Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
- de bij exploten van 14 en 17 juni 2013 aan respectievelijk Tetterode en Hofstede betekende dagvaarding van Afima, met producties,
- de conclusie van antwoord van Tetterode, met productie,
- het tussenvonnis van 2 oktober 2013, waarbij een comparitie van partijen is gelast,
- het proces-verbaal van comparitie van 10 januari 2014 en de daarin genoemde stukken.
2.De feiten
Inleiding
- onderzoeken van alle ruimten in het gehele complex;
- inspecteren van de gevels en de daken (voor zover mogelijk);
- nemen van tien monsters van ‘asbestverdacht’ materiaal. (…);
- registreren en verpakken van de bemonsterde materialen volgens de eisen van de SC-540.
- wandbeplating in dakopbouw (circa 40 m², risicoklasse 3);
- zwarte vensterbanken in het gehele complex (totaal circa 1.000 m¹, risicoklasse 1);
- plafond- en wandbeplating in ‘buitenschacht’ (circa 50 m², risicoklasse 3);
- remvoeringen liftmachines (4 stuks, risicoklasse 1);
- cv-ketels (2 stuks, risicoklasse 1);
- Gorter branddeuren (4 stuks, risicoklasse 1).
(“as is”),
3.Het geschil
4.De beoordeling
in dat rapportbedoelde materialen, met uitzondering van de remvoering van de liften en de branddeuren, zal worden geleverd. Die verklaring laat dus nadrukkelijk de mogelijkheid open dat bij de levering nog asbest in het pand aanwezig zou zijn dat door Hofstede niet was geïdentificeerd. Dit geldt te meer, nu in artikel 3, eerste lid van de koopovereenkomst nog eens staat dat Tetterode (zo moet worden gelezen: verder) geen garanties geeft met betrekking tot de milieukundige toestand van het pand of de aanwezigheid van voor de gezondheid schadelijke materialen. Dat komt voorts tot uitdrukking in de inleidende overwegingen van de overeenkomst, waarin nadrukkelijk staat dat het pand ‘as is’ wordt verkocht. Kortom, uit de koopovereenkomst volgt dat Tetterode zich slechts tegenover Afima heeft verbonden om het pand vrij van de door Hofstede geïdentificeerde asbesthoudende materialen te leveren en verder wat asbest betreft geen enkele garantie of toezegging heeft gedaan. Opgemerkt zij, dat Afima verder ook geen andere feiten of omstandigheden naar voren heeft gebracht waaruit blijkt dat zij dit anders heeft mogen verstaan.