Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 13 maart 2013, met producties;
- de op 31 juli 2013 ingediende conclusie van antwoord van Hoad c.s.;
- het tussenvonnis van 14 augustus 2013;
- het proces-verbaal van comparitie aangevangen op 4 december 2013 en voortgezet op 15 januari 2014, met de daarin genoemde stukken.
2.De feiten
zal Velder B.V. de helft van het meerdere(…)
voldoen aan Hoad. Indien de koopprijs minder is dan genoemd bedrag, zal Hoad de helft van het mindere(…)
voldoen aan Velder B.V.
3.Het geschil
4.De beoordeling
om zich te wapenen tegen vorderingen”. De rechtbank is zodoende niet gebleken van een op wet of overeenkomst berustende verplichting voor de aan de overdracht ten grondslag liggende rechtshandelingen. Dit zijn daarom onverplichte rechtshandelingen in de zin van artikel 3:45 BW.
1.130,00(2,5 punten × tarief € 452,00)