Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 30 maart 2011, met producties,
- de verwijzing van de zaak naar de parkeerrol van 13 juli 2011,
- de ambtshalve doorhaling van de zaak op de rol van 3 oktober 2012,
- de akte opbrenging zaak tevens akte overlegging producties van 27 november 2013,
- de conclusie van antwoord van 22 januari 2014, met producties,
- het tussenvonnis van 5 maart 2014, waarbij een comparitie is bepaald,
- het proces-verbaal van de op 12 juni 2014 gehouden comparitie van partijen, met de daarin genoemde processtukken en proceshandelingen.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
unexpected and unusual event or happening that is external to the passenger’. Onder het Verdrag van Montreal dient het begrip ‘ongeval’ op dezelfde wijze te worden uitgelegd. Voor de vraag of KLM aansprakelijk is voor de anafylactische shock van [eiser] is daarom doorslaggevend of (de oorzaak van) deze shock als een ‘ongeval’ in deze zin is aan te merken, ongeacht of het Verdrag van Warschau of het Verdrag van Montreal van toepassing is. Gelet daarop zal, mede omdat partijen het debat over de vraag welk verdrag van toepassing is niet ten volle hebben gevoerd, de rechtbank in het midden laten welk van de twee verdragen hier dient te worden toegepast.
I am deadly allergic to nuts and shellfish”. Vervolgens, zo stelt hij, heeft de stewardess met hem de verschillende hoofdgerechten op de menukaart doorgenomen en aangewezen welke daarvan hij mocht hebben en van welke daarvan zij dat niet wist. Er was maar één voorgerecht. Dat was een couscousgerecht, waarvan de stewardess niet heeft gezegd dat hij het niet mocht hebben. Kort na het eten van het voorgerecht en vóór het hoofdgerecht is de allergische reactie opgetreden, zodat geconcludeerd moet worden dat de couscous (sporen van) noten en/of schaaldieren en/of daarvan afgeleide producten moet hebben bevat. Daarmee staat, volgens [eiser], vast dat KLM hem ondanks zijn waarschuwing toch voedsel heeft gegeven waarvoor hij allergisch is en daarmee is in zoverre sprake van een buiten zijn persoon gelegen gebeurtenis.
6.422,00(2,0 punten × tarief € 3.211,00)