Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
- het tussenvonnis van 9 oktober 2013;
- het proces-verbaal van comparitie van 21 januari 2014, met de daarin genoemde stukken.
2.De feiten
Als zekerheid voor het krediet en voor al hetgeen de kredietnemer[[bedrijf 1]; rb]
ons schuldig mocht zijn, zal gelden:
Als zekerheid voor de kredietfaciliteit en voor al hetgeen de kredietnemer ons schuldig mocht zijn, zal gelden:
In aanmerking nemende
economisch met elkaar samenwerken, zij ieder ook directe of indirecte juridische bindingen hebben met één of meer van de overigen en zich tegenover de bank[ING; rb]
uitdrukkelijk wensen te presenteren als één groep;
3.Het geschil
4.De beoordeling
De hierboven genoemde zekerheden zijn reeds gevestigd”. Ten tijde van het faillissement waren de vorderingen echter niet verpand, zodat [eiseres] niet in het pandrecht van ING is gesubrogeerd. De aan de orde zijnde vraag is dan of ING ter zake een verwijt valt te maken.
2.842,00(2,0 punt × tarief € 1.421,00)