ECLI:NL:RBAMS:2015:10265
Rechtbank Amsterdam
- Mondelinge uitspraak
- Rechtspraak.nl
Bestuursrechtelijke geschillen over waterschapsbelasting en bewijslast bij waterverbruik
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Amsterdam, zijn twee beroepen ingesteld door eiseres tegen de uitspraken op bezwaar van de heffingsambtenaar van het Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht. De beroepen zijn gericht tegen de aanslagen waterschapsbelasting voor de jaren 2011 en 2012, waarbij eiseres betwist dat de hoogte van de aanslagen correct is vastgesteld. De rechtbank heeft op 9 april 2015 een mondelinge uitspraak gedaan, waarin de beroepen gegrond zijn verklaard en de uitspraken op bezwaar zijn vernietigd.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de aanslagen zijn gebaseerd op meterstanden van de watermeter in het object van eiseres. Eiseres heeft betoogd dat het gemeten waterverbruik onverklaarbaar hoog is, en verweerder heeft erkend dat er geen bijzondere omstandigheden zijn die dit hoge verbruik kunnen verklaren. De rechtbank oordeelt dat het aan verweerder is om aannemelijk te maken dat de aanslagen terecht zijn opgelegd, maar dat verweerder hierin tekort is geschoten door onvoldoende onderzoek te doen naar de oorzaak van het hoge waterverbruik.
De rechtbank heeft de aanslagen verminderd tot een waterverbruik van 200 m³ per jaar, wat door eiseres is gesteld en door verweerder niet is weersproken. Daarnaast is verweerder veroordeeld in de proceskosten van eiseres tot een bedrag van € 1.225 en is gelast dat het door eiseres betaalde griffierecht van € 318 wordt vergoed. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Amsterdam.