Uitspraak
2.Het geschil
- primair G4S te veroordelen de arbeidsovereenkomst met terugwerkende kracht te herstellen vanaf 6 januari 2016;
- subsidiair G4S te veroordelen de arbeidsovereenkomst te herstellen per een nader te bepalen datum en de onder punt 49 van het verzoekschrift genoemde voorzieningen te treffen omtrent de rechtsgevolgen van de onderbreking van de arbeidsovereenkomst;
€ 5.000, - per dag dat G4S in gebreke blijft;
- G4S te veroordelen tot betaling van het restant van de transitievergoeding ad
- G4S te veroordelen tot betaling van de gefixeerde schadevergoeding ad
- G4S te veroordelen aan [verzoeker] een billijke vergoeding te betalen ad € 283.088,76 bruto;
- primair, het concurrentiebeding te vernietigen en/of te bepalen dat dat G4S aan dat beding geen rechten kan ontlenen, omdat G4S ernstig verwijtbaar heeft gehandeld of nagelaten, en
3.De beoordeling
over en weeruitwisselbaar zijn. Daarbij gaat het om de functies en niet om de eventuele geschiktheid van de betrokken personen. Het enkele feit dat de taken van [verzoeker] zijn ondergebracht bij [naam 3] maakt de functie nog niet uitwisselbaar.
1 december 2016. G4S heeft de onderhavige vergoeding berekend op basis van het loon vermeerderd met de vakantietoeslag over voornoemde periode, neerkomende op
€ 161.31,93 bruto.
vergoeding. Uit de jurisprudentie over artikel 7:677 (oud) BW volgt dat tot het in geld vastgestelde loon de vakantietoeslag behoort. Over de variabele componenten bestaat geen eenduidig standpunt. Een vaste bonus of gratificatie kan wel in aanmerking worden genomen. De wetsgeschiedenis biedt geen aanwijzingen dat onder de WWZ het loonbegrip in de huidige regeling van 7:672 lid 9 BW is verruimd. Het Besluit loonbegrip vergoeding aanzegtermijn en transitievergoeding, waarin is geregeld welke variabele en vaste componenten bij het loon worden geteld bij het berekenen van bedoelde vergoedingen, geldt niet voor de onderhavige vergoeding.
€ 118.863,98 naast de reeds betaalde vergoeding ad € 161.131,93 bruto wordt afgewezen.
ofeen billijke vergoeding opzegging. Hiervoor is geoordeeld dat geen grond bestaat voor het primair verzochte herstel van de arbeidsovereenkomst. Aan de subsidiair verzochte billijke vergoeding wordt dan niet toegekomen.