 5 juli 2012 met als titel ‘ingebrekestelling’ van [eiser] aan Zerobike wordt niet expliciet een redelijke termijn voor nakoming gesteld. De kantonrechter overweegt echter dat de scooter in het jaar voor de ingebrekestelling meermaals ter reparatie is aangeboden. In zijn e-mail eist [eiser] dat de scooter na de komende reparatie goed dient te werken. Blijkt dat niet het geval, dan zal [eiser] de overeenkomst ontbinden. De kantonrechter oordeelt dat daarmee Zerobike impliciet een redelijke termijn, namelijk de periode die gemoeid zou zijn met de reparatie, is geboden om de reparatie uit te voeren.
4.3.
Doordat ook na de reparatie de scooter gebrekkig bleef, is Zerobike in verzuim geraakt. [eiser] was derhalve bevoegd de overeenkomst te ontbinden. Dat partijen eerst hebben gekozen voor het omruilen van de scooter doet daar niet aan af. Het verzuim van Zerobike eindigt pas na nakoming, niet door afspraken over nakoming. Gelet op de periode tussen de afspraken over het omruilen en de ontbinding (juli – oktober 2012) mocht [eiser] de overeenkomst ook nog steeds ontbinden. Dat Zerobike afhankelijk was van haar leverancier, levert geen overmacht op: die omstandigheid komt voor haar risico.
hoogte bedrag
4.4.
Ontbinding van een overeenkomst brengt op grond van 6:271 BW over en weer ongedaanmakingsverplichtingen met zich mee. De kantonrechter overweegt dat [eiser] gehouden was de scooter te retourneren en begrijpt dat dat al is gedaan. Zerobike dient – in beginsel – het aankoopbedrag te restitueren.
4.5.
Zerobike voert aan dat een volledige terugbetaling van de aankoopsom niet gepast is, omdat [eiser] de scooter heeft laten verven en hij er al 3.500 kilometer op heeft gereden.
4.6.
Wat betreft het verven van de scooter oordeelt de kantonrechter als volgt. De wettelijke regeling (artikel 6:273 BW) houdt in dat [eiser] gehouden was om – vanaf het moment dat hij rekening moest houden met teruggave zorgvuldig om te gaan met de scooter. Nu niet gebleken is dat [eiser] rekening moest houden met ontbinding toen hij de scooter verfde, slaagt het verweer van Zerobike niet. [eiser] mocht de scooter verven en de waardevermindering komt voor rekening van Zerobike.
4.7.
Als tweede reden waarom niet de volledige aankoopsom terugbetaald zou moeten worden, noemt Zerobike het feit dat [eiser] al 3.500 kilometer op de scooter gereden heeft. Dit argument van Zerobike gaat alleen op wanneer het naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou zijn dat de volledige aankoopsom terugbetaald zou moeten worden of [eiser] ongerechtvaardigd verrijkt zou zijn. Nu vast staat dat de scooter – grotendeels – niet of niet naar behoren heeft gewerkt, is het niet onaanvaardbaar dat Zerobike gehouden is het volledige aankoopbedrag te restitueren en evenmin is de verarming van Zerobike en de verrijking van [eiser] ongerechtvaardigd: die vindt namelijk een basis in de koopovereenkomst en de ontbinding ervan.
4.8.
Nu [eiser] bevoegd was de overeenkomst te ontbinden en de verweren van Zerobike tegen de hoogte van het terug te betalen bedrag niet slagen, ligt de vordering van € 4.266,99 (btw daarin begrepen) voor toewijzing gereed.
wettelijke rente
4.9.
De gevorderde wettelijke rente ligt, als niet (afzonderlijk) weersproken, voor toewijzing gereed.
buitengerechtelijke incassokosten
4.10.
[eiser] maakt aanspraak op de “kosten ter vermijding van een rechtgang”, naar de kantonrechter begrijpt gaat het hier om een vordering tot vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten. De kantonrechter overweegt dat de Wet normering buitengerechtelijke incassokosten niet van toepassing is, omdat de verplichting tot betaling niet voortvloeit uit de overeenkomst: het gaat hier om ongedaanmakingsverplichtingen die voortvloeien uit de ontbinding. De kantonrechter is van oordeel dat de door [eiser] gemaakte kosten zien op verrichtingen die niet meer omvatten dan een enkele (eventueel herhaalde) aanmaning, het enkel doen van een (niet aanvaard) schikkingsvoorstel, het inwinnen van eenvoudige inlichtingen of het op gebruikelijke wijze samenstellen van het dossier. De kosten waarvan hij vergoeding vordert, vallen derhalve onder de proceskosten. De vordering inzake de buitengerechtelijke incassokosten ligt daarom voor afwijzing gereed.
vrijwaringsbewijs
4.11.
Tot slot vordert [eiser] dat Zerobike hem binnen één week na vonnis een vrijwaringsbewijs ten aanzien van de scooter verstrekt, op straffe van een door de kantonrechter te bepalen dwangsom. Deze vordering wordt door Zerobike niet betwist en zal daarom worden toegewezen. De kantonrechter gaat ervan uit dat Zerobike het vrijwaringsbewijs zal afgeven en zal daarom vooralsnog geen dwangsom aan deze veroordeling verbinden. Mocht Zerobike niet aan de veroordeling voldoen, kan [eiser] vorderen dat alsnog een dwangsom wordt verbonden aan deze veroordeling.
proceskosten
4.12.
Zerobike zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van [eiser] worden begroot op:
- dagvaarding € 94,19
- griffierecht € 79,00
- salaris gemachtigde €
500,00(2,0 punten × tarief € 250,00)
Totaal € 673,19

5.De beslissing

De kantonrechter:
- veroordeelt Zerobike om aan [eiser] te betalen € 4.266,99, te vermeerderen met € 448,03 aan wettelijke rente en te vermeerderen met de wettelijke rente over € 4.266,99 vanaf 22 december 2015,
- veroordeelt Zerobike tot het verstrekken van een vrijwaringsbewijs ten aanzien van de scooter, binnen twee weken na wijzen van dit vonnis,
- veroordeelt Zerobike in de proceskosten aan de zijde van [eiser] , welke tot op heden zijn begroot op € 673,19, een en ander voor zover van toepassing inclusief btw, te vermeerderen met nasalaris begroot op een bedrag van € 131,00, te verhogen met een bedrag van € 68,00 onder de voorwaarde dat de betekening van het vonnis heeft plaatsgevonden en gedaagde niet binnen 14 dagen na aanschrijving vrijwillig aan het vonnis heeft voldaan,
- verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
- wijst het meer of anders gevorderde af.
Aldus gewezen door mr. B.T. Beuving, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 15 juli 2016 in tegenwoordigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter