ECLI:NL:RBAMS:2014:2275

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
2 april 2014
Publicatiedatum
29 april 2014
Zaaknummer
HA ZA 13-738
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Geschil over beëindiging samenwerking tussen plastisch chirurg en kliniek met vordering tot betaling en afgifte van patiëntenfoto's

In deze zaak, die voor de Rechtbank Amsterdam is behandeld, betreft het een geschil tussen een plastisch chirurg en een medische kliniek over de beëindiging van hun samenwerking. De plastisch chirurg, eiser in conventie, vordert betaling voor zijn werkzaamheden die hij in de kliniek heeft verricht. De kliniek, gedaagde in conventie, beroept zich op verrekening en stelt dat zij recht heeft op schadevergoeding van de chirurg wegens het niet in acht nemen van de opzegtermijn. De rechtbank oordeelt dat het beroep op verrekening wordt afgewezen, omdat de kliniek de chirurg niet in gebreke heeft gesteld. De kliniek wordt veroordeeld tot betaling van de openstaande facturen van de chirurg, die in totaal € 31.680,32 bedragen, vermeerderd met wettelijke rente. Daarnaast is de chirurg verplicht om patiëntenfoto's aan de kliniek te overhandigen, waarbij de rechtbank oordeelt dat deze afgifte niet in strijd is met de relevante wetgeving. De rechtbank wijst de vorderingen van de kliniek in reconventie af, omdat zij onvoldoende bewijs heeft geleverd voor haar schadeclaims. De uitspraak benadrukt het belang van een correcte ingebrekestelling en de voorwaarden waaronder verrekening kan plaatsvinden.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
zaaknummer / rolnummer: C/13/545315 / HA ZA 13-738
Vonnis van 2 april 2014
in de zaak van
de rechtspersoon naar Belgisch recht
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie],
gevestigd te [woonplaats],
eiseres in conventie,
verweerster in reconventie,
advocaat mr. A.J.L.J. Pfeil te Maastricht,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie],
gevestigd te[woonplaats],
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
advocaat mr. C.J. van Weering te ’s-Gravenhage.
Partijen zullen hierna [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] en [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het tussenvonnis van 4 september 2013
  • het proces-verbaal van comparitie van 22 januari 2014 en de daarin genoemde stukken, waaronder de conclusie van antwoord in reconventie.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] (verder te noemen: [eiseres in conventie, verweerster in reconventie]) is plastisch chirurg.
2.2.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] is eigenaresse van een medische kliniek voor plastisch chirurgische ingrepen (verder te noemen: de Kliniek).
2.3.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft via zijn besloten vennootschap, [eiseres in conventie, verweerster in reconventie], in de Kliniek sedert 1999 in opdracht van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] als plastisch chirurg werkzaamheden verricht gedurende zo’n 20 uur per week.
2.4.
Partijen hebben op 24 april 2009 een schriftelijke samenwerkingsovereenkomst getekend (hierna: de Overeenkomst). In deze Overeenkomst, waarin [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] is aangeduid als “Opdrachtgever” en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] als “Opdrachtnemer”, staat, voor zover van belang:
“(…)
OVERWEGINGEN
(…)
Tot op heden hebben partijen de tussen hen geldende afspraken niet op schrift gesteld en is er in gezamenlijk overleg voor gekozen dat dit alsnog gebeurt door middel van het opstellen van deze overeenkomst.
(…)
PARTIJEN KOMEN HIERBIJ OVEREEN:
Duur, opzegging en afwezigheid
(…)
1.3
Deze overeenkomst is alleen opzegbaar per aangetekend schrijven. Bij beëindiging geldt een opzegtermijn van drie maanden gerekend vanaf de eerste dag van de volgende kalendermaand, tenzij een dringend onverwijld aan de andere partij mede te delen reden onmiddellijke beëindiging rechtvaardigt.
1.4
Opdrachtnemer stelt Opdrachtgever in kennis van zijn eventuele afwezigheid tenminste twee maanden voorafgaand aan deze afwezigheid.
1.5
Opdrachtnemer zorgt ervoor dat hij niet gelijktijdig met de andere plastisch chirurg die diensten verleent aan Opdrachtgever op vakantie en/of congres is, danwel een andere reden van afwezigheid waarbij de continuïteit van de te verlenen zorg in gevaar komt.
1.6
Opdrachtgever is uiteindelijk eindverantwoordelijk als zorginstelling voor de continuïteit van de zorg. (…)
Beloning en betaling
2.1
Opdrachtnemer ontvangt voor zijn plastisch chirurgische behandelingen een vergoeding van 24% van het daadwerkelijk door de patiënt aan Opdrachtgever betaalde bedrag (excl. BTW) van de behandeling. Op dit bedrag wordt in mindering gebracht de kosten van eventuele verbruikte goederen die redelijkerwijs niet onder normale verbruiksgoederen vallen, waaronder in ieder geval: prothesen en tissucol. In bijlage I is een overzicht opgenomen met de berekende kostprijs per ingreep. (…)
(…)
2.1
Voor de vergoedingen die volgen uit artikel 2.2 en 2.3 van deze Overeenkomst dient Opdrachtnemer een factuur aan Opdrachtgever te verzenden.
Algemene bepalingen
(…)
3.2
Het is opdrachtnemer niet toegestaan werkzaamheden elders uit te voeren zonder toestemming van Opdrachtgever, met uitzondering van de werkzaamheden in de eigen kliniek van Opdrachtnemer Kliniek Kiewitheide.
(...)
Patiëntendossier
4.1
Opdrachtnemer en Opdrachtgever handelen met betrekking tot patiëntendossiers zodanig dat wordt voldaan aan de artikelen 7:454 tot en met 7:458 van het Burgerlijk Wetboek en richten op de in beroepsgroep gebruikelijke wijze het patiëntendossier in.
(…)
4.5
Alle door de medisch specialist genomen foto’s met betrekking tot de behandeling van een patiënt van Medisch Centrum [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] dienen bewaard te worden en toegankelijk te zijn voor Opdrachtgever. Opdrachtnemer draagt zorg voor opslag en stelt deze op eerste afroep ter beschikking aan Opdrachtgever.
4.6
Eventuele beëindiging van deze overeenkomst laat de verplichtingen van Opdrachtnemer, zoals deze is omschreven in artikel 4.5, onverlet.
(…)”
2.5.
In de periode augustus/september 2012 heeft [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] een aantal dagen gewerkt in kliniek [bedrijf 1] (verder te noemen: [bedrijf 1]) gedurende een periode dat door de Inspectie voor de Gezondheidszorg een bevel aan de kliniek was gegeven geen patiënten meer te (laten) behandelen in de praktijk.
2.6.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft op 15 september 2012 zijn arm geblesseerd. In verband hiermee is hij op 17 oktober 2012 geopereerd.
2.7.
Op 3 december 2012 hebben [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] de Inspectie geïnformeerd over de werkzaamheden van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] voor [bedrijf 1]. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft naar aanleiding hiervan nog diezelfde middag een gesprek gehad met een inspecteur van de Inspectie voor de Gezondheidszorg. Tevens heeft [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] die dag een briefje bij [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] achtergelaten met daarop de tekst:
“Hierbij deel ik u mede dat ik per heden mijn ontslag neem aangaande mijn werkzaamheden bij [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie](…)”
2.8.
[naam 1] van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] (verder te noemen: [naam 1]) heeft [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] per e-mail van 28 december 2012 onder meer geschreven:
“[eiseres in conventie, verweerster in reconventie],
Hierbij de dagen dat je hier moet zijn, laat je mij weten of je het ook allemaak in de agenda hebt staan?
Maandag 14 januari
(…)
Dinsdag 26 maart
Ik hoor graag van je of het allemaal lukt (…)”
2.9.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft hierop per e-mail van 29 december 2012 geantwoord:
“Beste [naam 1],
Ik heb verifieerde en het is oK ook voor vrijdag 8 februari,
Tot spoedig,
(…)”
2.10.
Op 14 januari 2013 heeft [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] zijn werkzaamheden voor [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] hervat.
2.11.
Op 1 en 3 februari 2013 heeft tussen [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] en [naam 1] een e-mailwisseling plaatsgevonden over het plannen van werkdagen (OK en spreekuur) over de periode van 5 februari 2013 tot en met 3 augustus 2013.
2.12.
Per e-mail van 6 februari 2013, 11.48 uur, heeft [naam 1] aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] geschreven, voor zover van belang:
“ (…) We hebben lang nagedacht hoe we de hele nare periode (…) af kunnen ronden en weer naar de toekomst kunnen kijken.
Je kunt je voorstellen dat de schade enorm is niet alleen in gederfde omzet (…) We zijn niet alleen meerdere geplande OK patiënten kwijt geraakt, ook heeft het veel tijd en energie van mij en [naam 2] gekost om met jou te zitten, te sparren en te adviseren (NB zie (…) voor ons uurtarief). Ook hebben we juridische kosten moeten maken om jou te adviseren en om ons voor te bereiden op alle mogelijke scenario’s. De kosten van de [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zijn gigantisch, niet alleen de tijd en energie van iedereen van de [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] om iedereen te verzetten, om te boeken, op de hoogte te houden van jouw plotselinge onwel worden, maar ook de kosten van de volgende gemiste OK dagen:
Maandag 3 december
Dinsdag 4 december
Dinsdag 11 december
Dinsdag 18 december
Maandag 31 december
Dinsdag 15 januari
Dinsdag 29 januari
Puur en alleen omdat ik zoveel waarde hecht aan onze toekomstige samenwerking zal ik genoegen nemen met het niet-overmaken van jouw vergoedingen over november (€ 11.508,-), december (€ 384,-) en januari € 6.624,-).
Ik hoop dat je begrijpt dat we hier enorm coulant mee om zijn gegaan.
(…)”
2.13.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft per e-mail van 6 februari 2013, 20.15 uur, aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] bericht dat hij ziek is en niet in staat is zijn werkzaamheden voor [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] te hervatten.
2.14.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft verder per e-mail van 7 februari 2013 aan [naam 1] geschreven, voor zover van belang:
“ (…) Met mailbericht van woensdag 06.02.2013 liet u mij weten dat u een schadevergoeding voor “ beweerde schade” wenst aan te rekenen door de vergoedingen van november en december 2012 en van januari 213 in te houden.
(…)
Ik dien u mee te delen dat ik daar niet mee akkoord ga.
(…)
Er is tussen ons een samenwerkingsovereenkomst afgesloten op 24.04.2009 en ik ben van mening dat er geen inbreuk gepleegd werd op enige bepaling van deze samenwerkingsovereenkomst.
Administratieve kosten voor het maken van afspraken of het eventueel verzetten van afspraken kunnen niet aangerekend worden.
Deze kosten worden geregeld door de forfaitaire betalingsregeling die opgenomen is in art. 2 van de samenwerkingsovereenkomst van 24.04.2009.
(…)”
2.15.
Vervolgens heeft [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] per e-mail van diezelfde dag aan [naam 1] geschreven, voor zover van belang:
“ (…) Ik wilde u mededelen dat mijn ziekmelding niet me te maken heeft met de financiële kwestie die ontstaat tussen u Kliniek en mijn vennootschap.
Zoals reeds aan [naam 3] doorgegeven heb, voel ik me lichamelijk en geestelijk niet goed.
Er is veel gebeurt afgelopen tijd na mijn arm operatie: veel pijn, functie beperking en…uitbarsting van emoties/commoties, etc.
Ik moet goed doen om te herstellen.
Momenteel, ben ik niet in staat om te werken.
Ik heb zeker enkele maanden nodig om “ op mijn been weer te staan” .
Binnenkort (19/2) moet ik naar de rechtbank gaan ivm mijn echtscheiding (…)
Ik heb echt rust nodig, anders wordt voor me alleen erger.
Indien jullie bij me langs willen komen, o.a. ook om kennis te maken met mijn zoontje, zijn hartelijk welkom (…)
Ik reken op jullie begrip.
(…)”
2.16.
Hierna heeft [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] niet meer gewerkt voor [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie]
Facturen van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie]
2.17.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft de werkzaamheden van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] over de periode van november 2012 tot en met januari 2013 onbetaald gelaten. Het betreft een overzicht ten bedrage van € 18.516,00 in verband met ‘diverse medische verrichtingen in de periode november 2012 tot en met januari 2013’, een factuur van 25 januari 2013 ten bedrage van € 15.024,- ter zake van ‘honorarium in verband met vervanging van PIP-prothesen’ (12 x € 552,-) en de kosten van de daarbij toegepaste implantaten (12 x € 700,-) en een factuur ter zake van ‘injectables’ ten bedrage van € 789,12.
2.18.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] bij brief van 22 mei 2013 van haar raadsman tot betaling van de openstaande facturen gesommeerd. Op 11 juni 2013 heeft [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] ten laste van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] conservatoir derdenbeslag gelegd onder de Rabobank. Dit beslag is inmiddels opgeheven.
De patiëntenfoto’s
2.19.
De voorzieningenrechter van deze rechtbank heeft [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] bij vonnis van 6 september 2013 veroordeeld alle voor- en nafoto’s die zij van de door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] in de Kliniek behandelde patiënten onder zich houdt aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ter beschikking te stellen. Op niet-nakoming van deze veroordeling is een dwangsom gesteld van € 200,- per dag met een maximum van € 20.000,-.
2.20.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft bij brief van 19 september 2013 een gegevensdrager aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] verstuurd met daarop circa 7.000 vanaf 2009 gemaakte patiëntenfoto’s.
2.21.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft zich vervolgens op het standpunt gesteld dat niet alle patiëntenfoto’s zijn overgelegd, omdat – kort gezegd – de patiëntenfoto’s van voor 24 april 2009 ontbraken, en heeft het vonnis van 6 september 2013 op 3 oktober 2013 aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] laten betekenen.
2.22.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft vervolgens in een executiegeschil staking van de executie van het vonnis van 6 september 2013 gevorderd. Deze vordering is bij vonnis in kort geding van 3 december 2013 afgewezen. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] is in hoger beroep gegaan van dit vonnis.

3.Het geschil

in conventie

3.1.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] vordert samengevat – bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, veroordeling van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] tot betaling van:
€ 34.374,66 vermeerderd met de wettelijke rente ex artikel 6:119a BW, althans artikel 6:119 BW over € 33.737,12 vanaf 27 mei 2013 tot de dag der algehele voldoening;
de buitengerechtelijke kosten ten bedrage van € 450,00, althans tot een in redelijkheid te bepalen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente ex artikel 6:119a BW althans artikel 6:119 BW vanaf de datum der dagvaarding tot aan de dag der algehele voldoening.
De proceskosten met inbegrip van de beslagkosten, te vermeerderen met de nakosten van € 131,00 zonder betekening of € 199,00 na betekening, eveneens te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de datum van het in deze te wijzen eindvonnis.
Daarnaast vordert [eiseres in conventie, verweerster in reconventie], na vermeerdering van eis, om bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
Primair: te verklaren voor recht dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] en/of [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] niet gehouden is, respectievelijk zijn, tot afgifte van foto’s aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] althans niet tot afgifte van andere foto’s dan die welke zijn gemaakt (en ook betrekking hebben op de door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] verrichte handelingen) vanaf 24 april 2009 en tot het einde van de overeenkomst.
Subsidiair: [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] te veroordelen om aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] te vergoeden alle kosten die zij heeft moeten maken ten behoeve van het ter beschikking stellen van (de) foto’s aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie], welke kosten moeten worden opgemaakt bij staat en vereffend volgens de wet, een en ander te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf de datum van eisvermeerdering tot de dag der algehele voldoening.
3.2.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] legt aan haar vordering ten grondslag dat zij werkzaamheden heeft uitgevoerd op basis van de tussen partijen gesloten Overeenkomst en dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] de facturen die [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] hiervoor heeft gezonden dient te betalen.
3.3.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] voert verweer. Zij betwist de hoogte van enkele facturen en beroept zich op verrekening van haar betalingsverplichting met een vordering op [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] wegens wanprestatie, onrechtmatige daad en/of onverschuldigde betaling.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
in reconventie
3.5.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] vordert samengevat - bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, veroordeling van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] tot betaling van in totaal € 356.306,00 vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de dag van de eis in reconventie tot aan de dag der algehele voldoening, met veroordeling van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] in de proceskosten in reconventie en de nakosten, alsmede - ingeval [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] niet binnen veertien dagen na betekening van dit vonnis aan de proceskostenveroordeling voldoet - de wettelijke rente over de proceskosten en de nakosten.
3.6.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] legt aan haar vordering ten grondslag dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] tekort is geschoten in de nakoming van de Overeenkomst. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] dient de als gevolg daarvan door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] geleden schade ten bedrag van € 331.350,50 te vergoeden. Daarnaast is [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] een bedrag van € 24.955,47 aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] verschuldigd uit hoofde van onverschuldigde betaling, aldus [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie]
3.7.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] voert verweer.
3.8.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

in conventie en in reconventie

4.1.
Ter beoordeling staat of [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] gehouden is de facturen die [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] aan haar heeft gezonden in het kader van de uitvoering van de Overeenkomst te betalen, alsmede of aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] een beroep toekomt op verrekening van haar betalingsverplichting op grond van die facturen met schade die [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] stelt te hebben geleden wegens toerekenbare tekortkomingen van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] in de nakoming van de Overeenkomst, althans op grond van onrechtmatige daad of onverschuldigde betaling.
4.2.
Daarnaast staat ter beoordeling - kort gezegd - of [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] op grond van de Overeenkomst gehouden was de in haar bezit zijnde voor- en nafoto’s van haar patiënten, althans die van voor 24 april 2009 aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] te verstrekken.
Facturen van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie]
4.3.
De rechtbank stelt vast dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] het door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] aan haar gezonden overzicht ten bedrage van € 18.516,00
‘ter zake van honorarium in verband met diverse medische verrichtingen door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] in de periode van november 2012 tot en met januari 2013’niet betwist. Daarmee staat vast dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in beginsel gehouden is dit bedrag aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] te voldoen.
4.4.
Anders is dit wat betreft de vordering van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] ten bedrage van € 6.300,- ter zake van ‘
honorarium in verband met vervanging van PIP-prothesen’in diezelfde periode.
4.5.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] stelt dat zij hiervoor op 25 januari 2013 een nota heeft gestuurd, die door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zonder protest is behouden. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft ter comparitie toegelicht dat zij voor een operatie ter vervanging van een PIP-prothese hetzelfde honorarium in rekening heeft gebracht als het honorarium voor (standaard) borstvergrotingsoperaties. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] vordert aldus (in rechte) een honorarium van € 525,- per operatie. Nu [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] de operatie ter vervanging van PIP-prothesen in de betreffende periode 12 maal heeft uitgevoerd, bedraagt het terzake volgens [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] verschuldigde honorarium € 6.300,-.
4.6.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft niet betwist dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] in de betreffende periode 12 maal een operatie ter vervanging van PIP-prothesen heeft uitgevoerd, maar voert aan dat zij aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] terzake van deze operaties niet een honorarium van € 525,- per operatie is verschuldigd, maar van € 353,60, nu het gaat om een operatie die vergoed wordt door zorgverzekeraars en volgens afspraken met de zorgverzekeraars maximaal laatstgenoemd honorarium mag worden vergoed.
4.7.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft zich ter comparitie op het standpunt gesteld dat afspraken tussen [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] en zorgverzekeraars haar niet regarderen.
4.8.
De rechtbank overweegt dat op grond van de Overeenkomst [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] een honorarium verschuldigd was van 24% van het daadwerkelijk door de patiënt aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] betaalde bedrag, exclusief BTW, op welk bedrag (eerst) in mindering worden gebracht de kosten van eventuele verbruikte goederen die niet onder de normale verbruiksgoederen vallen (zoals prothesen).
Naar het oordeel van de rechtbank brengt een redelijke uitleg van de Overeenkomst met zich dat in het geval een ziektekostenverzekeraar de behandeling vergoed, wat door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] in het geval van de vervanging van de PIP-prothesen niet is betwist, aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] een honorarium wordt vergoed van 24% van het door de ziektekostenverzekeraars betaalde bedrag. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft onvoldoende feiten of omstandigheden gesteld die een andere uitleg van de Overeenkomst rechtvaardigen. Evenmin heeft [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] gesteld dat voor vervanging van PIP-prothesen aparte prijsafspraken met [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zijn gemaakt. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] kon er niet zonder meer van uitgaan dat hij voor de ingreep hetzelfde honorarium in rekening zou kunnen brengen als voor een standaard borstvergrotingsoperatie. Het betreft immers een andere ingreep.
4.9.
Als uitgangspunt geldt dan dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] recht heeft op een honorarium van 24% van de door de patiënt of zorgverzekeraar betaalde kosten. Gezien het verweer van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] dat voor de vervanging van PIP-prothesen een lager bedrag dan voor een standaard borstvergrotingsoperatie door haar in rekening werd gebracht, lag het op de weg van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] om nader te onderbouwen dat door de zorgverzekeraars en/of patiënten voor deze operatie een bedrag van ongeveer € 2.200,- exclusief BTW (€ 525,- is 24% van € 2.187,50) werd betaald aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] Aangezien [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] deze onderbouwing niet heeft gegeven, zal terzake deze verrichtingen slechts het door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] erkende honorarium van € 353,60 per behandeling worden toegewezen, derhalve in totaal € 4.243,20.
4.10.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft verder een bedrag van € 8.132,- gevorderd in verband met door haar voorgeschoten PIP-implantaten. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] stelt dat deze kosten op grond van de Overeenkomst door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] aan haar vergoed dienen te worden. De voorgeschoten kosten bedragen volgens [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] € 700,- per implantaat en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] stelt 12 PIP-prothesen te hebben vervangen met nieuwe implantaten.
4.11.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] betwist het aantal door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] gedeclareerde prothesen en voert aan dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] hiervan bewijs dient te leveren.
4.12.
De rechtbank stelt vast dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] op zichzelf de afspraak dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] voor voorgeschoten prothesen een bedrag van € 700,- vergoed krijgt niet betwist. De rechtbank overweegt met betrekking tot het aantal door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] voorgeschoten prothesen dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] blijkens haar declaraties de (in de procedure overigens onleesbaar gemaakte) namen heeft opgegeven van de twaalf patiënten ten aanzien van wie zij de prothesekosten heeft voorgeschoten. Het had dan op de weg van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] gelegen om in haar administratie te controleren of de in rekening gebrachte prothesen per patiënt ook daadwerkelijk door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] waren voorgeschoten. Ter zitting heeft de heer [naam 1] ook verklaard dat dit heel eenvoudig is na te gaan in de administratie. Nu zij dit desondanks heeft nagelaten, is de rechtbank van oordeel dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] het aantal te vergoeden prothesen onvoldoende gemotiveerd heeft betwist, zodat de kosten ter vervanging van de prothesen ter zake van de door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] genoemde 12 patiënten in beginsel toegewezen kunnen worden. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft voor deze post, anders dan in zijn eerder aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] gestuurde opgave, niet 12 x € 700,- gevorderd (zijnde € 8.400,-), maar een bedrag van in totaal € 8.132,-. De vordering van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] kan dus terzake van deze post tot een bedrag van maximaal € 8.132,- worden toegewezen.
4.13.
Wat betreft de door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] gezonden factuur van € 789,12 in verband met ‘injectables’, heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] niet betwist dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] de gefactureerde behandelingen met injectables heeft verricht. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] voert aan dat zij deze factuur niet kan voldoen omdat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] de onderliggende administratieve bescheiden niet heeft overgelegd.
4.14.
Naar het oordeel van de rechtbank doet dit aan de verschuldigdheid van de facturen door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] niet af, helemaal nu [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] ter comparitie – onbetwist – heeft gesteld dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] tot aan de comparitie nooit eerder heeft gevraagd om de betreffende administratieve bescheiden op te sturen. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft gezien het voorgaande de (hoogte van) deze factuur onvoldoende gemotiveerd betwist, zodat de verschuldigdheid van deze factuur vast staat.
4.15.
Conclusie van het voorgaande is dat de vorderingen van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] toewijsbaar zijn tot een bedrag van € 31.680,32, behoudens voor zover het beroep van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] op verrekening slaagt.
Verrekening
Schade in verband met niet-werken [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] en overtreding concurrentiebeding
4.16.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft, voor zover de vordering van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] tegen haar toewijsbaar is, een beroep gedaan op verrekening van de facturen van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] met een vordering van haar op [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] tot schadevergoeding op grond van wanprestatie of onrechtmatige daad.
4.17.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] legt aan haar beroep op verrekening onder meer ten grondslag dat zij in verband met de plotselinge afwezigheid van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] in de periode van 3 december 2012 tot 14 januari 2013 en vervolgens in de periode vanaf 7 februari 2013 kosten heeft moeten maken ter vervanging van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] en omzet heeft misgelopen. Volgens [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] is [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] hiervoor aansprakelijk op grond van toerekenbare tekortkoming in de nakoming van de Overeenkomst en – voor zover de Overeenkomst reeds was geëindigd door de opzegging van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] op 3 december 2012 – op grond van onrechtmatige daad. De wanprestatie van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] bestaat volgens [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] wat betreft de eerste periode (3 december 2012-14 januari 2013) hierin dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] direct na de opzeggingsbrief is gestopt met het uitvoeren van (reeds geplande) werkzaamheden en aldus zijn afwezigheid niet conform artikel 1:4 van de Overeenkomst twee maanden van tevoren heeft aangekondigd, althans niet de op grond van artikel 1:3 van de Overeenkomst geldende opzegtermijn van drie maanden in acht heeft genomen. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft evenmin conform artikel 1:5 van de Overeenkomst voor adequate waarneming tijdens zijn afwezigheid gezorgd. Het plotselinge vertrek van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] vloeit volgens [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] uitsluitend voort uit het feit dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] in strijd met de Overeenkomst en in strijd met een bevel van de Inspectie voor de Gezondheidszorg voor [bedrijf 1] heeft gewerkt. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] betwist dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] wegens ziekte niet kon werken. De schade die [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] door de afwezigheid van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft geleden, dient dan ook volledig voor rekening van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] te komen, aldus [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] De financieel adviseur van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft haar schade berekend op een bedrag van € 331.350,50.
4.18.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] betwist dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] een vordering op haar heeft uit hoofde van wanprestatie. Daartoe voert [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] aan dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] onder de Overeenkomst niet verplicht was om te komen werken. Bovendien heeft [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] – voor zover [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] niet wegens ziekte verhinderd was zijn werkzaamheden uit te voeren – de opzegtermijn wel degelijk in acht genomen. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft toen hij zijn ontslagbrief inleverde bij [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie], tevens gemeld dat hij arbeidsongeschikt was in verband met pijn aan zijn arm en de medicatie die hij hiervoor gebruikte. Volgens [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] geen bezwaar gemaakt tegen deze arbeidsongeschiktheidsmelding, maar [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] juist aangemoedigd rust te nemen. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft hem verzocht te proberen vanaf 14 januari 2013 weer terug te komen. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft vervolgens op 14 januari 2013 daadwerkelijk getracht zijn werkzaamheden te hervatten. Hij bleek hier echter toch niet toe in staat, waarna hij zich op 7 februari 2013 opnieuw ziek heeft gemeld. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] betwist dat zijn vertrek iets te maken had met de kwestie rondom [bedrijf 1]. Dit was al uitgepraat met [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] en de Inspectie heeft nooit een onderzoek tegen [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] ingesteld. Ten slotte voert [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] aan dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] haar nooit in gebreke heeft gesteld of heeft aangekondigd dat er op haar kosten voor vervanging zou worden gezorgd.
4.19.
Vaststaat dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] op 3 december 2012 een opzegbrief heeft ingediend bij [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] en dat hij direct daarna tot 14 januari 2013 niet meer voor [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft gewerkt. Partijen strijden over de vraag in hoeverre dit een contractuele tekortkoming door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] B.V.B.A oplevert. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft terecht gesteld dat in de Overeenkomst niet met zoveel woorden een verplichting voor [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] is opgenomen om werkzaamheden uit te voeren. Echter, onbetwist is dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] al sinds 1999 gedurende zo’n 20 uur per week in de Kliniek werkte. Eveneens is onbetwist dat de bedrijfsvoering van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] voor een groot deel afhankelijk was van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie]., nu in de Kliniek slechts één andere plastisch chirurg werkzaam was. Onder die omstandigheden moet de opzegtermijn van drie maanden aldus worden uitgelegd dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] in deze periode zijn werkzaamheden op de gebruikelijke wijze diende voort te zetten, zeker waar het reeds ingeplande operaties betrof. De plotselinge afwezigheid van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] is dan ook aan te merken als een tekortkoming in de nakoming van de Overeenkomst.
4.20.
Echter, behalve een contractuele tekortkoming is voor een geslaagde vordering tot schadevergoeding in beginsel ook een ingebrekestelling vereist. Nakoming was immers niet reeds blijvend onmogelijk. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] had [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] dus met een schriftelijke aanmaning een termijn moeten stellen om de werkzaamheden alsnog te verrichten en [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] aansprakelijk moeten stellen voor het geval [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] afwezig zou blijven. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] had alsdan kunnen besluiten alsnog de ingeplande werkzaamheden te verrichten of hij had zich, in geval hij daartoe niet in staat was wegens ziekte, (nogmaals) uitdrukkelijk ziek kunnen melden en aldus een beroep op overmacht kunnen doen. Gesteld noch gebleken is echter dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft aangemaand om te komen werken. Integendeel, de heer [naam 1] heeft ter zitting verklaard dat hij aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft gezegd dat hij hem in afwachting van het oordeel van de Inspectie even niet over de vloer hoefde te hebben. Anders dan door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] is betoogd, kan het latere, mondelinge verzoek aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] om weer te komen werken niet als een ingebrekestelling worden aangemerkt. Nu een rechtsgeldige ingebrekestelling achterwege is gebleven, is [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] wat betreft de gestelde tekortkoming niet in verzuim komen te verkeren en daarmee niet aansprakelijk voor de door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] gestelde schade. De vraag of de tekortkoming van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] aan hem kan worden toegerekend of dat hij wegens ziekte een beroep op overmacht kan doen, kan dan ook onbeantwoord blijven.
4.21.
Hetzelfde geldt voor de periode vanaf 7 februari 2013. Immers, ook voor de gestelde tekortkoming in deze periode heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] geen ingebrekestelling verstuurd. De e-mail van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] van 7 februari 2013 kan niet als zodanig worden aangemerkt, nu deze alleen betrekking heeft op het beroep van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] op verrekening van door haar gestelde schade over de periode vanaf 3 december 2012 tot 14 januari 2013. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] wordt in deze e-mail niet verzocht om zijn verplichtingen over de periode vanaf 7 februari 2013 alsnog na te komen en ook een aansprakelijkstelling ontbreekt.
4.22.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] grondt haar beroep op schadevergoeding daarnaast op overtreding door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] van artikel 3.2 van de Overeenkomst. De rechtbank overweegt in dit verband dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie], nu vaststaat dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] voor [bedrijf 1] heeft gewerkt, in strijd heeft gehandeld met deze bepaling. Met betrekking tot deze verplichting verkeerde [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] – zonder dat een voorafgaande ingebrekestelling was vereist – in verzuim, aangezien deze tekortkoming niet meer ongedaan kan worden gemaakt. Dit brengt met zich dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] in beginsel aansprakelijk is voor de schade die [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] als gevolg hiervan heeft geleden.
4.23.
Naar het oordeel van de rechtbank heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] echter onvoldoende gesteld om aan te kunnen nemen dat de gestelde schade wegens het niet-werken van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] in de periode van 3 december 2012 tot 14 januari 2013, een rechtstreeks gevolg is van het feit dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] in augustus/september 2012 in een andere kliniek heeft gewerkt. Gesteld noch gebleken is immers dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] wegens deze overtreding op 3 december 2012 op non-actief heeft gesteld, of dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zich op het standpunt stelde dat de overtreding zo ernstig was dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] per direct niet meer voor [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zou kunnen werken. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] erkent juist dat zij graag wilde dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] weer voor haar zou komen werken en partijen hebben eind december 2012 in dat kader ook nieuwe werkafspraken gemaakt ingaande per 14 januari 2013.
4.24.
Het voorgaande brengt met zich dat naar het oordeel van de rechtbank geen grond bestaat voor een verplichting tot schadevergoeding door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] uit hoofde van wanprestatie.
Nacontroles
4.25.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] stelt verder een tegenvordering op [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] te hebben wegens door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] niet uitgevoerde nacontroles. Zij maakt aanspraak op vergoeding van het volgens haar terzake teveel betaalde honorarium op grond van (primair) wanprestatie of onrechtmatige daad en (subsidiair) onverschuldigde betaling. Volgens [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zaten in de betalingen van de declaraties van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] over de periode tot en met oktober 2012 vergoedingen voor de nacontroles inbegrepen die [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] diende te verrichten in de maanden na december 2012. Nu [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] die controles niet heeft uitgevoerd door zijn onaangekondigde afwezigheid betreft dit volgens [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] een onverschuldigde betaling en maakt zij aanspraak op terugbetaling hiervan. Deze controles vinden volgens [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in vijf reguliere intervallen plaats na de operatiedatum en duren een kwartier. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] berekent het onverschuldigd betaalde honorarium aldus op € 24.955,47.
4.26.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft betwist dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] een vordering heeft terzake van nacontroles.
4.27.
Uitgangspunt bij de beoordeling is dat - zoals hiervoor ook is overwogen - tussen partijen een overeenkomst van opdracht gold en dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] niet in gebreke heeft gesteld voor de nakoming van de verplichtingen die hieruit voor haar voortvloeiden. Voor een vordering tot schadevergoeding voor niet-uitgevoerde nacontroles bestaat reeds daarom geen grond.
4.28.
De vraag die dan resteert is of [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] aanspraak kan maken op terugbetaling van € 24.955,47 wegens onverschuldigde betaling. De rechtbank beantwoordt deze vraag ontkennend en overweegt daartoe dat op grond van artikel 2.1 van de Overeenkomst de afspraak bestond dat aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] een vergoeding zou worden betaald van 24% van het daadwerkelijk door de patiënt aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] betaalde bedrag van de behandeling exclusief BTW en eventueel in mindering te brengen kosten. Uit de Overeenkomst blijkt niet dat een deel van het aldus aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] uit te betalen honorarium moet worden toegerekend aan de nacontroles. Volgens artikel 2.5 en 2.6 wordt het honorarium binnen een maand na de behandeling uitbetaald en daarbij is geen voorbehoud gemaakt voor nog uit te voeren nacontroles. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft verder onbetwist aangevoerd dat het nooit de praktijk was tussen partijen dat de betalingen (deels) afhankelijk werden gesteld van de nacontroles. Aldus heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] onvoldoende onderbouwd dat tussen partijen was overeengekomen dat een deel van het honorarium afhankelijk was gesteld van de uitvoering van nacontroles. Conclusie van het voorgaande is dat het betaalde honorarium voor tot en met oktober 2012 verrichte behandelingen door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] op grond van de Overeenkomst verschuldigd was en er geen sprake is van onverschuldigde betaling door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie]
4.29.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft niet, dan wel onvoldoende gesteld dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] – los van de contractuele verhouding tussen partijen – onrechtmatig jegens haar heeft gehandeld wegens het niet uitvoeren van geplande behandelingen en/of nacontroles.
4.30.
Nu uit hetgeen hiervoor is overwogen volgt dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] geen vorderingen op [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft op grond van wanprestatie, onrechtmatige daad of onverschuldigde betaling, komt [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in conventie geen beroep op verrekening toe, zodat de vordering van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] tot een bedrag van € 31.680,32 wordt toegewezen.
4.31.
Het voorgaande brengt tevens met zich dat de vorderingen van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in reconventie worden afgewezen.
Patiëntenfoto’s
4.32.
De vraag die in deze procedure verder voorligt, is of [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] gehouden was tot afgifte van patiëntenfoto’s aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie], althans of zij ook gehouden was tot afgifte van foto’s gemaakt voor 24 april 2009. In de onderhavige procedure staat niet ter beoordeling of [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] aan het kort-geding vonnis van 6 september 2013 heeft voldaan. Deze vraagt betreft immers de executie van dat vonnis en ligt thans voor in het hoger beroep van het kort geding-vonnis van 3 december 2013.
4.33.
De stelplicht en bewijslast dat er geen grond voor afgifte van deze foto’s was, ligt - anders dan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] betoogt - niet bij [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie], maar bij [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] vordert in de onderhavige procedure immers een verklaring voor recht dat zij niet gehouden was de foto’s af te geven.
4.34.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] legt aan haar vordering ten grondslag dat afgifte van de foto’s afstuit op de toepasselijke Nederlandse en Belgische regelgeving. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] verwijst daartoe naar hetgeen zij hierover in de kort gedingprocedures naar voren heeft gebracht. Daarnaast staat volgens [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] in de Overeenkomst niet dat zij verplicht was tot afgifte van foto’s van voor 24 april 2009. Volgens [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] geeft de Overeenkomst in dit opzicht ook niet weer wat partijen vóór 24 april 2009 hierover waren overeengekomen. Een dergelijke afspraak bestond volgens [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] destijds niet, aldus [eiseres in conventie, verweerster in reconventie]
4.35.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft de vorderingen van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] betwist. Zij voert daartoe aan dat uit de considerans van de Overeenkomst volgt dat de hierin neergelegde afspraken sinds 1999 gelding hadden. De kort geding-rechter heeft [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] dan ook terecht veroordeeld tot afgifte van alle foto’s, aldus [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie]
4.36.
De rechtbank stelt vast dat in artikel 4.5. van de Overeenkomst staat dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] op eerste afroep patiëntenfoto’s ter beschikking dient te stellen aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] en dat dit ook geldt na beëindiging van de Overeenkomst. Op grond van de Overeenkomst bestond er dan ook een verplichting tot afgifte van de foto’s door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie]
4.37.
In de Overeenkomst is geen aanknopingspunt te vinden dat deze verplichting slechts ziet op foto’s van na 24 april 2009. De Overeenkomst spreekt immers van ‘alle door de medisch specialist genomen foto’s’ en niet van ‘alle sinds 24 april 2009 genomen foto’s’. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft ook geen onderbouwing gegeven voor zijn stelling dat deze afspraak niet zou gelden voor de reeds genomen foto’s. In de considerans van de Overeenkomst staat voorts dat partijen de tussen hen reeds geldende afspraken in de Overeenkomst op schrift hebben gesteld. Daaruit volgt dat partijen voor ogen hadden dat de neergelegde afspraken ook vóór 2009 gelding hadden. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft weliswaar een bewijsaanbod gedaan dat dit niet gold voor de afgifteverplichting van de foto’s, maar zij heeft geen feiten en omstandigheden gesteld die, indien bewezen, dit standpunt kunnen dragen. Bovendien heeft [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] onweersproken gelaten het standpunt van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ter comparitie dat zij in het verleden de foto’s altijd mocht bekijken en op eerste verzoek mocht inzien. Slotsom van het voorgaande is dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] onvoldoende aanknopingspunten heeft gesteld voor de door hem bepleite uitleg van de Overeenkomst. De rechtbank neemt dan ook tot uitgangspunt dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] op grond van de Overeenkomst ook verplicht was tot afgifte van de foto’s van vóór 24 april 2009.
4.38.
De voorzieningenrechter heeft in het vonnis van 6 september 2013 reeds overwogen dat afgifte van de foto’s aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] niet in strijd is met artikel 7:457 van het Burgerlijk Wetboek (BW), nu artikel 7:457 lid 2 BW op de plicht van de hulpverlener om zonder toestemming van de patiënt – kort gezegd – geen gegevens over de patiënt aan anderen te verstrekken, een uitzondering maakt voor hulpverleners die rechtstreeks betrokken zijn bij de uitvoering van de behandelingsovereenkomst. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] kan als rechtstreeks betrokkene bij de uitvoering van de behandelingsovereenkomst worden aangemerkt, aangezien zij de behandelovereenkomst met de patiënten sluit en de behandeling vervolgens laat verrichten door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie], aldus de voorzieningenrechter. De rechtbank ziet geen aanleiding hier anders over te oordelen. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft ter onderbouwing van haar standpunt, ook slechts verwezen naar hetgeen zij in de kort gedingprocedure naar voren heeft gebracht en geen nieuwe argumenten aangedragen. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft ten slotte niet onderbouwd op welke wijze de Belgische wetgeving op de Overeenkomst en/of de verplichtingen van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] van toepassing is en aan afgifte van de foto’s door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in de weg staat.
4.39.
Het voorgaande brengt met zich dat de vordering van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] tot het geven van een verklaring voor recht dat zij niet gehouden was tot afgifte van de patientenfoto’s van vóór 24 april 2009 wordt afgewezen.
4.40.
[eiseres in conventie, verweerster in reconventie] stelt verder dat - voor zover zij wel gehouden was tevens de foto’s van voor 24 april 2009 aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] te verschaffen - [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] de daarmee gepaard geweest zijnde kosten aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] te vergoeden. Voor een vergoeding van dergelijke kosten biedt de Overeenkomst evenwel geen grondslag. Daarnaast heeft [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] ter comparitie onbetwist aangevoerd dat [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] de foto’s vanaf het begin van de samenwerking altijd zelf heeft willen bewaren. Het lag dan op de weg van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] om de foto’s te bewaren op een wijze waarop hij zonder (hoge) kosten kon voldoen aan zijn verplichting ze op eerste afroep aan [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] te verstrekken. Deze vordering wordt derhalve eveneens afgewezen.
Buitengerechtelijke kosten, proceskosten en beslagkosten in conventie
4.41.
Door [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] is geen afzonderlijk verweer gevoerd met betrekking tot de door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] gevorderde rente en de ingangsdatum daarvan, zodat de gevorderde wettelijke handelsrente over de toegewezen hoofdsom toewijsbaar is vanaf 27 mei 2013.
4.42.
De gevorderde buitengerechtelijke incassokosten zullen worden afgewezen. Niet is gebleken dat door [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] werkzaamheden zijn verricht die betrekking hebben op meer dan het voorbereiden van de onderhavige procedure. Anders dan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] heeft gesteld wordt bestudering van contracten, correspondentie en facturen geacht betrekking te hebben op de instructie van de zaak.
4.43.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zal als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten in conventie worden veroordeeld, met uitzondering van de kosten voor de akte vermeerdering eis, nu de hierin opgenomen vorderingen niet zijn toegewezen.
4.44.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft verder aanspraak gemaakt op vergoeding van de beslagkosten. Ingevolge de wet (artikel 706 Rv) geldt dat de onderhavige beslagkosten ten laste van [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] als (ex-) beslagene komen, tenzij [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] kan aantonen dat het beslag nietig, onnodig of onrechtmatig was. [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] heeft hiertoe onvoldoende gesteld. De rechtbank is van oordeel dat de onnodigheid of onrechtmatigheid van het beslag niet is komen vast te staan. De vordering tot zekerheid van verhaal waarvan het onderhavige beslag is gelegd, wordt grotendeels toegewezen. [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] was derhalve in beginsel gerechtigd dit beslag te laten leggen. De beslagkosten zullen worden toegewezen tot een bedrag van € 82,16 en € 160,78 aan explootkosten en € 579,- (één punt van het toepasselijke liquidatietarief) aan salaris advocaat.
De kosten aan de zijde van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] worden aldus begroot op:
- dagvaarding € 95,77
- overige explootkosten (beslag) € 82,16
€ 160,78
- griffierecht € 1.836,00
- salaris advocaat
€ 1.737,00(3 punten × tarief € 579,00)
Totaal € 3.911,71
4.45.
De gevorderde veroordeling in de nakosten is in het kader van deze procedure slechts toewijsbaar voor zover deze kosten op dit moment reeds kunnen worden begroot. De nakosten zullen dan ook worden toegewezen op de wijze zoals in de beslissing vermeld. De wettelijke rente over de proceskosten en nakosten zal worden toegewezen als na te melden.
Proceskosten in reconventie
4.46.
[gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten in reconventie worden veroordeeld. De kosten voor het salaris advocaat voor de verrichtingen in reconventie worden wegens de samenhang van de vorderingen in reconventie met de vorderingen in conventie gesteld op de helft van het toepasselijke liquidatietarief. De kosten aan de zijde van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] worden aldus begroot op € 289,50 (1punt x factor 0,5 x tarief € 579,-).

5.De beslissing

De rechtbank
in conventie
5.1.
veroordeelt [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] om aan [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] te betalen een bedrag van € 31.680,32 (eenendertigduizend zeshonderdtachtig euro en tweeëndertig cent), vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6:119a BW over het toegewezen bedrag met ingang van 27 mei 2013 tot de dag van volledige betaling,
5.2.
veroordeelt [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in de proceskosten en beslagkosten, aan de zijde van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] tot op heden begroot op € 3.911,71 (zegge: drieduizend negenhonderdelf euro en eenenzeventig cent), te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6:119 BW over dit bedrag met ingang van veertien dagen na betekening van dit vonnis tot de dag van volledige betaling,
5.3.
veroordeelt [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in de na dit vonnis ontstane kosten, aan de zijde van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] begroot op € 131,00 aan salaris advocaat, te vermeerderen, onder de voorwaarde dat [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] niet binnen 14 dagen na aanschrijving aan het vonnis heeft voldaan en er vervolgens betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden, met een bedrag van € 68,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van de uitspraak, en te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6:119 BW over de nakosten met ingang van veertien dagen na de betekening van dit vonnis tot aan de voldoening,
5.4.
verklaart dit vonnis in conventie tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.5.
wijst het meer of anders gevorderde af,
in reconventie
5.6.
wijst de vorderingen af,
5.7.
veroordeelt [gedaagde in conventie, eiseres in reconventie] in de proceskosten, aan de zijde van [eiseres in conventie, verweerster in reconventie] tot op heden begroot op € 289,50 (zegge: tweehonderdnegenentachtig euro en vijftig cent),
5.8.
verklaart dit vonnis in reconventie wat betreft de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. T.T. Hylkema en in het openbaar uitgesproken op 2 april 2014. [1]

Voetnoten

1.type: CN