Uitspraak
1.De procedure
- de dagvaarding van 10 juli 2015 met producties
- de conclusie van antwoord met producties
- het tussenvonnis van 19 november 2015 waarin een comparitie is gelast
- het proces verbaal van de comparitie van 8 maart 2016, waarbij de zaak naar de rol is verwezen voor vonnis.
2.De feiten
3.De vorderingen
Bij vergissing heeft Eaton Corporation, waarvan ATIM Opleidingen de onderhavige vorderingen heeft overgenomen, op de ING rekening van ATIM Holding betaald in plaats van op de Raborekening van ATIM Opleidingen. Omdat betaald is op een bankrekening die wordt aangehouden bij ING en ING begunstigde is van de gelden, is
(primair)ook sprake van onverschuldigde betaling aan ING. Op ING rust een ongedaanmakingsverbintenis tot terugbetaling. Althans
(subsidiair)ING heeft zichzelf ten koste van alle betrokken partijen ongerechtvaardigd verrijkt met de gelden die onverschuldigd op de ING rekening zijn gestort. Althans
(meer subsidiair)ING handelt onrechtmatig door na te laten mee te werken aan de terugbetalingsverplichting van de onverschuldigd betaalde gelden, wetende dat Eaton (en na cessie: ATIM Opleidingen) hierdoor schade lijdt. Het is bovendien in strijd met de redelijkheid en billijkheid wanneer ING zich, vanwege haar toekomende bevoegdheden, gelden kan toe-eigenen die bij vergissing aan haar zijn betaald.
4.De beoordeling
customer’ op de facturen is vermeld, immers niet worden afgeleid dat de betaling niet door Eaton Corporation is verricht.
aan ING. Eaton Corporation heeft immers niet (rechtstreeks) aan ING betaald. De vordering jegens ING kan dus niet op onverschuldigde betaling worden gestoeld.