Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
(primair)feitelijk leiding geven aan het in de periode van 11 april 2012 tot en met 30 mei 2013, althans 2012 en/of 2013, door [naam B.V.] , als beroeps- of bedrijfsmatig handelende verkoper van goederen, voor zover betaling van deze goederen in contanten plaatsvindt voor een bedrag van € 15.000, - of meer, ten aanzien van een transactie, verrichten van geen dan wel onvolledig cliëntenonderzoek als verplicht in de Wwft, dan wel
Bijlage I, die aan dit vonnis is gehecht en geldt als hier ingevoegd.
3.Voorvragen
Beide stelsels sluiten de aanvullende rol die strafrechtelijke handhaving voor de naleving van dit wetsvoorstel kan betekenen niet uit. De aard en de ernst van overtredingen van deze wet kan een strafrechtelijke sanctie vergen. Ook de samenhang met andere strafbare feiten of de behoefte aan een opsporingsonderzoek met bijbehorende bevoegdheden kan reden vormen voor strafrechtelijke handhaving. Overtreding van een aantal voorschriften van dit wetsvoorstel is daarom strafbaar gesteld in de Wet op de Economische delicten.”
4.Waardering van het bewijs
- het gaat om een handelen of nalaten van iemand die hetzij uit hoofde van een dienstbetrekking hetzij uit anderen hoofde werkzaam is ten behoeve van de rechtspersoon;
- de gedraging past in de normale bedrijfsvoering van de rechtspersoon;
- de gedraging is de rechtspersoon dienstig geweest in het door hem uitgeoefende bedrijf;
- de rechtspersoon vermocht erover te beschikken of de gedraging al dan niet zou plaatsvinden of zodanig of vergelijkbaar gedrag werd blijkens de feitelijke gang van zaken door de rechtspersoon aanvaard of placht te worden aanvaard.
5.Bewezenverklaring
Bijlage IIvervatte bewijsmiddelen en de in
rubriek 4.4.vervatte bewijsoverwegingen bewezen
1ten laste gelegde, te weten dat verdachte:
2ten laste gelegde, te weten dat verdachte:
3ten laste gelegde, te weten dat:
aan welk bovenomschreven verboden gedraging verdachte feitelijke leiding heeft gegeven.
4 primairten laste gelegde, te weten dat:
aan welk bovenomschreven verboden gedraging verdachte feitelijke leiding heeft gegeven.
6.De strafbaarheid van de feiten
7.De strafbaarheid van verdachte
8.Motivering van de straf
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Beslissing
[verdachte], daarvoor strafbaar.
geldboete van € 20.000, - (twintigduizend euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis van 135 dagen.
,indien veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd aan een strafbaar feit schuldig maakt.