Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
Procureur de la Républiquebij het
Tribunal de Grande Instancevan Thionville (Frankrijk) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
Tribunal de Grande Instance de Thionville.
procureur de la République, Tribunal de Grande Instancete Thionville, preciseert de tegen de opgeëiste persoon en zijn medeverdachten gerezen verdenkingen.
Uit deze informatie blijkt tevens dat de opgeëiste persoon bij de controle op 21 augustus 2014 is gearresteerd en op 23 augustus 2014 is veroordeeld. Het EAB heeft geen betrekking op de bij de opgeëiste persoon op 21 augustus 2014 aangetroffen partij heroïne.
Het EAB voldoet aan de in artikel 2, tweede lid onder e, van de OLW gestelde vereisten; de naleving van het specialiteitsbeginsel is gewaarborgd.
4.Strafbaarheid, feiten vermeld op bijlage 1 bij de OLW
5.Onschuldverweer
6.De garantie als bedoeld in artikel 6, eerste lid, van de OLW
Procureur de la Républiquebij het
Tribunal de Grande Instancede Thionville heeft op 18 maart 2016 de volgende garantie gegeven:
7.Weigeringsgrond als bedoeld in artikel 13, eerste lid, aanhef, onder a, OLW.
- Frankrijk heeft door het uitvaardigen van het EAB aangegeven te willen vervolgen;
- De heroïne was bestemd voor de Franse markt;
- De rechtsorde is hierdoor in Frankrijk geschokt;
- De medeverdachten van de opgeëiste persoon worden ook in Frankrijk vervolgd.
8.Artikel 11 van de OLW en het IVRK
9.Slotsom
10.Toepasselijke wetsartikelen
11.Beslissing
[opgeëiste persoon]aan de
Procureur de la Républiquebij het
Tribunal de Grande Instancevan Thionville (Frankrijk) ten behoeve van het in Frankrijk tegen hem gerichte strafrechtelijk onderzoek naar de feiten waarvoor zijn overlevering wordt verzocht.