3.2.Eigen Haard legt het volgende aan haar vorderingen ten grondslag.
3.2.1.Waar het de executie betrof van een vonnis, met als sluitstuk de daadwerkelijke ontruiming, bemoeide Eigen Haard zich niet met de uitvoering van de ambtelijke werkzaamheden door [deurwaarderskantoor] . Eigen Haard heeft daarvoor ook nooit aanleiding gezien. Zij heeft er altijd op vertrouwd dat [deurwaarderskantoor] deze uitvoerde volgens de voor gerechtsdeurwaarders geldende regels. Werkzaamheden die van die regels afwijken mogen nooit aan huurders in rekening worden gebracht. Zij mogen alleen bij Eigen Haard in rekening worden gebracht indien de afwijkende werkzaamheden zijn overeengekomen. Tussen Eigen Haard als opdrachtgever en [deurwaarderskantoor] als opdrachtnemer zijn geen bijzondere, door [deurwaarderskantoor] te verrichten, handelingen overeengekomen.
3.2.2.Medio 2013 heeft een kandidaat-gerechtsdeurwaarder op verzoek van Eigen Haard de werkwijze van [deurwaarderskantoor] tegen het licht gehouden. Toen is gebleken dat [deurwaarderskantoor] onder de noemer ambtshandelingen kosten in rekening bracht, waarvoor de wet geen grondslag biedt. De kosten daarvan bracht zij aan huurders of aan Eigen Haard in rekening, met het tarief dat voor exploten van aanzegging geldt in situaties waarin die (wel) verplicht moeten worden uitgebracht. Het gaat om de navolgende ambtshandelingen:
1. Aanzegging ontruiming. Voordat [deurwaarderskantoor] tot ontruiming overging, werd de ontruiming bij exploot aan de huurder aangezegd. Deze aanzegging is geen wettelijk verplicht exploot en kon meerdere malen voorkomen. Indien een voorgenomen ontruiming niet doorging, werd een volgende (geplande) ontruiming opnieuw aangezegd bij exploot. Een exploot van aanzegging kostte in 2013 € 60,69 ex BTW.
2. Aanzegging ontruiming bij “dubbel” exploot. In voorkomend geval werd de aanzegging ontruiming tegelijk met het exploot van betekening en bevel op de voet van artikel 555 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) uitgebracht. Dit gebeurde niet in hetzelfde exploot, maar bij afzonderlijk exploot. Daarvoor werden dan afzonderlijk kosten in rekening gebracht.
3. Aanzegging ontruiming gemeente bij exploot. In artikel 14 van de Gerechtsdeurwaarderswet is bepaald dat de gerechtsdeurwaarder – voordat hij tot ontruiming overgaat – de gemeente van de aanstaande ontruiming op de hoogte stelt. Niet is voorgeschreven dat dit bij exploot moet worden aangezegd. Dit deed [deurwaarderskantoor] wel en dat was een lucratieve zaak voor haar. Per ontruimingsdag zal het om gemiddeld tussen de vijf tot vijftien exploten van per stuk circa € 60,00 zijn gegaan.
4. Kosten voorbereiding ontruiming. [deurwaarderskantoor] heeft bij iedere voorgenomen ontruiming een forfaitair bedrag aan kosten in rekening gebracht.
5. Kosten bijstand getuigen. Op grond van artikel 556 lid 2 Rv heeft een gerechtsdeurwaarder de bevoegdheid zich te doen bijstaan door getuigen. Het Btag bepaalt in artikel 6 dat de kosten van de ambtshandeling dan worden verhoogd. De verhoging was volgens het in 2013 geldende tarief € 66,79. Een gerechtsdeurwaarder kan echter alleen van zijn bevoegdheid om getuigen in te schakelen gebruik maken indien een bepaalde zaak daartoe aanleiding geeft. Eigen Haard heeft de in dit kader door haar nodeloos gemaakte kosten voor per jaar (2012 als uitgangspunt nemende) begroot op € 540,00.
3.2.3.Eigen Haard wist niet dat deze handelingen voor de tenuitvoerlegging van een ontruimingsvonnis niet waren voorgeschreven en wist dus ook niet dat deze kosten niet verschuldigd waren. [deurwaarderskantoor] heeft met het in rekening brengen van deze kosten zowel Eigen Haard als huurders van Eigen Haard benadeeld. [deurwaarderskantoor] verschaft zich met haar werkwijze een concurrentievoordeel en bezorgt de gehele beroepsgroep een slechte naam.
3.2.4.De tekortkomingen van [deurwaarderskantoor] leveren een grond op voor ontbinding van de samenwerkingsovereenkomst tussen Eigen Haard en [deurwaarderskantoor] , voor zover deze nog bestaat. Bovendien heeft Eigen Haard in het kort geding tussen partijen, dat is uitgemond in het vonnis van 16 september 2013, terecht een beroep op opschorting gedaan. Dat beroep had moeten worden gehonoreerd, het bedrag van € 42.000,00 is dan ook onverschuldigd betaald. [gedaagde sub 2] en [gedaagde sub 3] , die samen de directie van [deurwaarderskantoor] vormen, zijn naast [deurwaarderskantoor] persoonlijk aansprakelijk.
3.2.5.Eigen Haard vordert vergoeding van haar schade, alsmede terugbetaling van het door haar aan [deurwaarderskantoor] betaalde bedrag van € 42.000,00. Het lijkt Eigen Haard doelmatiger om haar schade te schatten, in plaats van deze precies vast te stellen aan de hand van door [deurwaarderskantoor] ter beschikking te stellen gegevens.