Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
3.408,00
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak, die op 12 december 2014 door de Rechtbank Amsterdam is behandeld, staat een kort geding centraal tussen de besloten vennootschap All In The House B.V. (AITH) en een gedaagde, die in persoon is verschenen. AITH vordert een verbod voor de gedaagde om zakelijke relaties van AITH te benaderen en mededelingen te doen over een geschil dat hen verdeeld houdt, alsook een verbod om via media te communiceren over dit geschil. De achtergrond van het geschil betreft auteursrechten op verpakkingsmateriaal dat door de gedaagde in opdracht van AITH is vervaardigd. AITH stelt dat de auteursrechten op het door de gedaagde bewerkte verpakkingsmateriaal bij haar berusten, terwijl de gedaagde betwist dat hij geen auteursrechthebbende is. De voorzieningenrechter overweegt dat de gedaagde zijn werkzaamheden in opdracht van AITH heeft uitgevoerd en dat op grond van het Beneluxverdrag intellectuele eigendom de auteursrechten bij de opdrachtgever berusten. De rechter concludeert dat AITH een spoedeisend belang heeft bij haar vordering, omdat de gedaagde mededelingen heeft gedaan aan klanten van AITH, wat de relatie met deze klanten onder druk zet. De voorzieningenrechter wijst de vorderingen van AITH toe, met inachtneming van enkele beperkingen, en veroordeelt de gedaagde in de proceskosten. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad en de gedaagde wordt verboden om verdere mededelingen te doen over het geschil.