Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.[verweerder 1],
[verweerder 2],
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Amsterdam, is op 17 april 2014 een beschikking gegeven in het kader van een verzoek op grond van artikel 205 lid 2 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). De verzoekster, vertegenwoordigd door advocaat mr. M.F. Hartman, heeft verzocht om vaststelling en veroordeling van de kosten van deskundigen, die door de verweerders moeten worden gedragen. De verweerders, waaronder Stichting VU Medisch Centrum, werden vertegenwoordigd door advocaat mr. J. Meyst-Michels.
De procedure is voortgevloeid uit eerdere beschikkingen van de rechtbank, waarbij deskundigen zijn benoemd om rapporten op te stellen. De deskundigen, dr. D.C. van der Zee en prof. dr. G. Sinnema, hebben hun rapporten ingediend, waaruit blijkt dat de kosten van hun diensten in totaal € 11.100,00 bedragen. De rechtbank heeft partijen gevraagd of er een bodemprocedure aanhangig was, maar dit bleek niet het geval te zijn.
De rechtbank heeft de argumenten van beide partijen overwogen. Verzoekster stelde dat de kosten voor rekening van de verweerders moesten komen, omdat deze verwijtbaar onzorgvuldig zouden hebben gehandeld. De verweerders hebben zich echter refererend aan het oordeel van de rechtbank, zonder erkenning van aansprakelijkheid, opgesteld. De rechtbank heeft vastgesteld dat de aansprakelijkheidsverzekeraar van de verweerders bereid was de kosten te dekken, wat door de verweerders niet werd betwist.
Uiteindelijk heeft de rechtbank geoordeeld dat de kosten van de deskundigen aan de verweerders moeten worden opgelegd, gezien de omstandigheden van de zaak en de bereidheid van de verzekeraar om de kosten te dragen. De rechtbank heeft de verweerders veroordeeld tot betaling van € 11.100,00 aan de griffier, met vermelding van het zaak- en rekestnummer. Deze beschikking is openbaar uitgesproken door mr. R.A. Dudok van Heel.