ECLI:NL:RBAMS:2016:2413
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens niet meewerken aan re-integratie en geen recht op transitievergoeding
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Amsterdam op 30 maart 2016 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen de besloten vennootschap Asito Amsterdam B.V. en de werknemer, aangeduid als [gedaagde]. Asito heeft op 23 februari 2016 een verzoek ingediend tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst, omdat de werknemer niet heeft meegewerkt aan zijn re-integratie. De werknemer was sinds 25 augustus 2014 in dienst bij Asito en had een arbeidsomvang van 12,5 uur per week. Na een periode van afwezigheid en het niet verschijnen op meerdere afspraken bij de bedrijfsarts, heeft Asito een deskundigenoordeel van het UWV aangevraagd, waaruit bleek dat de re-integratie-inspanningen van de werknemer onvoldoende waren.
Tijdens de zitting op 23 maart 2016 heeft de werknemer aangevoerd dat hij de uitnodigingen voor het spreekuur van de bedrijfsarts niet had ontvangen en dat hij vanwege zijn andere werkzaamheden de arbeidsovereenkomst met Asito zelf wilde beëindigen. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de werknemer zijn re-integratieverplichtingen niet is nagekomen en dat er sprake was van verwijtbaar handelen. De kantonrechter heeft het verzoek van Asito toegewezen en de arbeidsovereenkomst ontbonden met ingang van 1 mei 2016, zonder toekenning van een transitievergoeding. De kantonrechter heeft bepaald dat de proceskosten door iedere partij zelf gedragen worden.
De beslissing van de kantonrechter is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de ontbinding van de arbeidsovereenkomst direct effect heeft, ongeacht eventuele rechtsmiddelen die de werknemer zou kunnen aanwenden.