Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.[naam gedaagde 1],
2.[naam gedaagde 2],
3.[naam gedaagde 3],
1.De procedure
- de dagvaarding van 19 juli 2013 met producties 1 tot en met 65,
- de incidentele provisionele conclusie houdende zekerheidstelling voor proceskosten (ex. art. 224 Rv),
- de conclusie van antwoord in het incident,
- het vonnis in incident van 27 november 2013, waarbij [eiser] is veroordeeld voor een bedrag van € 10.1370,00 zekerheid te stellen voor proceskosten,
- de conclusie van antwoord tevens houdende eis in reconventie, met producties 1 tot en met 27,
- het tussenvonnis van 19 februari 2014 waarbij een comparitie van partijen is gelast,
- de conclusie van antwoord in reconventie deel I, met producties 66 tot en met 76,
- de conclusie van antwoord in reconventie deel II tevens akte wijziging vermeerdering van eis, met productie 78,
- de akte houdende wijziging van eis in reconventie en aanvulling van gronden tevens houdende akte overlegging producties, met producties 28 tot en met 38, 40, 41, 42, 44 en 45,
- de aanvullende producties 79 tot en met 84 van [eiser],
- de akte houdende aanvulling van eis in conventie van [eiser], met productie 85,
- productie 46 van [gedaagden],
- het proces-verbaal van comparitie van 16 juni 2014 en de daarin genoemde spreekaantekeningen van partijen,
- de brief van 7 juli 2014 van mr. Koudstaal met opmerkingen over het proces-verbaal van comparitie,
- de brief van 22 juli 2014 van mr. Boon met opmerkingen over het proces-verbaal van comparitie.
2.De feiten in conventie en in reconventie
- een rekening bij [naam bank] met nummer [(...)],
- een rekening bij [naam bank] met nummer [(...)],
- een rekening bij [naam bank] met nummer [(...)],
- een spaarrekening bij [naam bank] met nummer [(...)],
- een spaarrekening bij [naam bank] met nummer [(...)],
- een spaarrekening bij [naam bank] met nummer [(...)],
- een rekening bij [naam bank] met nummer [(...)]
Schuldeiser”
Schuldenaar;
Hoofdsom”;
Afstand ontbinding en vernietiging: Partijen doen afstand van het recht deze overeenkomst geheel of gedeeltelijk te (doen) ontbinden respectievelijk te vernietigingen, met name het inroepen van het bepaalde in de artikelen 265 e.v. van Boek 6 BW alsmede de artikelen 228 tot en met 230 van Boek 6 BW.
Toepasselijk recht: op deze overeenkomst is Nederlands recht van toepassing;
Geschillen: alle geschillen welke mochten ontstaan naar aanleiding van deze overeenkomst (…) zullen worden voorgelegd aan de bevoegde rechter te Amsterdam. (…)”
€ 770.000,- aan huurpenningen aan [naam vennootschap] overgemaakt. Een groot deel van dit bedrag is op 27 december 2012 (€ 120.000) en op 1 februari 2013 (€ 300.000) overgemaakt.
€ 675.000 bijgeboekt van de rekening van [gedaagden] met de omschrijving “
Aflossing leningen 2002 3 x Euro 225.000” en een bedrag van € 225.000 bijgeboekt van de rekening met nummer [(...)] ten name van [naam 1] met de omschrijving “
Aflossing lening”. Vervolgens is op dezelfde datum een bedrag van € 900.000 van de rekening afgeboekt naar een van [naam bank] rekeningen van [eiser]. Dit bedrag is op 2 januari 2011 van deze rekening weer naar de rekening-courantrekening overgeboekt, waarna het bedrag op dezelfde dag weer naar een rekening van [gedaagden] is overgeboekt.
Vader”
Kinderen”;
Hoofdsom”;
Afstand ontbinding en vernietiging: Partijen doen afstand van het recht deze overeenkomst geheel of gedeeltelijk te (doen) ontbinden respectievelijk te vernietigingen, met name het inroepen van het bepaalde in de artikelen 265 e.v. van Boek 6 BW alsmede de artikelen 228 tot en met 230 van Boek 6 BW.
Toepasselijk recht: op deze overeenkomst is Nederlands recht van toepassing;
Geschillen: alle geschillen welke mochten ontstaan naar aanleiding van deze overeenkomst (…) zullen worden voorgelegd aan de bevoegde rechter te Amsterdam. (…)”
overboeking naar Spaarrekening, Rente 2,5 p.a.”.
Het is mijn bedoeling met ingang van 2012 ieder jaar aan jullie 4 H.R.B. en M. 25.000 € te schenken (dus ieder 25.000) los van mogelijk andere bijdragen. Zou je dat willen regelen!? Bedankt.(..)”
Ik regel sinds ongeveer 1995 steeds meer van de financiële zaken zoals je weet. (…)Ik heb je steeds verzekerd dat als je ergens geld voor nodig hebt, dat dat dan beschikbaar is. Je staat absoluut niet onder curatele, zoals je steeds zegt. Als jij een nieuwe boot, auto of appartement ergens wilt kopen, of een extra dure reis wilt maken, of een butler in wilt huren, of wat dan ook voor jezelf, dan regelen we dat meteen. (…)Er is echter een kleine kink in deze vertrouwenskabel en die wordt veroorzaakt door je echtgenote. Zij vormt de grote uitzondering op het beschikbaar stellen van financiële middelen richting [land]. (…)
Voor het einde van dit jaar of =/- 14 dagen later wil ik het saldo van [naam bank] destijds door mij overgemaakt i.v.m. onzekerheid(…)
weer terug hebben op mijn rekening courant bij bovengenoemde bank (+ de rente) (dan kan ik zien wat het heeft opgebracht). (..)”
€ 500.00 en € 250.000 naar de derdengeldenrekening van de advocaat van [eiser] overgemaakt.
3.Het geschil
in conventie
primairvoor recht verklaart dat het dagelijks beheer over de hoofdsom op grond van de schenkingsovereenkomst, althans de nadien gemaakte afspraken tussen [eiser] enerzijds en [gedaagden] en de Stichting anderzijds, toekomt aan [gedaagden] en de Stichting, althans
subsidiairde schenkingsovereenkomst en/of de nadien gemaakte afspraken zodanig wijzigt dat het dagelijks beheer over de hoofdsom wordt toegekend aan [gedaagden] en de Stichting gezamenlijk, althans aan een door partijen gezamenlijk, althans door de rechtbank, aan te wijzen onafhankelijke derde en daarbij bepaalt dat de kosten van die derde in gelijke delen wordt gedragen door [eiser] enerzijds en [gedaagden] en de Stichting anderzijds.
primairvoor recht verklaart dat de eindbeslissing over het herinvesteren van (een deel van) de hoofdsom op grond van de schenkingsovereenkomst, althans de nadien gemaakte afspraken tussen [eiser] enerzijds en [gedaagden] en de Stichting anderzijds, toekomt aan [gedaagden] en de Stichting, althans
4.De beoordeling
in conventie
€ 34.000,- per jaar onverschuldigd heeft betaald. Volgens [eiser] is hij geen managementvergoeding verschuldigd, omdat dat nimmer tussen partijen is overeengekomen en [gedaagde 1] tekortgeschoten is in de nakoming van de beheerovereenkomst, nu het beheer geen goed rendement heeft opgeleverd.
€ 243.000,- zal gelet op het bovenstaande worden afgewezen.
€ 7.800.000 zal proberen te onttrekken aan het vermogen van [gedaagden]. Zij vrezen voorts dat hij zal zwichten on de druk van zijn echtgenote om haar financiële middelen ter beschikking te stellen. Zij hebben [eiser] bovendien al ruim 1,5 jaar niet gesproken en weten niet of hij mentaal nog in staat is dergelijke verantwoordelijkheden te dragen. Volgens [gedaagden] betreft het hier omstandigheden die ten tijde van het aangaan van de overeenkomst niet voorzienbaar waren. Zij doen verder een beroep op artikel 6:263 BW. Na overlijden van [eiser] zal de beslissingsbevoegdheid weer terugvallen aan [gedaagden]. Zij vrezen echter dat hij daaraan niet zal kunnen voldoen. Het is onder de geschetste omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar om de beslissingsbevoegdheid aan [eiser] te laten.
€ 10.000 zal worden aangehouden.