Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
vonnis van de kantonrechter
1. [eiser sub 1]
2. [eiser sub 2]
de besloten vennootschap Koninklijke Luchtvaart Maatschappij N.V.
VERLOOP VAN DE PROCEDURE
- dagvaarding met producties van 10 september 2014;
- antwoord met producties;
- instructievonnis;
- repliek met producties;
- dupliek met producties;
- akte van de passagiers;
GRONDEN VAN DE BESLISSING
Feiten
“Vlucht: Düsseldorf – Buenos Aires – Retour”.
Het vluchtschema van de heenreis is volgens deze boekingsbevestiging als volgt:
20/02/2014 Düsseldorf – Amsterdam KL1854 08:15 - 09:15
20/02/2014 Amsterdam – Rio de Janeiro KL0705 10.40 - 18.40
20/02/2014 Rio de Janeiro – Buenos Aires KL9239 20.35 - 23.59
Verder staat er op de boekingsbevestiging dat de laatste vlucht zal worden uitgevoerd door Aerolineas Argentinas.
Vordering en verweer
a. € 1.200,-, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 20 februari
2014 tot aan de dag der algehele voldoening;
b. € 181,50 ter zake van buitengerechtelijke kosten, vermeerderd met de wettelijke
rente vanaf 3 juli 2014 tot aan de dag der algehele voldoening;
c. de proces- en nakosten, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 14 dagen na
het vonnis.
Beoordeling
“op elke luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert en vervoer aanbiedt aan passagiers als bedoeld in de leden 1 en 2. Indien de luchtvaartmaatschappij die de vlucht uitvoert geen overeenkomst heeft met de passagier, doch activiteiten uitvoert die onder deze verordening vallen, wordt zij geacht dit te doen namens de persoon die een overeenkomst heeft met die passagier.”Op grond van artikel 2 onder b van de Verordening dient onder
“luchtvaartmaatschappij die de vlucht uitvoert”te worden verstaan:
“een luchtvaartmaatschappij die de vlucht uitvoert of voornemens is een vlucht uit te voeren in het kader van een overeenkomst met een passagier of namens een andere natuurlijke of rechtspersoon die een overeenkomst heeft met die passagier.”
luchtvaartmaatschappij die de vlucht feitelijk uitvoert of voornemens is uit te voeren. Vaststaat dat KLM niet de luchtvaartmaatschappij was die de aansluitende gemiste vlucht feitelijk uitvoerde, maar dat dat Earolineas Argentinas was. Met betrekking tot deze aansluitende vlucht kan KLM in beginsel niet als “de luchtvaartmaatschappij die de vlucht uitvoert” als bedoeld in art. 3 lid 5 van de Verordening worden beschouwd. Echter in het onderhavige geval moet aangenomen worden dat de bestemming van de aansluitende vlucht ten aanzien van KLM overeenkomstig het bepaalde in art. 2 sub h van de Verordening als eindbestemming bepalend kan worden geacht voor de beantwoording van de vraag of sprake is van een vertraging van meer dan drie uur, ook al is deze laatste vlucht niet door haar uitgevoerd.
“de bestemming die vermeld staat op het bij de incheckbalie aangeboden ticket of, in geval van rechtstreeks aansluitende vluchten, de bestemming van de laatste vlucht. (…)”
BESLISSING
- € 1.200,00 aan hoofdsom, vermeerderd met de wettelijke rente hierover vanaf 18 juli 2014 tot aan de voldoening;
verhogen met een bedrag van € 68,00 onder de voorwaarde dat betekening van het
vonnis heeft plaatsgevonden en de vervoerder niet binnen 14 dagen na aanschrijving
vrijwillig aan het vonnis heeft voldaan, een en ander voor zover van toepassing,
inclusief btw;