De rechtbank stelt voorop dat Habitat ingevolge artikel 9.1.3 van de franchise-overeenkomst gehouden is om te trachten aan de leveringseisen van Luxembourg te voldoen en dat Habitat in het geval zij daartoe niet in staat is de voorraad gelijkmatig zal verdelen overeenkomstig de prognoses van ieder land. Verder bepaalt artikel 9.6 van de franchiseovereenkomst dat Habitat niet aansprakelijk is voor een te late of onjuiste levering voor zover de oorzaak daarvan in redelijkheid buiten haar macht ligt. Blijkens de door Luxembourg overgelegde e-mails, die gedeeltelijk zijn weergegeven onder 2.7. e.v., heeft Habitat sinds begin 2010 de door Luxembourg gedane bestellingen niet dan wel niet tijdig geleverd, waarbij de levertijden zelfs zijn opgelopen tot vijf à zes maanden.
Verder blijkt daaruit genoegzaam dat de winkelvoorraad sterk is teruggelopen omdat Habitat van de producten uit het permanente assortiment slechts een klein gedeelte daadwerkelijk heeft geleverd. Ook deze situatie heeft Habitat in de hiervoor onder 2.8. weergegeven e-mail met zoveel woorden erkend. Verder staat als onweersproken vast dat de winkel in Parijs wel voldoende is bevoorraad (zie hiervoor onder 2.10.).
Naar het oordeel van de rechtbank heeft Habitat door voornoemde handelwijze niet voldaan aan haar in artikel 9.3.1 van de franchiseovereenkomst neergelegde verplichtingen. Habitat heeft onvoldoende aangetoond, behoudens ten aanzien van één levering, dat de oorzaak daarvan in redelijkheid buiten haar macht ligt, zodat haar beroep op artikel 9.6 wordt verworpen. Het verweer van Habitat, dat zij heeft getracht om oplossingen aan te dragen voor de door Luxembourg gemelde problemen, is daartoe onvoldoende.
Het verweer van Habitat, dat het niet kunnen leveren van producten een gevolg is van het niet (tijdig) indienen van ‘forecasts’ door Luxembourg, gaat niet op. Daartegenover heeft Luxembourg onder verwijzing naar de als productie 33 en 34 overgelegde e-mailberichten gesteld dat zij de eerste keren dat Habitat om een ‘forecast’ vroeg deze heeft gegeven, maar dat zij dit vervolgens heeft nagelaten omdat Habitat diverse producten uit de ingediende ‘forecasts’ heeft verwijderd. Nu Habitat dit verweer op haar beurt niet heeft weersproken, wordt ervan uitgegaan dat het niet indienen van ‘forecasts’ niet aan (tijdige) de levering door Habitat in de weg heeft gestaan.
Ook heeft Habitat de stelling van Luxembourg, dat zij tekort is geschoten in haar contractuele verplichting tot het verlenen van technische en commerciële ondersteuning, onvoldoende gemotiveerd weerlegd. Habitat heeft tegenover de door Luxembourg met diverse e-mails onderbouwde stellingen op dit punt slechts aangevoerd dat zij bij e-mails van 26 oktober 2010 en 2 december 2010 (zie hiervoor onder 2.12.) Luxembourg heeft geantwoord op haar vragen. De rechtbank acht dit een onvoldoende onderbouwde weerlegging van de stellingen van Luxembourg. Verder blijkt uit de hiervoor onder 2.11. weergegeven gang van zaken met betrekking tot de ‘content’ van de vernieuwde website van Habitat dat Luxembourg lange tijd heeft moeten wachten op nadere informatie van Habitat, als gevolg waarvan zij stelt een aantal seizoensmagazines zelf op haar website te hebben moeten plaatsen, welke stelling Habitat eveneens onvoldoende gemotiveerd heeft weersproken.
Naar het oordeel van de rechtbank is verder voldoende komen vast te staan dat Habitat in strijd met de in artikel 10 van de franchiseovereenkomst neergelegde verplichting heeft gehandeld door een elektronische catalogus te gaan verstrekken, nu dit geen volwaardig alternatief van de papieren catalogus is. In artikel 10.3 wordt de relevantie van de papieren catalogus vooropgesteld. Weliswaar voorziet artikel 10.3 in de mogelijkheid van een wijziging in de distributiemethode, maar het had in het licht van dit artikel op de weg van Habitat gelegen om een volwaardig alternatief te bieden. Blijkens de door Luxembourg bij akte van 5 september 2012 overgelegde productie 39, waarbij een vergelijking is gegeven van de productinformatie die door middel van de catalogus en de magazines wordt verstrekt, blijkt dat hiervan evident geen sprake is. De papieren catalogus bevat immers beduidend meer gedetailleerde informatie over het product dan het desbetreffende magazine. Verder heeft Luxembourg onvoldoende gemotiveerd weersproken gesteld dat zij diverse seizoensmagazines niet dan wel te laat heeft ontvangen.
Op grond van het voorgaande in samenhang beschouwd is de conclusie dat Habitat tekort is geschoten in de nakoming van haar verplichtingen op grond van de franchiseovereenkomst. Luxembourg heeft voldoende aannemelijk gemaakt dat zij als gevolg hiervan schade heeft geleden, welke schade door Luxembourg dient te worden vergoed.