Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
mr. drs. J.J.O. Zandt,
15 november 2013 en is gericht tegen de beslissing van 4 oktober 2013 van de
Officier van Justitie(verder: verweerder) ten aanzien van betrokkene, geboren op [geboortedatum] :
[betrokkene]
CJIB-nummer: [nummer]
VERLOOP VAN DE PROCEDURE
opgemaakt namens de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie. Ingevolge artikel 46
lid 2 van de Grondwet kan de Staatssecretaris in de plaats treden van de Minister. Hieruit volgt, volgens de officier van justitie, dat aan de Staatssecretaris dezelfde wettelijke bevoegdheden toekomen als aan de Minister. In de praktijk is, bij het aantreden van het kabinet in 2010, tussen de Minister en de Staatssecretaris een portefeuilleverdeling overeengekomen. Bij besluit van
17 december 2010 heeft de Minister de Staatssecretaris belast met de aangelegenheden betreffende (onder meer) “preventie”. De BOA-screening valt onder de portefeuille “preventie”. Dit volgt enerzijds uit het algemene gegeven dat de Dienst Justis een “screeningsautoriteit” is, gericht op de bescherming van personen en instellingen tegen criminaliteit, recidive en onveiligheid. In formele zin volgt dit uit artikel 23 van de Organisatieregeling Ministerie van Veiligheid en Justitie: de Dienst Justis vormt een onderdeel van het directoraat-generaal Jeugd en Sanctietoepassing (DGJS). De taken van het DGJS zijn omschreven in lid 1 van artikel 23, en de dienstonderdelen in artikel 23 lid 2 van deze Organisatieregeling, aldus de Officier van Justitie.
15 oktober 2015 op de reactie van de gemachtigde van 17 september 2015 te reageren.
GRONDEN VAN DE BESLISSING
26 maart 2013 om 16:48 uur op de Rijksweg A10 te Amsterdam (ter hoogte van
Afrit S106).
BESLISSING
29 oktober 2015 in aanwezigheid van de griffier.
binnen zes wekenna de hierboven vermelde datum van verzending van deze beslissing hoger beroep instellen bij het gerechtshof te Leeuwarden, maar alleen indien de als gevolg van deze beslissing te betalen administratieve sanctie meer dan € 70,00 bedraagt. Het beroepschrift moet worden ingediend bij Rechtbank Amsterdam, afdeling privaatrecht, teams kanton, locatie Amsterdam, Postbus 70515, 1007 KM, Amsterdam en dient door degene die het beroep instelt of een gemachtigde te worden ondertekend. De procedure bij het gerechtshof verloopt schriftelijk,
tenzij in het beroepschrift uitdrukkelijk om een mondelinge behandeling wordt gevraagd.