In deze zaak gaat het om een vordering van Kind-ABC B.V. tegen een ouder voor de incasso van een achterstallige ouderbijdrage voor kinderopvang. Kind-ABC had een overeenkomst tot lastgeving met BSO 't IJlandje, waarbij zij als lasthebber optrad voor het kindercentrum. Na een betalingsachterstand van de ouder en het faillissement van BSO 't IJlandje, heeft de curator de overeenkomst tot lastgeving opgezegd. De ouder werd gedagvaard door Kind-ABC, maar de kantonrechter verklaarde Kind-ABC niet-ontvankelijk in haar vordering. De rechter oordeelde dat Kind-ABC niet meer gerechtigd was om de ouderlijke bijdragen te innen, omdat de overeenkomst tot lastgeving was beëindigd door de curator. Bovendien was het onduidelijk aan wie de ouder bevrijdend kon betalen, wat haar het recht gaf om haar betalingsverplichting op te schorten. De kantonrechter veroordeelde Kind-ABC in de proceskosten, die aan de zijde van de gedaagde op nihil werden begroot. De uitspraak benadrukt de gevolgen van faillissement voor de incasso van vorderingen en de rechten van debiteuren in dergelijke situaties.