ECLI:NL:RBAMS:2014:5410
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- H.J. Tijselink
- T.P.J. de Graaf
- H.J. van Harten
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag WAZ-uitkering voor voormalig zelfstandige woonachtig in andere EU-lidstaat
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 20 augustus 2014 uitspraak gedaan in een geschil tussen een voormalig zelfstandige, woonachtig in Portugal, en de verweerder, die de aanvraag van eiser om een WAZ-uitkering heeft afgewezen. Eiser, die in Nederland, België en Portugal heeft gewerkt, heeft zijn werk als meubelmaker in Portugal moeten staken vanwege gezondheidsproblemen. Hij ontving een Portugees invaliditeitspensioen, maar verzocht ook om een uitkering op basis van de Nederlandse WAZ, omdat hij in het verleden in Nederland verzekerd was tegen arbeidsongeschiktheid.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de aanvraag van eiser is afgewezen op grond van het feit dat hij per 2 oktober 2010 niet meer verzekerd was in Nederland voor het risico van arbeidsongeschiktheid. De WAZ was per 1 augustus 2004 beëindigd, en aanvragen van zelfstandigen na deze datum worden niet meer gehonoreerd. Eiser heeft aangevoerd dat hij rechten heeft opgebouwd in Nederland en dat de afwijzing van zijn aanvraag in strijd is met het recht van vrij verkeer binnen de EU.
De rechtbank heeft geoordeeld dat de afwijzing van de aanvraag op goede gronden is gedaan. De rechtbank heeft geconcludeerd dat er geen sprake is van discriminatie of schending van het recht van vrij verkeer, aangezien de regels van de WAZ en de Europese Verordening 883/2004 duidelijk zijn. De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard en de afwijzing van de aanvraag bevestigd. De uitspraak benadrukt de verschillen tussen de nationale wetgeving en de Europese regelgeving met betrekking tot sociale zekerheid en arbeidsongeschiktheid.