ECLI:NL:RBAMS:2014:6288
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Ontbinding arbeidsovereenkomst verpleegkundige wegens schending geheimhoudingsplicht
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 29 augustus 2014 uitspraak gedaan over de ontbinding van de arbeidsovereenkomst van een verpleegkundige, hierna te noemen [gedaagde], die werkzaam was bij Stichting Arkin. De aanleiding voor het verzoek tot ontbinding was dat [gedaagde] in de periode van januari 2013 tot juni 2014 maar liefst 469 keer het dossier van haar zus had geraadpleegd, die in dezelfde instelling was opgenomen, zonder toestemming van de behandelaars of haar leidinggevende. Dit handelen werd door de werkgever, Arkin, aangemerkt als een dringende reden voor ontslag, omdat het in strijd was met de geheimhoudingsverplichting die op haar rustte als BIG-geregistreerde verpleegkundige.
De kantonrechter oordeelde dat hoewel het gedrag van [gedaagde] zeer ernstig was, er ook een verwijt aan de werkgever te maken viel. Arkin had geen protocol voor situaties waarin een familielid van een werknemer in de instelling wordt opgenomen, en had [gedaagde] moeten overplaatsen of haar expliciet moeten adviseren om dit te doen. De rechter concludeerde dat er geen sprake was van een dringende reden voor ontslag, maar dat het vertrouwen van Arkin in [gedaagde] was verloren. Daarom werd de arbeidsovereenkomst ontbonden, met toekenning van een beperkte vergoeding aan [gedaagde].
De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheid van werkgevers om duidelijke richtlijnen te hebben voor situaties waarin medewerkers met persoonlijke belangen in de zorgsector te maken krijgen, en de noodzaak voor werknemers om zich bewust te zijn van hun professionele verplichtingen, vooral als het gaat om vertrouwelijke informatie.