Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
- het tussenvonnis van 9 juli 2014 (hierna: het tussenvonnis),
- de akte uitlaten deskundigenbenoeming van Spits,
- de akte (uitlaten deskundige) van Praxis c.s., met producties,
- de antwoordakte van Spits.
2.De verdere beoordeling
in conventie
- Spits heeft zich in die akte uitgelaten over de te benoemen deskundige en de aan de deskundige voor te leggen vragen.
- Praxis heeft in haar akte te kennen gegeven dat zij gezien de heldere uitgangspunten opgenomen in het tussenvonnis van mening is dat het niet noodzakelijk c.q. gewenst is om een deskundige te benoemen, mede gelet op de daaraan verbonden kosten en tijdsduur. Zij heeft bij haar akte, met inachtneming van de door de rechtbank bij tussenvonnis geformuleerde uitgangspunten, een aangepaste berekening overgelegd en voorgesteld Spits schriftelijk op die berekening te laten reageren, waarna de rechtbank zonder tussenkomst van een deskundige vonnis zou kunnen wijzen. Voor het geval de rechtbank toch tot benoeming van een deskundige zou overgaan, heeft Praxis zich in haar akte uitgelaten over de persoon van de te benoemen deskundige en de aan de deskundige voor te leggen vragen.
- de deskundige dient
- de griffie zal de opgave van de deskundige vervolgens toezenden aan partijen,
- partijen kunnen desgewenst
- indien niet of niet tijdig bezwaar wordt gemaakt, wordt de hoogte van het voorschot op de kosten van de deskundige reeds nu voor alsdan vastgesteld op het door de deskundige begrote bedrag,
- indien wel tijdig bezwaar wordt gemaakt, zal het voorschot worden vastgesteld bij afzonderlijke rechterlijke beslissing,
binnen twee wekenna een daartoe strekkend betalingsverzoek van de griffie op het in dat betalingsverzoek vermelde rekeningnummer,
- de deskundige voor aanvang van het onderzoek dient kennis te nemen van de Leidraad deskundigen in civiele zaken (te raadplegen op www.rechtspraak.nl of desgevraagd te verkrijgen bij de griffie),
- de deskundige het onderzoek onmiddellijk dient te staken en contact dient op te nemen met de griffier, indien tijdens de uitvoering van de werkzaamheden het voorschot niet toereikend blijkt te zijn,
- uit het schriftelijke rapport moet blijken op welke stukken het oordeel van de deskundige is gebaseerd,
- de deskundige een concept van het rapport aan partijen moet toezenden, opdat partijen de gelegenheid krijgen binnen vier weken daarover bij de deskundige opmerkingen te maken en verzoeken te doen, en dat de deskundige in het definitieve rapport de door partijen gemaakte opmerkingen en verzoeken en de reactie van de deskundige daarop moet vermelden,
7 oktober 2015,
- indien het voorschot niet binnen de daarvoor bepaalde (eventueel verlengde) termijn is ontvangen: voor akte uitlating voortprocederen aan beide zijden op een termijn van twee weken of
- na ontvangst ter griffie van het deskundigenrapport: voor conclusie na deskundigenbericht aan de zijde van Spits op een termijn van vier weken,