Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de meervoudige kamer van 9 november 2015 in de zaak tussen
[eiser] , te [woonplaats] , eiser
Procesverloop
Beslissing
Overwegingen
op 9 november 2015.
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 9 november 2015 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure. Eiser, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde mr. W. Albers, had beroep ingesteld tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ouder-Amstel, waarbij zijn bijstandsuitkering voor de duur van één maand met 100% was verlaagd. Dit besluit was genomen op basis van de Participatiewet.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de gronden van beroep niet tijdig zijn ingediend. De griffier had de gemachtigde van eiser op 5 augustus 2015 een termijn van vier weken gegeven om de gronden van beroep in te dienen, maar deze termijn was ongebruikt verstreken. Pas op 2 november 2015 zijn de gronden van beroep per fax aan de rechtbank toegezonden. De gemachtigde heeft ter zitting aangevoerd dat er sprake was van een verschoonbare reden voor de termijnoverschrijding, omdat eiser tot een bijzondere doelgroep behoort en moeilijk bereikbaar was.
De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de aangevoerde omstandigheden niet voldoende waren om de termijnoverschrijding als verschoonbaar te beschouwen. De rechtbank heeft overwogen dat de gemachtigde op de hoogte was van de bijzondere situatie van eiser en dat hij, zelfs als hij moeilijk contact kon krijgen, tijdig om een verlenging van de termijn had kunnen verzoeken. Gelet op deze overwegingen heeft de rechtbank het beroep niet-ontvankelijk verklaard. Er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling of vergoeding van het griffierecht.