Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.VERLOOP VAN DE PROCEDURE
De uitleg van gedaagden van de brief van 13 mei 2014 van de burgermeester van Gemeente Amsterdam aan de gemeenteraad is onjuist. In die brief, waarop gedaagden zich beroepen, loopt de burgermeester kennelijk vooruit op de veroordeling van onder meer gedaagden, in die zin dat de feitelijke schade – het bedrag waarvoor gedaagden mogelijk geen verhaal bieden – wordt begroot op die bedragen die niet getroffen zijn door de beslagen van Gemeente Amsterdam en de opsporingsdiensten. De schade die Gemeente Amsterdam heft geleden is gelijk aan het bedrag dat zij ten onrechte heeft overgemaakt, verminderd met het bedrag dat reeds is terugbetaald. De door de civiele beslagen getroffen bedragen zijn nog niet terugbetaald. Evenmin onderbouwen gedaagden dat de door de opsporingsdiensten in beslag genomen contante geldbedragen al aan Gemeente Amsterdam zijn terugbetaald.