ECLI:NL:RBAMS:2014:8540
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toestemming voor paspoortaanvraag minderjarige met beperking van territoriale geldigheid
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 17 december 2014 een beschikking gegeven in het kader van de Paspoortwet. De vrouw, verzoekster, heeft een verzoek ingediend om toestemming te verkrijgen voor het aanvragen van een paspoort voor haar minderjarige kind, omdat de man, de verwerende partij, weigerde mee te werken aan de aanvraag. De vrouw heeft aangevoerd dat het paspoort van het kind verouderd is en dat zij problemen ondervindt bij de douane wanneer zij alleen met het kind reist. De man heeft als verweer aangevoerd dat de vrouw van plan zou zijn om met het kind naar Irak te verhuizen, wat hij niet in het belang van het kind acht. De rechtbank heeft de zaak behandeld met gesloten deuren op 11 november 2014, waarbij de man niet aanwezig was. Na het indienen van een verweerschrift door de man, dat niet tijdig was ontvangen door de rechtbank, heeft de rechtbank de behandeling heropend en partijen de gelegenheid gegeven om schriftelijk op elkaar te reageren.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de vrouw en de man gehuwd zijn en gezamenlijk het gezag over hun kind uitoefenen. De vrouw heeft betoogd dat zij niet van plan is om naar Irak te verhuizen, maar dat zij met het kind binnen Europa op vakantie wil. De rechtbank heeft de weigering van de man om toestemming te geven als ongegrond beschouwd, gezien de omstandigheden van de vrouw en het belang van het kind. De rechtbank heeft besloten om de gevraagde toestemming te verlenen, maar met de beperking dat het paspoort alleen geldig is binnen Europa. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders verzochte is afgewezen. De uitspraak is gedaan door rechter M.E.A. Nijssen, tevens kinderrechter, en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.