ECLI:NL:RBAMS:2015:4380

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
15 juli 2015
Publicatiedatum
13 juli 2015
Zaaknummer
HA ZA 14-810
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Herstelvonnis inzake renteswap en onverschuldigde betaling

In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 15 juli 2015 een herstelvonnis gewezen in een geschil tussen eiser, vertegenwoordigd door mr. drs. I.M.C.A. Reinders Folmer, en gedaagde, ING Bank N.V., vertegenwoordigd door mr. R.P. Raas. De zaak betreft een renteswap en de uitleg van een overeenkomst tussen partijen. De rechtbank heeft vastgesteld dat er een kennelijke fout was in rechtsoverweging 4.2 van een eerder vonnis van 17 juni 2015. De rechtbank heeft zich ambtshalve voorgenomen deze fout te herstellen, omdat de passage die begon met het woord 'verhoogde' niet de stelling van ING betrof, maar die van eiser. Dit was een niet-dragende overweging, waardoor de rechtbank heeft besloten om de passage te schrappen.

De rechtbank heeft partijen de gelegenheid gegeven om zich over dit voornemen uit te laten. ING heeft van deze gelegenheid geen gebruik gemaakt, terwijl eiser geen bezwaar had tegen de voorgenomen verbetering. In de beslissing heeft de rechtbank de tekst van rechtsoverweging 4.2 aangepast en bepaald dat deze wijziging op de minuut van het vonnis van 17 juni 2015 moet worden vermeld. Tevens is gelast dat partijen de ontvangen grosse of afschrift van het vonnis van 17 juni 2015 na ontvangst van het herstelvonnis aan de griffie van de rechtbank moeten retourneren. Het vonnis is openbaar uitgesproken door de rechters op 15 juli 2015.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
zaaknummer / rolnummer: C/13/570514 / HA ZA 14-810
Herstelvonnis van 15 juli 2015
in de zaak van
[eiser],
wonende te [plaats],
eiser,
advocaat mr. drs. I.M.C.A. Reinders Folmer te Amsterdam,
tegen
de naamloze vennootschap
ING BANK N.V.,
gevestigd te Amsterdam,
gedaagde,
advocaat mr. R.P. Raas te Amsterdam.
Partijen zullen hierna [eiser] en ING genoemd worden.

1.Het voornemen tot verbetering

1.1.
De rechtbank heeft zich ambtshalve voorgenomen om het op 17 juni 2015 in deze zaak gewezen vonnis te verbeteren, omdat zij van oordeel is dat sprake is van een kennelijke fout in rechtsoverweging 4.2 van het vonnis, die zich voor eenvoudig herstel leent. De passage die begint na het woord ‘verhoogde’ betrof geen stelling van ING in de procedure, zoals in het vonnis abusievelijk is overwogen, maar van [eiser]. Nu het geen dragende overweging in het vonnis is, kan naar het oordeel van de rechtbank worden volstaan met schrapping van de passage.
1.2.
De rechtbank heeft partijen in de gelegenheid gesteld zich over dit voornemen uit te laten. ING heeft van deze gelegenheid geen gebruik gemaakt. Bij brief van 6 juli 2015 heeft mr. C.H.D.W. van den Borne namens [eiser] aan de rechtbank bericht geen bezwaar tegen de voorgenomen verbetering te hebben.

2.De beslissing

De rechtbank
2.1.
bepaalt dat rechtsoverweging 4.2 van het op 17 juni 2015 tussen [eiser] en ING gewezen vonnis, waar staat
“Toen vanaf eind 2008 de Euribor rente ging dalen profiteerde [eiser] hier weliswaar niet van, omdat hij aan zijn swapovereenkomst gebonden was, maar zo lang hij zijn maandelijkse betalingen onder de swap maar voldeed, verwachtte hij niet voor verrassingen te komen staan. Toch is het zo niet gegaan, omdat ING tussentijds de renteopslag op de leningsovereenkomst verhoogde, stellende dat de swapovereenkomst door de aanhoudende rentedaling een negatieve waarde had gekregen, waardoor het risico dat [eiser] niet aan zijn verplichtingen zou kunnen voldoen, steeg. Omdat ING daarom een groter kredietrisico liep, was zij genoodzaakt tot het verhogen van de debetrenteopslag, aldus ING.”
wordt gewijzigd in
“Toen vanaf eind 2008 de Euribor rente ging dalen profiteerde [eiser] hier weliswaar niet van, omdat hij aan zijn swapovereenkomst gebonden was, maar zo lang hij zijn maandelijkse betalingen onder de swap maar voldeed, verwachtte hij niet voor verrassingen te komen staan. Toch is het zo niet gegaan, omdat ING tussentijds de renteopslag op de leningsovereenkomst verhoogde.”,
2.2.
bepaalt dat deze verbetering onder de vermelding van de datum 15 juli 2015 wordt vermeld op de minuut van het vonnis van 17 juni 2015,
2.3.
gelast elk van partijen, voor zover zij dit niet reeds hebben gedaan, de ontvangen grosse dan wel het ontvangen afschrift van het vonnis van 17 juni 2015 na ontvangst van dit herstelvonnis aan de griffie van de rechtbank te retourneren.
Dit vonnis is gewezen door mr. N.C.H. Blankevoort en in het openbaar uitgesproken door mr. L.S. Frakes op 15 juli 2015. [1]

Voetnoten

1.type: