ECLI:NL:RBAMS:2014:6133

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
20 augustus 2014
Publicatiedatum
19 september 2014
Zaaknummer
HA ZA 13-1625
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot schadevergoeding wegens tekortkoming in de nakoming van een overeenkomst betreffende een advertentiepakket

In deze zaak vorderde [de maatschap] schadevergoeding van de Telefoongids B.V. wegens een vermeende tekortkoming in de nakoming van een overeenkomst voor een advertentiepakket. De overeenkomst was aangegaan op 1 maart 2011 en had betrekking op een pakket dat de Telefoongids zou leveren, met de belofte van 370 nieuwe klanten per jaar, elk met een gemiddelde omzet van € 1.595. [de maatschap] stelde dat de Telefoongids deze belofte niet was nagekomen, wat leidde tot een schadeclaim. De rechtbank onderzocht de feiten en de communicatie tussen partijen, waaronder telefoongesprekken en e-mailcorrespondentie. De rechtbank concludeerde dat de Telefoongids geen garantie had gegeven voor het aantal klanten of de omzet, en dat de uitlatingen van de vertegenwoordiger van de Telefoongids niet als zodanig konden worden opgevat. Bovendien was er geen sprake van verzuim, omdat [de maatschap] geen ingebrekestelling had gestuurd. De rechtbank wees de vorderingen van [de maatschap] af en veroordeelde haar in de proceskosten. In reconventie werd [de maatschap] veroordeeld tot betaling van een bedrag aan de Telefoongids, vermeerderd met wettelijke rente.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
zaaknummer / rolnummer: C/13/552522 / HA ZA 13-1625
Vonnis van 20 augustus 2014
in de zaak van
[de maatschap]
gevestigd te[plaats],
eiseres in conventie,
verweerster in reconventie,
advocaat mr. J.C.M. van Bladel te Oosterhout,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
DE TELEFOONGIDS B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
advocaat mr. M.J. Koning te Amsterdam.
Partijen zullen hierna [de maatschap] en de Telefoongids worden genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding van 15 oktober 2013 met producties;
  • de conclusie van antwoord en conclusie van eis in reconventie met producties;
  • het tussenvonnis van 5 februari 2014 waarbij een comparitie van partijen is bepaald;
  • de conclusie van antwoord in reconventie;
  • het proces-verbaal van comparitie van 30 april 2014 met de daarin genoemde stukken;
  • de akte houdende uitlating productie van de zijde van de Telefoongids.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Op 1 maart 2011 hebben [de maatschap] (hierna: [de maatschap]) en [de maatschap] (hierna: [de maatschap]) het advocatenkantoor [de maatschap] geopend.
2.2.
Op 31 maart 2011 heeft [naam 1], een medewerkster van de telefoongids, [de maatschap] telefonisch benaderd, met het aanbod om gebruik te maken van een advertentiepakket van de Telefoongids. Het pakket waarvoor [de maatschap] belangstelling had bestond uit een combinatie van drie mediadiensten: een internetprogramma, een mobiele website en een vermelding in de Gouden Gids/Telefoongids, zowel digitaal als op papier.
2.3.
Tijdens het gesprek heeft [naam 1] per e-mail informatie opgestuurd over het advertentiepakket. In deze informatie staat onder meer het volgende vermeld:
“Uw advertentie in de rubriek Advocaat levert u klanten op. (…)
1. U wordt altijd en overal gevonden
[grafiek]
(…)
7. Omzet voor uw bedrijf
Een besteding bij u, die via De Telefoongids & Gouden Gids tot stand is gekomen, levert u gemiddeld het volgende bedrag op.
-
Gemiddeld bestedingsbedrag
€ 1.595,- *
*Per klant in de rubriek Advocaten
(…)
* Bron TNO-NIPO Rendementsonderzoek 2010
(…)”
2.4.
In de loop van 31 maart 2011 heeft [de maatschap] naar aanleiding van het eerdere gesprek die dag weer telefonisch contact opgenomen met Hommerson. [de maatschap] neemt via de speaker ook deel aan het gesprek en het gesprek wordt opgenomen. Tijdens dit gesprek is, voor zover van belang, het volgende gezegd:
[T=[naam 1] (de Telefoongids); F=[de maatschap]; H=[de maatschap]
“(…)
F: En dat we dan ja 370 klanten per jaar zou dat opleveren die ongeveer natuurlijk gemiddeld €1595,-- zouden omzetten.
T: Ja. Ik zou u nog wel één ding willen verzoeken.
F: Ja.
T: Om toch een contactmeter te nemen.
F: Ja.
(…)
T: Anders kunt u volgend jaar.
F: Ja.
T: Dan zegt u het is een fantastisch programma.
F: Ja.
T: Of u zegt het is een flut programma.
F: Ja.
(…)
F: Nee / ja, ik vind het prima. Ik bedoel kijk op het moment dat het de klandizie oplevert die u zegt hè?
T: Ja.
F: Die u heeft gezegd dat het oplevert en ja dan maakt mij dat niet uit. Het gaat mij uiteindelijk om die klanten binnen te halen.
T: Ja, ja nee inderdaad. Absoluut. Helemaal mee eens.
(…)
T: Ja. Gaat u hiermee akkoord?
F: Ja, behoudens het volgende en dat is dat wij af hebben gesproken dat dit 370 nieuwe klanten op zou leveren per jaar. Gemiddeld en kan dus niet met zekerheid gezegd worden, maar die ongeveer €1595,-- zouden doen en dat dat zeven klanten per week zijn.
T: Ja, klopt.
(…)
T: Daar, dat is als we dan die 370 als we dat weer terugbrengen naar die 661, want die 370 is 56% en als we kijken wat via online komt is dat 414, via ons rendementsonderzoek.
F: Ja, nou ja goed, maar die 370 ziet op de klanten die we zouden krijgen.
T: Ja, dat is een combinatie van print, internet en mobiel.
(…)
F: Dan had ik nog een vraag dat is hoe vaak we nou ook alweer omhoog geplaatst worden of had dat hier nou iets mee te maken of niet?
(…)
F: Oké, en dan heb ik nog één opmerking en dat is de volgende. Dat heeft betrekking op de algemene voorwaarden. U kunt begrijpen dat ik niet akkoord kan gaan met de algemene voorwaarden die mij nog niet ter hand zijn gesteld en die ik ook niet heb gezien.
T: Ja.
F: Dus algemene voorwaarden overeenkomen kan ik niet op voorhand doen.
T: Oké, dan ga ik er gewoon van uit dat het allemaal wel goed zit en u kunt dat vinden op onze website.
F: Ja, ja, nou ja goed prima, maar dan weer u dat in ieder geval en dan is het wat mij betreft verder hebben we denk ik alles besproken wat we moesten bespreken.
T: ja, precies. Ik ga in ieder geval een nieuw contact aanmaken. Ik zal ongetwijfeld. Ik ga u vragen om mij de twaalf belangrijke trefwoorden naar mij toe te sturen.
(…)”
2.5.
Vervolgens heeft [de maatschap] een advertentiepakket bij de Telefoongids gekocht voor de periode juni 2011 tot en met juni 2012 voor een bedrag van in totaal € 2.799,00 (exclusief btw), te betalen in 12 maandelijkse termijnen. Dit pakket bestond uit:
  • een internetprogramma (5), bestaande uit acht foto’s, een videotour, 1750 karakters aan vrije tekst en 12 trefwoorden;
  • een mobiele website ([website]), 100 gesponsorde hits;
  • plaatsing van het bedrijfslogo van [de maatschap] op de websites van de gouden Gids en de Telefoongids en plaatsing van het bedrijfslogo in kleur in de Gouden Gids (1/8 pagina) en in zwart/wit in de Telefoongids (1/8 pagina).
2.6.
Per e-mail van 12 april 2011 heeft de Telefoongids aan [de maatschap] ([de maatschap]) een drukproef van de advertentiepagina in De Gouden Gids en De Telefoongids toegestuurd.
2.7.
Per e-mail van 18 april 2011 heeft [de maatschap] ([de maatschap]) aan de Telefoongids, voor zover van belang, het volgende bericht:
“(…)
Ik heb het idee dat het logo erg klein is. Klopt dat?
(…)
Daarnaast is het me opgevallen dat we lager in de vermelding staan dan dat we door [naam 1] is toegezegd.
Graag verneem ik van u.
(…)”
2.8.
Per e-mail van 27 april 2011 heeft [de maatschap] ([de maatschap]) het volgende aan de Telefoongids (Vierbergen) bericht:
“Naar aanleiding van ons telefonisch onderhoud van zojuist treft u ons logo in 2 verschillende formatten aan. Ik verzoek u om het logo groter te maken. Voor zover dat niet mogelijk zou zijn, verzoek ik u aan te geven op welk formaat u het logo wilt hebben. (…)
Bovendien heb ik aangegeven dat wij te laag staan op internet. Er is door jullie toegezegd dat wij (als je advocaat in Den Bosch invoert) bij F zouden uitkomen. Wij staan nu bij W en X.
(…)”.
2.9.
Per e-mail van 1 juni 2011 heeft [de maatschap] ([de maatschap]) aan de Telefoongids geschreven dat hij nog niet tevreden was over het advertentiepakket. In deze e-mail staat, voor zover van belang, het volgende:
“(…)
Wij hadden afgesproken dat als je op [website] zou zoeken op advocaat of advocaten in Den Bosch dat wij op plaats E zouden komen te staan (…). Wij komen pas bij plaats S of U naar voren. Ik verzoek u dit aan te passen.
Daarnaast werkt onze videotour niet. Vriendelijk verzoek ik u ervoor zorg te dragen dat de videotour via internet te bekijken is.
Zoals u weet heeft u toegezegd dat wij via deze overeenkomst zeven nieuwe klanten per week zouden krijgen die gemiddeld ongeveer €1.595,- zouden omzetten. Tot op heden heeft vrijwel niemand ons via het door u aangeboden product kunnen vinden. (…)
Vriendelijk verzoek ik u om binnen zeven dagen na heden te reageren op de door mij gestelde vragen.
(…)”.
2.10.
Per e-mail van 8 juni 2011 heeft de Telefoongids ([naam 1]) inhoudelijk op de vragen van [de maatschap] ([de maatschap]) gereageerd.
2.11.
Per e-mail van 20 juni 2011 heeft [de maatschap] ([de maatschap]) aan de Telefoongids ([naam 1]), voor zover van belang, het volgende bericht:
“(…)
Uw stelling dat u met betrekking tot de website eerst een ander aanbod heeft gedaan is onjuist. Wij hebben het beste pakket gekregen tegen een gereduceerd tarief, omdat het niet mogelijk was om een grote advertentie in de Telefoongids/Gouden Gids te plaatsen. Dus is er gekozen voor het grote pakket met net wat minder (advertentie)mogelijkheden. Het is niet afgesproken om een lagere ranking te krijgen.
Het ziet ernaar uit dat u tekort komt in de nakoming van de tussen partijen aangegane overeenkomst. Om die reden zal ik de verplichtingen van [de maatschap] vooralsnog opschorten.
(…)”.
2.12.
Bij brief van 27 juli 2012 heeft de advocaat van [de maatschap] de Telefoongids, voor zover van belang, als volgt bericht:
“(…)
Cliënte heeft met u genoemde verbintenis gesloten met als ingangsdatum 1 juni 2011 voor de duur van één jaar, betreffende een advertentiepakket waarmee cliënte haar klantenbestand zou kunnen uitbreiden. Inmiddels is er een jaar verstreken en heeft de met u afgesloten resultaatsverbintenis, ondanks het door u voorgespiegelde en uitdrukkelijk bevestigde rendement, zelfs geen enkele klant opgeleverd.
De inhoud van de gesloten verbintenis bestond uit het behalen van een resultaat van 370 nieuwe klanten per jaar met een gemiddelde omzet van € 1.595,- per klant, welk resultaat niet is behaald. Voornoemde betekent dat sprake is van een tekortkoming in de nakoming. Nu nakoming over de contractperiode niet langer tot de mogelijkheden behoort, is verzuim reeds ingetreden. Hierbij stel ik u aansprakelijk voor de volledige schade die cliënte heeft geleden en nog zal lijden. Cliënte maakt tevens aanspraak op de wettelijke handelsrente.
Indien u in overleg wenst te treden om te komen tot een regeling verneem ik dat graag.
(…)”.
2.13.
Op 26 juni 2012 heeft de Telefoongids aan [de maatschap] een credit factuur gestuurd voor een bedrag van € 1.862,35 (inclusief btw) en op 29 juni 2012 een credit factuur voor een bedrag van € 1.468,46 (inclusief btw) (hierna: de credit facturen).

3.Het geschil

in conventie

3.1.
[de maatschap] vordert dat de rechtbank – kort weergegeven – bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, voor recht verklaart dat de Telefoongids jegens [de maatschap] toerekenbaar is tekortgekomen in de nakoming van de overeenkomst betreffende het advertentiepakket en de Telefoongids veroordeelt aan [de maatschap] de door haar geleden en nog te lijden schade te vergoeden, nader op te maken bij staat, met veroordeling van de Telefoongids in de kosten.
3.2.
[de maatschap] legt aan haar vordering primair ten grondslag dat het door de Telefoongids gegarandeerde resultaat (van 370 nieuwe klanten per jaar met een gemiddelde omzet van € 1.595 elk, derhalve € 590.150 in totaal op jaarbasis) niet is geleverd en, zo heeft (de advocaat van) [de maatschap] ter comparitie toegelicht, daarnaast dat de Telefoongids ook overigens is tekortgekomen in de uitvoering van de overeenkomst, omdat het geleverde pakket niet in orde was: de videotour werkte aanvankelijk niet, maar pas na een paar maanden; de mobiele website heeft nooit gewerkt en de ranking in de Telefoongids was niet zoals overeengekomen.
3.3.
De Telefoongids voert als volgt verweer:
resultaatsverbintenis
  • [naam 1] had geen toereikende volmacht om dergelijke toezeggingen namens de Telefoongids te doen;
  • de Telefoongids heeft nooit een toezegging over de te behalen omzet gedaan of willen doen; in de transcriptie is geen (wils)verklaring te lezen dat de Telefoongids zou instaan voor enige omzettoename;
  • [de maatschap] heeft de mededelingen van [naam 1] niet begrepen als een verklaring met de door haar thans gepretendeerde strekking; [de maatschap] was zich er terdege van bewust dat de aan hem gedane mededelingen niet de door [de maatschap] thans gestelde strekking konden hebben; als specialist financieel recht en ondernemingsrecht heeft hij zonder enige twijfel begrepen dat men door het enkel adverteren voor een prijs van € 2.799 niet – en zeker niet gemiddeld – een omzettoename van maar liefst € 590.150 kan realiseren en dat de Telefoongids een dergelijk resultaat dus ook niet wenste te garanderen (en dit geldt evenzeer voor zijn partner [de maatschap], gepromoveerd en specialist ondernemingsrecht);
wanprestatie in de uitvoering van de overeenkomst
  • de Telefoongids is niet in verzuim want [de maatschap] heeft nooit een ingebrekestelling gestuurd;
  • van enige tekortkoming is geen sprake;
  • dat [de maatschap] schade heeft geleden is niet gebleken;
  • op grond van de algemene voorwaarden van de Telefoongids is de aansprakelijkheid van de Telefoongids voor enige schade in ieder geval beperkt tot € 2.000, althans hooguit het bedrag van de voor het advertentiepakket bedongen vergoeding (€ 2.799); aansprakelijkheid voor gederfde winst is uitgesloten.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
in reconventie
3.5.
De Telefoongids vordert – samengevat – dat de rechtbank bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, [de maatschap] veroordeelt tot betaling van € 3.330,81, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente met ingang van 29 januari 2014, met veroordeling van [de maatschap] in de kosten.
3.6.
Aan deze vordering legt zij het volgende ten grondslag. Dit bedrag betreft de overeengekomen koopprijs voor het advertentiepakket (€ 2.799,00), vermeerderd met 19% btw. De Telefoongids heeft eenvoudigweg recht op betaling van het oorspronkelijk gefactureerde bedrag (hierna: de factuur). Gezien de onterechte verzending van de credit facturen beperkt de Telefoongids haar aanspraak op vertragingsrente tot de periode vanaf zeven dagen na de datum waarop zij de conclusie van eis in reconventie heeft genomen.
3.7.
[de maatschap] voert verweer. De Telefoongids heeft (een deel van) de factuur waarvan zij nu betaling vordert in een eerder stadium gecrediteerd. Hiermee heeft zij afstand gedaan van haar vorderingsrecht, althans is sprake van rechtsverwerking. Overigens heeft [de maatschap] haar betalingsverplichtingen per e-mail van 20 juni 2011 terecht opgeschort en is zij gezien de tekortkomingen van de Telefoongids niet tot betaling gehouden. [de maatschap] verwijst naar haar stellingen in conventie.
3.8.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

in conventie
resultaatsverbintenis
4.1.
In de door de Telefoongids aan [de maatschap] toegezonden schriftelijke informatie (hiervoor weergegeven onder 2.3) is niet te lezen dat de Telefoongids garandeert dat [de maatschap] via het advertentiepakket van de Telefoongids jaarlijks 370 nieuwe klanten binnen zou krijgen die ieder gemiddeld een omzet ten bedrage van € 1.595,00 zouden genereren voor [de maatschap]. Een aantal nieuwe klanten wordt in die informatie eenvoudigweg niet genoemd en dat een bepaalde omzet wordt gegarandeerd, staat er ook niet. Er staat – weliswaar met een zekere stelligheid – “
Een besteding bij u, die via De Telefoongids & Gouden Gids tot stand is gekomen, levert u gemiddeld het volgende bedrag op”, maar als een garantie kan dit toch bezwaarlijk worden gelezen. Allereerst betreft het hier een advertentietekst waarin enige stelligheid en overdrijving niet ongebruikelijk is en staat bij het genoemde gemiddelde omzetbedrag, zoals de Telefoongids terecht heeft opgemerkt, vermeld dat dit afkomstig is uit een onderzoek van TNO-NIPO.
4.2.
Ook de uitlatingen van [naam 1] tijdens het (tweede) telefoongesprek op 31 maart 2011 (hiervoor weergegeven onder 2.4) kunnen niet worden opgevat als een garantie ten aanzien van het aantal klanten en de omzet per klant. Ten eerste worden de woorden haar door [de maatschap] in de mond gelegd en bovendien houdt [de maatschap] ook zelf een slag om de arm. Hij zegt immers:
“(…) dat wij af hebben gesproken dat dit 370 nieuwe klanten op zou leveren per jaar. Gemiddelden kan dus niet met zekerheid gezegd worden, maar die ongeveer €1595,-- zouden doen en dat dat zeven klanten per week zijn”.
4.3.
Overigens kan [de maatschap] ([de maatschap]) de uitlatingen van [naam 1] ook redelijkerwijze niet hebben opgevat als een garantie van de Telefoongids. Iedere ondernemer – en zeker een advocaat – begrijpt, althans behoort te begrijpen, dat dergelijke garanties op basis van een advertentiepakket niet kunnen worden gegeven. Dit betekent dat ook niet relevant is wat [naam 1] in het eerste telefoongesprek op 31 maart 2011 heeft gezegd. [de maatschap] heeft de uitlatingen van [naam 1] nooit zo kunnen opvatten dat de Telefoongids de bedoeling had om haar een bepaalde omzet (en wel van ruim € 500.000!) te garanderen (artikel 3:33 en 3:35 BW).
wanprestatie in de uitvoering van de overeenkomst
4.4.
De Telefoongids heeft terecht gesteld dat geen sprake is van verzuim. In een geval waarin nakoming niet blijvend onmogelijk is, raakt de schuldenaar alleen in verzuim als hij (alsnog) niet nakomt wanneer hij in gebreke is gesteld. Een ingebrekestelling is een schriftelijke aanmaning waarbij de schuldenaar een redelijke termijn voor nakoming wordt gesteld (artikel 6:82 BW). [de maatschap] heeft niet aangegeven wanneer zij aan de Telefoongids een ingebrekestelling zou hebben gestuurd of op welke wijze de Telefoongids in haar ogen anderszins in verzuim zou zijn geraakt ten aanzien van de gestelde tekortkomingen in de uitvoering van de overeenkomst. [de maatschap] heeft ook niet gesteld dat nakoming blijvend onmogelijk was en dat verzuim dus niet was vereist. De brief van de advocaat van [de maatschap] (zie hiervoor onder 2.12) is, anders dan [de maatschap] stelt, geen ingebrekestelling; bovendien wordt in deze brief over de hier gestelde tekortkomingen helemaal niet gerept. Ook in de e-mails van [de maatschap] van 18 april 2011 (zie hiervoor onder 2.7), 27 april 2011 (zie hiervoor onder 2.8), 1 juni 2011 (zie hiervoor onder 2.9) en 20 juni 2011 (2.11) is geen ingebrekestelling te lezen. In deze e-mails uit [de maatschap] weliswaar zijn ontevredenheid over bepaalde zaken, maar wordt geen termijn voor nakoming gesteld. De e-mails kunnen dan ook niet worden gezien als een ingebrekestelling in de zin van de wet. Ook hier geldt, voor zover nodig, dat van een advocatenkantoor verwacht mag worden dat zij weet dat een ingebrekestelling moet worden gestuurd en wat in een ingebrekestelling moet staan, zodat voor een welwillende uitleg van de e-mailcorrespondentie geen plaats is. Een verklaring voor het feit dat [de maatschap] geen ingebrekestelling heeft gestuurd, is er mogelijk in gelegen dat [de maatschap] zich aanvankelijk alleen (of in ieder geval vooral) op het standpunt stelde dat de Telefoongids haar toezegging ten aanzien van de omzet niet is nagekomen. Verwezen wordt naar de brief van de advocaat van [de maatschap] (zie hiervoor onder 2.12) en de dagvaarding waarin slechts tussen de regels door is te lezen dat [de maatschap] ook niet tevreden was over andere aspecten van het advertentiepakket. Eerst ter comparitie werd duidelijk dat zij ook een beroep deed op deze tweede grondslag. Dit alles betekent dat van een tekortkoming van de Telefoongids geen sprake kan zijn.
4.5.
[de maatschap] zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van de Telefoongids worden begroot op:
- griffierecht € 589,00
- salaris advocaat
1.130,00(2,5 punten × tarief € 452)
Totaal € 1.719,00
in reconventie
4.6.
Nu, zoals in conventie is overwogen, geen sprake is van een tekortkoming van de Telefoongids, heeft zij recht op betaling van de overeengekomen prijs van het advertentiepakket. Het verweer van [de maatschap] dat de Telefoongids afstand heeft gedaan van haar vordering, dan wel het recht heeft verwerkt om aanspraak te maken op betaling doordat zij een credit factuur aan [de maatschap] heeft gestuurd voor een deel van het factuurbedrag ([de maatschap] stelt de tweede credit factuur nooit te hebben ontvangen), gaat niet op. Volgens de Telefoongids zijn de credit facturen abusievelijk door een medewerker van de afdeling Account Support verstuurd. Van afstand als bedoeld in artikel 6:160 BW is door het enkele versturen van credit facturen geen sprake. Afstand is een tweezijdige rechtshandeling. De Telefoongids heeft de credit facturen (in de woorden van [de maatschap])
“zonder enig begeleidend schrijven dan wel enige verduidelijking anderszins”aan [de maatschap] gestuurd en dit, zo stelt [de maatschap], bevreemdde haar omdat er geen enkele toelichting bij zat en het niet het gehele factuurbedrag betrof. De tweede credit nota stelt [de maatschap] nooit te hebben ontvangen. Niet valt daarom in te zien dat [de maatschap] het versturen van een credit factuur voor een deel van het factuurbedrag heeft mogen opvatten als een aanbod tot afstand, naar de rechtbank begrijpt, voor het gehele factuurbedrag (zie artikel 3:35 BW). Bovendien is niet gesteld of gebleken dat [de maatschap] ooit aan de Telefoongids heeft laten weten dat zij de credit factuur beschouwde als een aanbod tot afstand of als een kwijtschelding. Ook het betoog van [de maatschap] dat zij er terecht vanuit ging dat de eerste credit factuur een tegemoetkoming was vanuit de Telefoongids vanwege de tekortkomingen wordt niet gevolgd. De brief van de advocaat van [de maatschap] waarin de Telefoongids aansprakelijk werd gesteld en waarin een uitnodiging wordt gedaan om in overleg te treden over een regeling, volgde immers pas een maand later.
4.7.
Het enkele (abusievelijk) toesturen van een credit factuur (voor een deel van het factuurbedrag) is ook onvoldoende om rechtsverwerking aan te nemen. Andere omstandigheden dan het feitelijk versturen van de eerste credit factuur door de Telefoongids op grond waarvan [de maatschap] erop mocht vertrouwen dat de Telefoongids de bedoeling had niet langer betaling te vorderen van haar factuur, heeft [de maatschap] niet aangevoerd. Dat de Telefoongids om haar moverende redenen totdat [de maatschap] deze procedure begon niet actief tot invordering van de factuur is overgegaan, maakt dit niet anders. Het is immers vaste jurisprudentie dat enkel stilzitten onvoldoende is om rechtsverwerking aan te nemen. Dit betekent dat ook het beroep op rechtsverwerking faalt.
4.8.
De slotsom is derhalve dat de vordering van de Telefoongids zal worden toegewezen. Dit geldt ook voor de gevorderde wettelijke handelsrente met ingang van 29 januari 2014 waartegen geen (gemotiveerd) verweer is gevoerd.
4.9.
[de maatschap] zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van de Telefoongids worden begroot op € 384,00 (0,5 x 2 x € 384) aan salaris advocaat.

5.De beslissing

De rechtbank
in conventie
5.1.
wijst de vorderingen af,
5.2.
veroordeelt [de maatschap] in de kosten van het geding aan de zijde van de Telefoongids tot op heden begroot op € 1.719,00, te vermeerderen met wettelijke rente indien deze kosten niet binnen 14 dagen na heden zijn voldaan,
5.3.
verklaart deze kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad,
in reconventie
5.4.
veroordeelt [de maatschap] tot betaling van een bedrag van € 3.330,81 aan de Telefoongids, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente (als bedoeld in artikel 6:119a BW) met ingang van 29 januari 2014 tot aan de dag van algehele voldoening,
5.5.
veroordeelt [de maatschap] in de kosten van het geding aan de zijde van de Telefoongids tot op heden begroot op € 384,00, te vermeerderen met wettelijke rente indien deze kosten niet binnen 14 dagen na heden zijn voldaan,
5.6.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad,
in conventie en reconventie
5.7.
veroordeelt [de maatschap] in de na dit vonnis aan de zijde van de Telefoongids ontstane kosten, begroot op € 205,00 aan salaris advocaat, te vermeerderen, onder de voorwaarde dat betekening van het vonnis heeft plaatsgevonden en [de maatschap] niet binnen 14 dagen na aanschrijving aan het vonnis heeft voldaan, met een bedrag van € 68,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van het vonnis, alsmede met de wettelijke rente,
5.8.
verklaart deze kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.A. Dudok van Heel en in het openbaar uitgesproken op 20 augustus 2014.