ECLI:NL:RBAMS:2014:6576

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
8 oktober 2014
Publicatiedatum
10 oktober 2014
Zaaknummer
C-13-556007 - HA ZA 13-1835
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Consumentenkoop en verwijzing naar kantonrechter in geschil over synthetische diamant

In deze zaak, die voor de Rechtbank Amsterdam is behandeld, vordert eiseres, de eigenaresse van een ring, vernietiging van de koopovereenkomst met de besloten vennootschap Stream & Field B.V. De eiseres stelt dat zij op 22 december 1998 een ring heeft gekocht die als een echte diamant werd verkocht, maar later bleek dat de centrale steen een synthetische moissaniet was. De rechtbank heeft vastgesteld dat, uitgaande van de stellingen van eiseres, er sprake is van een consumentenkoop. Dit betekent dat de zaak, gezien de aard van de vordering en de betrokken partijen, ambtshalve moet worden verwezen naar de kantonrechter. De rechtbank heeft partijen in de gelegenheid gesteld om zich hierover uit te laten. De eiseres vordert onder andere de vernietiging van de koopovereenkomst op grond van bedrog en dwaling, alsook schadevergoeding voor de geleden schade. De rechtbank heeft de zaak aangehouden voor verdere behandeling en zal op een later moment beslissen over de verwijzing naar de kantonrechter.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
zaaknummer / rolnummer: C/13/556007 / HA ZA 13-1835
Vonnis van 8 oktober 2014 (bij vervroeging)
in de zaak van
[eiser],
wonende te [plaats],
eiser,
advocaat mr. J.H. Fellinger te Amsterdam,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
STREAM & FIELD B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
gedaagde,
advocaat mr. A.W. Brantjes te Amsterdam.
Partijen zullen hierna [eiser] en Stream & Field genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het tussenvonnis van 18 juni 2014 waarin een comparitie van partijen is gelast,
  • het proces-verbaal van comparitie van 22 september 2014.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
[eiser] is de eigenaresse van een witgouden ring met één grote steen van synthetisch moissaniet van 1,2 karaat en twee diamanten stenen van ieder 0,42 karaat (hierna: de ring).
2.2.
De bedrijfsactiviteiten van Stream & Field zien (onder meer) op het verkopen van sieraden.
2.3.
Op briefpapier van Stream & Field is op 22 december 1998 aan [eiser] een ‘diamond certificate’ met [nummer] (hierna: het certificaat) afgegeven. In het certificaat is, voor zover hier van belang, het volgende opgenomen:
“ARTICLE: One only, 18k yellow/white gold diamond ring
CUT: briljant triangle
COLOUR: G W
CLARITY: VS VVS
CARAT: 1.10 (…) 2 = 0,42 (…)
Replacement value at date of purchase: HFL 16800,-
(…)”
2.4.
In opdracht van [eiser] heeft het Gemmological Center of Moscow State University op 18 december 2012 een ‘jewellery rapport’ opgesteld. In dit rapport is opgenomen dat sprake is van een 18-karaatsring van geel- en witgoud met één steen van ‘synthetic moissanite’ (1,20 karaat) en twee diamanten stenen (ieder 0,42 karaat).
2.5.
Op 26 december 2012 is door [naam 1] in opdracht van [eiser] een rapport opgesteld. In dit rapport is – voor zover hier van belang – het volgende opgenomen:
“(…) According tot the whole number of revealed features and resultst of examination it has been ascertained that the central jewel stone in the appraisal object hasn’t been taken out from the setting or re-mounted. (…)”
2.6.
Bij brief van 2 november 2013 heeft de advocaat van [eiser] naar de rechtbank begrijpt aan Stream & Field geschreven:
“(…) On December 22nd, 1998 [[eiser], rb] has bought a gold ring with a 1.10 carat diamond (…) and two other diamonds for HFL 16,800. The ring and the stones were certified by a document issued by your firm (…)
in 2012, it was discovered that the diamond was not a diamond, but a synthetic stone (…)
No doubt that my client is a victim of serious fraude committed by tour jeweller shop. (…)”
2.7.
De advocaat van [eiser] heeft de advocaat van Stream & Field bij brief van 21 november 2013 geschreven:
“(…) Wij correspondeerden al eerder, waarbij mijn cliënte uw cliënte heeft aansprakelijk gesteld voor de door haar geleden schade tengevolge van de het feit dat uw cliënte (…) op 22 december 1998 aan mijn cliënte een ring met een nep diamant heeft verkocht, als ware dit een echte 1,1 karaats diamant.
(…) Op grond van bedrog gepleegd door uw cliënte (artikel 3:44 BW) subsidiair op grond van dwaling (artikel 6:228 BW) vernietigt cliënte de bewuste koopovereenkomst buitengerechtelijk door deze brief (…)”.
De advocaat van [eiser] heeft in diezelfde brief daarbij te kennen gegeven een bedrag van € 87.685,95 van Stream & Field te vorderen.
2.8.
Door [eiser] en haar echtgenoot, [naam 2], is op 10 december 2013 een schriftelijke verklaring afgelegd. Voor zover hier van belang is in de verklaringen van [naam 2] het volgende opgenomen, waarbij wordt opgemerkt dat de verklaring van [eiser] identiek is, behoudens voor wat betreft de aanduidingen van [eiser] en [naam 2].
“(…) On 22nd of December 1998, my family and I were in Amsterdam (…) My wife (…) and I saw in the window from jeweler shop ‘Stream & Field’ (…) a diamond ring. My wife and I went inside the jeweler shop and asked about the ring. The sales assistant made reference that a new shopment of diamond rings had arrived and went to get these. (…) One of these rings was sold, paid and deliverd to my wife for a price of Dutch guilders 16,800, together with a “Diamond Certificate”. This Diamond Certificate under no. [nummer] certified that the diamonds were genuine (…)”

3.Het geschil

3.1.
[eiser] vordert, samengevat en bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis:
3.1.1.
te verklaren voor recht dat de koopovereenkomst van 22 december 1998 ter zake van de ring met diamanten tussen partijen op grond van primair bedrog en subsidiair dwaling (buitengerechtelijk) is vernietigd,
3.1.2.
veroordeling van Stream & Field tot betaling van € 15.813,87 inzake de aankoopprijs en wettelijke rente,
3.1.3.
te verklaren voor recht dat door bedrog te plegen met de valse diamant Stream & Field onrechtmatig jegens [eiser] heeft gehandeld, nu zij hierdoor na de ontdekking van deze onrechtmatige daad schade heeft geleden in haar eer en goede naam, alsmede lichamelijke en psychische schade heeft ondervonden waarvoor Stream & Field aansprakelijk is,
3.1.4.
veroordeling van Stream & Field tot betaling van € 50.000,00 wegens schade als gevolg van de onrechtmatige daad,
3.1.5.
veroordeling van Stream & Field tot betaling van € 12.883,84 aan kosten ex artikel 6:96 Burgerlijk Wetboek (BW),
3.1.6.
veroordeling van Stream & Field tot betaling van € 9.872,08 aan buitengerechtelijke incassokosten,
3.1.7.
veroordeling van Stream & Field in de proceskosten, daaronder begrepen de beslagkosten,
3.1.8.
veroordeling van Stream & Field tot betaling van de wettelijke rente over alle verschuldigde bedragen vanaf 9 december 2013 tot de dag der algehele voldoening.
3.2.
[eiser] stelt daartoe – kort gezegd – het volgende. Op 22 december 1998 is een koopovereenkomst tussen partijen tot stand gekomen met betrekking tot de ring. Er is echter sprake van bedrog dan wel dwaling. Stream & Field heeft de ring namelijk ten onrechte verkocht als zijnde een ring met een diamanten steen van 1,1 karaat, terwijl de steen in werkelijkheid van synthetisch moissaniet is gemaakt, aldus [eiser].
3.3.
Stream & Field voert verweer.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
[eiser] heeft aan haar vorderingen ten grondslag gelegd dat op 22 december 1998 tussen haar en Stream & Field een koopovereenkomst met betrekking tot de ring tot stand is gekomen. Dit is door Stream & Field betwist.
4.2.
Naar het voorlopig oordeel van de rechtbank is – als een dergelijke overeenkomst tot stand is gekomen – sprake van een consumentenkoopovereenkomst in de zin van artikel 7:5 Burgerlijk Wetboek (BW). Het betreft dan immers de koop van een roerende zaak (de ring) door een koper, zijnde een natuurlijk persoon, niet handelend in de uitoefening van beroep of bedrijf ([eiser]) van een verkoper handelend in de uitoefening van beroep of bedrijf (Stream & Field).
4.3.
Op grond van het bepaalde in artikel 93 onder c van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) dienen zaken betreffende een consumentenkoopovereenkomst – ongeacht het beloop of de waarde van de vordering – te worden behandeld en beslist door de kantonrechter. De rechtbank is dan ook voornemens om de onderhavige procedure in de stand waarin deze zich bevindt op grond van artikel 71 lid 2 Rv ambtshalve te verwijzen naar de kantonrechter.
4.4.
De rechtbank zal, alvorens te beslissen of tot verwijzing wordt overgegaan, ieder van partijen in de gelegenheid stellen zich hierover uit te laten.
4.5. Iedere verdere beslissing wordt aangehouden.

5.De beslissing

De rechtbank
5.1.
bepaalt dat de zaak weer op de rol zal komen van
22 oktober 2014voor het nemen van een akte uitlating ambtshalve verwijzing van de zaak naar de kamer voor kantonzaken aan de zijde van [eiser] en Stream & Field,
5.2.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. G.H. Marcus en in het openbaar uitgesproken op 8 oktober 2014.