Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
[gedaagde 3],
[gedaagde 4],
1.De procedure
Na verder debat hebben partijen verzocht vonnis te wijzen.
2.De feiten
Minister Ploumen van Ontwikkelingssamenwerking en Buitenlandse Handel heeft forse kritiek op de kledingketens Coolcat, Prenatal en Wibra. Zij hebben zich niet aangesloten bij het Veiligheidsakkoord dat in het leven geroepen is om de arbeidsomstandigheden in kledingfabrieken in Bangladesh te verbeteren. “Deze bedrijven zijn bezig een cruciale ontwikkeling te veronachtzamen.
Modewinkels op zwarte lijst” en als subkop: “
Minister Ploumen eist betere beloning voor personeel in fabrieken”. De inleiding tot dit artikel luidt als volgt:
Minister Ploumen zet de Nederlandse kledingbedrijven Coolcat, Wibra en Prénatal publiekelijk te kijk. Zij laten nog altijd kleding produceren in fabrieken in Bangladesh, waar het personeel wordt uitgebuit en de omstandigheden verre van veilig zijn.” en vervolgens:
Volgens Ploumen (…) willen de drie bedrijven geen verantwoordelijkheid nemen voor de arbeiders die hun kleding maken. Ondanks herhaalde oproepen weigeren Coolcat, Wibra en Prénatal bindende akkoorden te tekenen, waarin ze beloven de textielarbeiders rechtvaardige salarissen te betalen. Ploumen vindt dat er een eind moet komen aan de uitbuiting. “
Deze bedrijven staan voor de keus. Of ze tekenen alsnog of ze verliezen hun geloofwaardigheid bij de klanten. Nu staan ze aan de verkeerde kant van de lijn. Dat moeten ze niet willen.” (…) De drie ‘foute’ kledingbedrijven waren gisteren niet bereikbaar voor commentaar. Ploumen bezoekt vandaag in Berlijn een conferentie over fatsoenlijk loon waar vakbonden, overheden en bedrijven afspraken maken over het betalen van een minimumloon. Voor Bangladesh is net afgesproken dat het salaris van 28 euro naar 50 euro per maand zal stijgen om de meest noodzakelijke levensbehoeften te kunnen betalen. Aanleiding voor het verdrag is de fabrieksbrand in Bangladesh in april waarbij 1100 textielarbeiders om het leven kwamen. Niet alleen prijsdumpers, maar ook gewilde kledingmerken lieten daar voorheen hun kleding maken.
(…)”
aarschuwingMinister roept consument op om bewuster te winkelen. PLOUMEN: Weg met de uitbuiting!” en vervolgens de inleiding:
Kinderarbeid, lage lonen, instortende fabrieken: de kledingindustrie in Bangladesh vertoont ernstige misstanden. Drie Nederlandse miljoenenbedrijven blijven er zaken mee doen, tot woede van minister Ploumen. En dus gaan de drie aan de schandpaal.” In het artikel staat voorts:
Er is voorlopig afgesproken dat het minimumloon 50 euro moet zijn, een hoopgevende eerste stap,” zegt Ploumen. “De Nederlandse textielbedrijven die zich wél verantwoordelijk voelen voor de arbeiders, zijn ook bereid dit te betalen. Dat is mooi.”
“
Ploumens zwarte lijstDrie textielketens –Prénatal, Wibra en Coolcat– negeren tot nu toe de oproep van de minister om alleen zaken te doen met fabrikanten die hun arbeiders een eerlijk loon geven.”
Coolcat razend
Door Redactie/ANP’ geplaatst met de kop: ‘
Coolcat gaat convenant Bangladesh tekenen’.
Kledingketen Coolcat gaat het veiligheidsakkoord voor kledingbedrijven die hun waar in Bangladesh laten produceren alsnog tekenen. Dat meldt de baas van Coolcat [naam 1] aan tijdschrift Quote. (…) Eerder vandaag noemde [naam 1] de uitingen van Ploumen nog ‘schandalig’. “Je hoort niet iemand aan de schandpaal te nagelen, als je zelf niet zonder zonden bent’, (…). [naam 1] meent dat een deel van de verantwoordelijkheid ook bij de Europese Unie ligt. ‘De EU heeft Bangladesh een invoervrije status gegeven. Als ik goederen uit India koop, moet ik 12 procent invoerrechten betalen. Bij goederen uit Bangladesh niet. Laat ze dat maar eens veranderen’, zei hij tegen persbureau ANP.”
Minister Ploumen (…) is verheugd dat de bedrijven Prénatal en Coolcat hun handtekening hebben gezet onder het Bangladesh-akkoord. Dat moet de arbeiders in de plaatselijke textielindustie een veilige werkomgeving bieden. In een interview met Nu.nl noemt Ploumen Coolcat en Prénatal zelfs ‘een voorbeeld voor de sector.’ Ploumen neemt daarmee afstand van de kritiek op Prénatal en Coolcat die zij eerder uitte in een interview in het AD van 25 november.” En op pagina 4 van het AD van dezelfde dag staat onderaan de pagina een vervolgartikel met, naast het hiervoor vermelde, voor zover hier van belang, de volgende inhoud:
(…) Volgens de PvdA-minister stonden Coolcat, Prénatal en ook Wibra, in deze krant aangeduid als de zwarte lijst, ‘aan de verkeerde kant van de lijn’ in Bangladesh. Daar zou het personeel worden uitgebuit en zouden de omstandigheden verre van veilig zijn. Dit tot grote woede van Coolcat dat de kritiek van de minister meteen van de hand wees. Volgens de Coolcat-directie had ze het akkoord nog niet getekend omdat er ‘nog een aantal losse eindjes waren’. Later zette het kledingbedrijf alsnog de handtekening. In de gehele wereld hebben inmiddels meer dan 160 bedrijven dat gedaan, waaronder een groot deel van de Nederlandse kledingbedrijven. Volgens Coolcat had dat niets te maken met de forse kritiek van Ploumen. Het bedrijf was toen naar eigen zeggen al in onderhandeling met de internationale organisatie achter het akkoord. (…) In het AD-artikel (…) wordt gesuggereerd dat Coolcat zich ook schuldig heeft gemaakt aan kinderarbeid. Minister Ploumen heeft zich daarover niet uitgelaten. De minister lijkt destijds zaken door elkaar te hebben gehaald. Er was sprake van een veiligheidsakkoord voor Bangladesh, naar aanleiding van de ramp. Op het gebied van rechtvaardige salarissen en andere arbeidsomstandigheden lagen geen bindende akkoorden ter ondertekening.”
Legal minimum and/or industry standards are paid
Ploumen: ‘Inspanningen CoolCat belangrijk voor kledingsector Bangladesh’
3.Het geschil
4.De beoordeling
Kinderarbeid, lage lonen, instortende fabrieken: de kledingindustrie in Bangladesh vertoont ernstige misstanden. Drie Nederlandse miljoenenbedrijven blijven er zaken mee doen, tot woede van minister Ploumen. En dus gaan de drie aan de schandpaal. (…)
Minister Ploumen zet de Nederlandse kledingbedrijven Coolcat, Wibra en Prénatal publiekelijk te kijk. Zij laten nog altijd kleding produceren in fabrieken in Bangladesh, waar het personeel wordt uitgebuit en de omstandigheden verre van veilig zijn.”