ECLI:NL:RBAMS:2013:CA1413

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
29 mei 2013
Publicatiedatum
22 juni 2013
Zaaknummer
398831 / HA ZA 08-1463 (hoofdzaak en incident)
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verplichting tot betaling van promissory notes door Rosneft aan Glendale Group Limited

In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 29 mei 2013 geoordeeld dat het Russische olie- en gasconcern Rosneft meer dan 62 miljoen euro moet betalen aan Glendale Group Limited, een vennootschap gevestigd op de Britse Maagdeneilanden. Glendale had schuldpapier, bekend als promissory notes, verkregen van Yugansneftegaz, een dochteronderneming van Yukos Oil. Rosneft, dat Yugansneftegaz had overgenomen, betwistte de geldigheid van de promissory notes op basis van formele gebreken en stelde dat deze niet opeisbaar waren omdat ze deel uitmaakten van een illegale belastingconstructie opgezet door Yukos Oil. De rechtbank oordeelde echter dat de meeste promissory notes geldig waren en dat Rosneft de bedragen aan Glendale moest betalen. De rechtbank stelde vast dat Rosneft aandelenbelangen in Nederland had, waardoor de Amsterdamse rechtbank bevoegd was om de zaak te behandelen. De uitspraak benadrukt de geldigheid van promissory notes en de verplichtingen die voortvloeien uit dergelijke financiële instrumenten, zelfs wanneer er geschillen zijn over de onderliggende transacties.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK AMSTERDAM
afdeling privaatrecht
zaaknummer / rolnummer: 398831 / HA ZA 08-1463
Vonnis van 29 mei 2013
in de zaak van
de vennootschap naar buitenlands recht
GLENDALE GROUP LIMITED,
gevestigd te Road Town, Tortola (Britse Maagdeneilanden),
eiseres in de hoofdzaak,
verweerster in het incident,
advocaat eerst mr. P.C. Veerman, vervolgens mr. A.W. Brantjes, thans mr. E.R. Meerdink te Amsterdam,
tegen
de vennootschap naar buitenlands recht
OJSC ROSNEFT OIL COMPANY,
gevestigd te Moskou (Russische Federatie),
gedaagde in de hoofdzaak,
eiseres in het incident,
advocaat eerst mr. M. Deckers, vervolgens mr. J.P.M. Borsboom, thans mr. G.H. Gispen te Amsterdam.
Partijen zullen hierna Glendale en Rosneft worden genoemd.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 9 juli 2007, met producties;
- de incidentele conclusie tot zekerheidstelling voor proceskosten ex artikel 224 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, van Rosneft;
- de conclusie tot referte in het incident, van Glendale;
- het vonnis in incident van 3 september 2008;
- de incidentele conclusie tot onbevoegdverklaring van de rechtbank, van Rosneft;
- de conclusie van antwoord in het incident, van Glendale;
- het proces-verbaal van het op 31 maart 2009 gehouden pleidooi en de daarin vermelde stukken;
- het vonnis in incident van 13 mei 2009;
- de provisionele en/of incidentele vordering tot afgifte van bescheiden ex artikel 85 Rv en/of artikel 22 Rv en/of 843a Rv, van Rosneft;
- de akte van depot in civiele rolzaak van 2 juli 2009;
- de conclusie van antwoord inzake de provisionele en/of incidentele vordering tot afgifte van bescheiden ex artikel 85 Rv en/of artikel 22 Rv en/of artikel 843a Rv, met producties;
- het vonnis in incident van 17 februari 2010;
- de incidentele conclusie tot het treffen van een provisionele voorziening dan wel aanhouding van de procedure, tevens conclusie van antwoord, met producties;
- de akte houdende overlegging producties, met een productie, van Rosneft;
- de conclusie van antwoord in het incident, met producties;
- het proces-verbaal van het op 26 april 2011 gehouden pleidooi en de daarin vermelde stukken;
- het vonnis in incident van 20 juli 2011;
- de conclusie van repliek, tevens houdende wijziging van eis, met producties;
- de incidentele conclusie houdende een vordering tot opheffing van conservatoire beslagen en conclusie van dupliek, met producties;
- de aanvullende akte overlegging producties tot herstel van de bijlagen 21 en 85 bij productie 51;
- de conclusie van antwoord in het incident en akte uitlating producties in de hoofdzaak;
- het proces-verbaal van het op 30 augustus 2012 gehouden pleidooi en de daarin vermelde stukken;
- de akte naar aanleiding van het rapport van [A] over artikel VIII (2)(B) IMF-overeenkomst, met producties, van Glendale;
- het proces-verbaal van teruggave van gedeponeerde stukken in civiele rolzaak van 30 oktober 2012;
- de antwoordakte betreffende artikel VIII (2) (B) IMF-overeenkomst, met producties;
- de akte uitlating producties;
- het proces-verbaal van het op 19 november 2012 gehouden pleidooi en de daarin vermelde stukken;
- de brief, gedateerd 28 december 2012, van de advocaat van Rosneft;
- de brief, gedateerd 9 januari 2013, van de griffier;
- de brief, gedateerd 10 januari 2013, met een bijlage (brief International Monetary Fund, gedateerd 7 december 2012), van de advocaat van Rosneft;
- het e-mailbericht, gedateerd 10 januari 2013, van de advocaat van Rosneft;
- het e-mailbericht, gedateerd 10 januari 2013, van de griffier;
- de brief, gedateerd 10 januari 2013, met een bijlage (formal request, gedateerd 20 augustus 2012, van [vennootschap]), van de advocaat van Rosneft;
- de brief, gedateerd 18 januari 2013, met een bijlage (formal request, gedateerd 20 augustus 2012, van [vennootschap]), van de advocaat van Glendale.
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald in het incident en in de hoofdzaak.
2. De feiten
In de hoofdzaak en in het incident
Promissory notes
2.1.1. Glendale is in het bezit van de acht hierna nader aan te duiden documenten.
2.1.2. Een door Glendale in het geding gebrachte beëdigde vertaling van die documenten uit het Russisch in het Nederlands luidt:
a.
ORDERBRIEFJE
SERIE ?? [in latijnse letters: PR] nr. 004786
Neftejoegansk, 25 februari 2003
(plaats waar dit document werd opgesteld) (datum waarop dit document werd opgesteld)
Orderbriefje voor een bedrag van 500.000.000
(bedrag in cijfers)
OAO “YUGANSKNEFTEGAZ”, Leninstraat nr. 26, (stad) Neftejoegansk, oblast (…) Tjoemen
verplicht zich om voor dit orderbriefje te betalen
Vijfhonderd miljoen roebel en 00 kopeken
(bedrag in letters)
tegen 18% rente op jaarbasis, berekend vanaf de dag van opstelling van dit orderbriefje
direct aan de rechtspersoon ZAO “YUKOS-M”, Kommunisticeskajastraat nr. 33, gebouw 3, (stad) Saransk
INN (…) [nummer], rekening courant nr. [nummer]
bij AKB “Doveritelnyj i Investicionnyj Bank” (AKB “Vertrouwens- en investeringsbank) te Moskou,
(volledige naam, adres en betalingsgegevens van de begunstigde van het orderbriefje)
nostro-rekening Nr [nummer], BIC [nummer]
Dit orderbriefje dient betaald te worden op vertoning, maar niet eerder dan op 25.02.2006
De leidinggevende van het bedrijf [handtekening door rond stempel met de tekst:] OAO (naamloze
(handtekening)
vennootschap) Yuganskneftegaz, Oliemaatschappij YUKOS, stad Neftejoegansk, Autonoom district van Chanto-Mansië
[op de achterzijde]
Voor AVAL Datum:
(borgtocht)
Afgegeven ___________________________________________________________________ (volledige naam van het bedrijf ten behoeve waarvan AVAL werd gegeven)
Avalist __________________________________________
(volledige naam en adres van de avalist)
Namens de AVALIST
Stempel Handtekening
_______ ________________________________
(functie) (achternaam, voornaam en vadersnaam)
Nr. jaar Nr. jaar
In plaats van aan ons betaalt u
ZAO YUKOS-M
(volledige naam en adres van geëndosseerde) In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde)
Namens GEËNDOSSEERDE:
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam)
[rond stempel met tekst:] [paraaf]
Yukos-M, OAO, stad Saransk, Russische Federatie, Republiek Mordovië _____________ Namens GEËNDOSSEERDE:
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam)
Nr. jaar Nr. jaar
In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde) In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde)
Geëndosseerde __________________________
(volledige naam, adres en gegevens)
Namens GEËNDOSSEERDE: ______________
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam) Geëndosseerde __________________________
(volledige naam, adres en gegevens)
Namens GEËNDOSSEERDE: ______________
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam)
b.
ORDERBRIEFJE
SERIE ?? [in latijnse letters: PR] nr. 004787
Neftejoegansk, 25 februari 2003
(plaats waar dit document werd opgesteld) (datum waarop dit document werd opgesteld)
Orderbriefje voor een bedrag van 500.000.000,00
(bedrag in cijfers)
OAO “YUGANSKNEFTEGAZ”, Leninstraat nr. 26, (stad) Neftejoegansk, oblast (…) Tjoemen
verplicht zich om voor dit orderbriefje te betalen
Vijfhonderd miljoen roebel en 00 kopeken
(bedrag in letters)
tegen 18% rente op jaarbasis, berekend vanaf de dag van opstelling van dit orderbriefje
direct aan de rechtspersoon ZAO “YUKOS-M”, Kommunisticeskajastraat nr. 33, gebouw 3, (stad) Saransk
INN (…) [nummer], rekening courant nr. [nummer]
bij AKB “Doveritelnyj i Investicionnyj Bank” (AKB “Vertrouwens- en investeringsbank) te Moskou,
(volledige naam, adres en betalingsgegevens van de begunstigde van het orderbriefje)
nostro-rekening Nr [nummer], BIC [nummer]
Dit orderbriefje dient betaald te worden op vertoning, maar niet eerder dan op 25.02.2006
De leidinggevende van het bedrijf [handtekening door rond stempel met de tekst:] OAO (naamloze
(handtekening)
vennootschap) Yuganskneftegaz, Oliemaatschappij YUKOS, stad Neftejoegansk, Autonoom district van Chanto-Mansië
[op de achterzijde]
Voor AVAL Datum:
(borgtocht)
Afgegeven ___________________________________________________________________ (volledige naam van het bedrijf ten behoeve waarvan AVAL werd gegeven)
Avalist __________________________________________
(volledige naam en adres van de avalist)
Namens de AVALIST
Stempel Handtekening
_______ ________________________________
(functie) (achternaam, voornaam en vadersnaam)
Nr. jaar Nr. jaar
In plaats van aan ons betaalt u
ZAO YUKOS-M
(volledige naam en adres van geëndosseerde) In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde)
Namens GEËNDOSSEERDE:
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam)
[rond stempel met tekst:] [paraaf]
Yukos-M, OAO, stad Saransk, Russische Federatie, Republiek Mordovië _____________ Namens GEËNDOSSEERDE:
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam)
Nr. jaar Nr. jaar
In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde) In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde)
Geëndosseerde __________________________
(volledige naam, adres en gegevens)
Namens GEËNDOSSEERDE: ______________
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam) Geëndosseerde __________________________
(volledige naam, adres en gegevens)
Namens GEËNDOSSEERDE: ______________
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam)
c.
ORDERBRIEFJE
SERIE ?? [in latijnse letters: PR] nr. 004808
Neftejoegansk, 2 juni 2003
(plaats waar dit document werd opgesteld) (datum waarop dit document werd opgesteld)
Orderbriefje voor een bedrag van 500.000.000,00
(bedrag in cijfers)
OAO “YUGANSKNEFTEGAZ”, Leninstraat nr. 26, (stad) Neftejoegansk, oblast (…) Tjoemen
verplicht zich om voor dit orderbriefje te betalen
Vijfhonderd miljoen roebel en 00 kopeken
(bedrag in letters)
tegen 18% rente op jaarbasis, berekend vanaf de dag van opstelling
direct aan de rechtspersoon OOO “Evoil”, Sjkolnajastraat 22, (dorp) Toera, regio Iliminsk, Autonoom district van Evenkië
INN (…) [nummer], rekening courant nr. [nummer]
bij AKB “Doveritelnyj i Investitsionnyj Bank” (AKB “Vertrouwens- en investeringsbank) te Moskou,
(volledige naam, adres en betalingsgegevens van de begunstigde van het orderbriefje)
nostro-rekening Nr [nummer], BIC [nummer]
Dit orderbriefje dient betaald te worden op vertoning, maar niet eerder dan op 31.12.2004
De leidinggevende van het bedrijf [handtekening door rond stempel met de tekst:] OAO (naamloze
(handtekening)
vennootschap) Yuganskneftegaz, Oliemaatschappij YUKOS, stad Neftejoegansk, Autonoom district van Chanto-Mansië
[op de achterzijde]
Voor AVAL Datum:
(borgtocht)
Afgegeven ___________________________________________________________________ (volledige naam van het bedrijf ten behoeve waarvan AVAL werd gegeven)
Avalist __________________________________________
(volledige naam en adres van de avalist)
Namens de AVALIST
Stempel Handtekening
_______ ________________________________
(functie) (achternaam, voornaam en vadersnaam)
Nr. jaar Nr. jaar
In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde) In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde)
Namens GEËNDOSSEERDE:
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam)
[rond stempel met tekst:] [paraaf]
EVOIL, OOO (besloten vennootschap), INN (…) [nummer], Toera, Autonoom district van Evenkië, Russische Federatie _______________ Namens GEËNDOSSEERDE:
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam)
Nr. jaar Nr. jaar
In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde) In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde)
Geëndosseerde __________________________
(volledige naam, adres en gegevens)
Namens GEËNDOSSEERDE: ______________
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam) Geëndosseerde __________________________
(volledige naam, adres en gegevens)
Namens GEËNDOSSEERDE: ______________
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam)
d.
ORDERBRIEFJE
SERIE ?? [in latijnse letters: PR] nr. 004809
Neftejoegansk, 2 juni 2003
(plaats waar dit document werd opgesteld) (datum waarop dit document werd opgesteld)
Orderbriefje voor een bedrag van 500.000.000,00
(bedrag in cijfers)
OAO “YUGANSKNEFTEGAZ”, Leninstraat nr. 26, (stad) Neftejoegansk, oblast (…) Tjoemen
verplicht zich om voor dit orderbriefje te betalen
Vijfhonderd miljoen roebel en 00 kopeken
(bedrag in letters)
tegen 18% rente op jaarbasis, berekend vanaf de dag van opstelling
direct aan de rechtspersoon OOO “Evoil”, Sjkolnajastraat 22, (dorp) Toera, regio Iliminsk, Autonoom district van Evenkië
INN (…) [nummer], rekening courant nr. [nummer]
bij AKB “Doveritelnyj i Investitsionnyj Bank” (AKB “Vertrouwens- en investeringsbank) te Moskou,
(volledige naam, adres en betalingsgegevens van de begunstigde van het orderbriefje)
nostro-rekening Nr [nummer], BIC [nummer]
Dit orderbriefje dient betaald te worden op vertoning, maar niet eerder dan op 31.12.2004
De leidinggevende van het bedrijf [handtekening door rond stempel met de tekst:] OAO (naamloze
(handtekening)
vennootschap) Yuganskneftegaz, Oliemaatschappij YUKOS, stad Neftejoegansk, Autonoom district van Chanto-Mansië
[op de achterzijde]
Voor AVAL Datum:
(borgtocht)
Afgegeven ___________________________________________________________________ (volledige naam van het bedrijf ten behoeve waarvan AVAL werd gegeven)
Avalist __________________________________________
(volledige naam en adres van de avalist)
Namens de AVALIST
Stempel Handtekening
_______ ________________________________
(functie) (achternaam, voornaam en vadersnaam)
Nr. jaar Nr. jaar
In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde) In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde)
Namens GEËNDOSSEERDE:
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam)
[rond stempel met tekst:] [paraaf]
EVOIL, OOO (besloten vennootschap), INN (…) [nummer], Toera, Autonoom district van Evenkië, Russische Federatie _______________ Namens GEËNDOSSEERDE:
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam)
Nr. jaar Nr. jaar
In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde) In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde)
Geëndosseerde __________________________
(volledige naam, adres en gegevens)
Namens GEËNDOSSEERDE: ______________
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam) Geëndosseerde __________________________
(volledige naam, adres en gegevens)
Namens GEËNDOSSEERDE: ______________
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam)
e.
ORDERBRIEFJE
SERIE ?? [in latijnse letters: PR] nr. 004810
Neftejoegansk, 2 juni 2003
(plaats waar dit document werd opgesteld) (datum waarop dit document werd opgesteld)
Orderbriefje voor een bedrag van 500.000.000,00
(bedrag in cijfers)
OAO “YUGANSKNEFTEGAZ”, Leninstraat nr. 26, (stad) Neftejoegansk, oblast (…) Tjoemen
verplicht zich om voor dit orderbriefje te betalen
Vijfhonderd miljoen roebel en 00 kopeken
(bedrag in letters)
tegen 18% rente op jaarbasis, berekend vanaf de dag van opstelling
direct aan de rechtspersoon OOO “Evoil”, Sjkolnajastraat 22, (dorp) Toera, regio Iliminsk, Autonoom district van Evenkië
INN (…) [nummer], rekening courant nr. [nummer]
bij AKB “Doveritelnyj i Investitsionnyj Bank” (AKB “Vertrouwens- en investeringsbank), Moskou,
(volledige naam, adres en betalingsgegevens van de begunstigde van het orderbriefje)
nostro-rekening Nr [nummer], BIC [nummer]
Dit orderbriefje dient betaald te worden op vertoning, maar niet eerder dan op 31.12.2004
De leidinggevende van het bedrijf [handtekening door rond stempel met de tekst:] OAO (naamloze
(handtekening)
vennootschap) Yuganskneftegaz, Oliemaatschappij YUKOS, stad Neftejoegansk, Autonoom district van Chanto-Mansië
[op de achterzijde]
Voor AVAL Datum:
(borgtocht)
Afgegeven ___________________________________________________________________ (volledige naam van het bedrijf ten behoeve waarvan AVAL werd gegeven)
Avalist __________________________________________
(volledige naam en adres van de avalist)
Namens de AVALIST
Stempel Handtekening
_______ ________________________________
(functie) (achternaam, voornaam en vadersnaam)
Nr. jaar Nr. jaar
In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde) In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde)
Namens GEËNDOSSEERDE:
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam)
[rond stempel met tekst:] [paraaf]
EVOIL, OOO (besloten vennootschap), INN (…) [nummer], Toera, Autonoom district van Evenkië, Russische Federatie _______________ Namens GEËNDOSSEERDE:
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam)
Nr. jaar Nr. jaar
In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde) In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde)
Geëndosseerde __________________________
(volledige naam, adres en gegevens)
Namens GEËNDOSSEERDE: ______________
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam) Geëndosseerde __________________________
(volledige naam, adres en gegevens)
Namens GEËNDOSSEERDE: ______________
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam)
f.
ORDERBRIEFJE
SERIE ?? [in latijnse letters: PR] nr. 004811
Neftejoegansk, 2 juni 2003
(plaats waar dit document werd opgesteld) (datum waarop dit document werd opgesteld)
Orderbriefje voor een bedrag van 500.000.000,00
(bedrag in cijfers)
OAO “YUGANSKNEFTEGAZ”, Leninstraat nr. 26, (stad) Neftejoegansk, oblast (…) Tjoemen
verplicht zich om voor dit orderbriefje te betalen
Vijfhonderd miljoen roebel en 00 kopeken
(bedrag in letters)
tegen 18% rente op jaarbasis, berekend vanaf de dag van opstelling
direct aan de rechtspersoon OOO “Evoil”, Sjkolnajastraat 22, (dorp) Toera, regio Iliminsk, Autonoom district van Evenkië
INN (…) [nummer], rekening courant nr. [nummer]
bij AKB “Doveritelnyj i Investitsionnyj Bank” (AKB “Vertrouwens- en investeringsbank) te Moskou,
(volledige naam, adres en betalingsgegevens van de begunstigde van het orderbriefje)
nostro-rekening Nr [nummer], BIC [nummer]
Dit orderbriefje dient betaald te worden op vertoning, maar niet eerder dan op 31.12.2004
De leidinggevende van het bedrijf [handtekening door rond stempel met de tekst:] OAO (naamloze
(handtekening)
vennootschap) Yuganskneftegaz, Oliemaatschappij YUKOS, stad Neftejoegansk, Autonoom district van Chanto-Mansië
[op de achterzijde]
Voor AVAL Datum:
(borgtocht)
Afgegeven ___________________________________________________________________ (volledige naam van het bedrijf ten behoeve waarvan AVAL werd gegeven)
Avalist __________________________________________
(volledige naam en adres van de avalist)
Namens de AVALIST
Stempel Handtekening
_______ ________________________________
(functie) (achternaam, voornaam en vadersnaam)
Nr. jaar Nr. jaar
In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde) In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde)
Namens GEËNDOSSEERDE:
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam)
[rond stempel met tekst:] [paraaf]
EVOIL, OOO (besloten vennootschap), INN (…) [nummer], Toera, Autonoom district van Evenkië, Russische Federatie _______________ Namens GEËNDOSSEERDE:
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam)
Nr. jaar Nr. jaar
In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde) In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde)
Geëndosseerde __________________________
(volledige naam, adres en gegevens)
Namens GEËNDOSSEERDE: ______________
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam) Geëndosseerde __________________________
(volledige naam, adres en gegevens)
Namens GEËNDOSSEERDE: ______________
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam)
g.
ORDERBRIEFJE
SERIE ?? [in latijnse letters: PR] nr. 004813
Neftejoegansk, 2 juni 2003
(plaats waar dit document werd opgesteld) (datum waarop dit document werd opgesteld)
Orderbriefje voor een bedrag van 500.000.000,00
(bedrag in cijfers)
OAO “YUGANSKNEFTEGAZ”, Leninstraat nr. 26, (stad) Neftejoegansk, oblast (…) Tjoemen
verplicht zich om voor dit orderbriefje te betalen
Vijfhonderd miljoen roebel en 00 kopeken
(bedrag in letters)
tegen 18% rente op jaarbasis, berekend vanaf de dag van opstelling
direct aan de rechtspersoon ZAO “YUKOS-M”, Kommunisticeskajastraat, nr. 33, gebouw 3, (stad) Saransk
INN (…) [nummer], rekening courant nr. [nummer]
bij AKB “Doveritelnyj i Investicionnyj Bank” (AKB “Vertrouwens- en investeringsbank) te Moskou,
(volledige naam, adres en betalingsgegevens van de begunstigde van het orderbriefje)
nostro-rekening Nr [nummer], BIC [nummer]
Dit orderbriefje dient betaald te worden op vertoning, maar niet eerder dan op 31.12.2004
De leidinggevende van het bedrijf [handtekening door rond stempel met de tekst:] OAO (naamloze
(handtekening)
vennootschap) Yuganskneftegaz, Oliemaatschappij YUKOS, stad Neftejoegansk, Autonoom district van Chanto-Mansië
[op de achterzijde]
Voor AVAL Datum:
(borgtocht)
Afgegeven ___________________________________________________________________ (volledige naam van het bedrijf ten behoeve waarvan AVAL werd gegeven)
Avalist __________________________________________
(volledige naam en adres van de avalist)
Namens de AVALIST
Stempel Handtekening
_______ ________________________________
(functie) (achternaam, voornaam en vadersnaam)
Nr. jaar Nr. jaar
In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde) In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde)
Namens GEËNDOSSEERDE:
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam)
[handtekening door rond stempel met tekst:]
Yukos M, OAO, stad Saransk, Russische Federatie, Republiek Mordovië _____________ Namens GEËNDOSSEERDE:
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam)
Nr. jaar Nr. jaar
In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde) In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde)
Geëndosseerde __________________________
(volledige naam, adres en gegevens)
Namens GEËNDOSSEERDE: ______________
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam) Geëndosseerde __________________________
(volledige naam, adres en gegevens)
Namens GEËNDOSSEERDE: ______________
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam)
h.
ORDERBRIEFJE
SERIE ?? [in latijnse letters: PR] nr. 004816
Neftejoegansk, 2 september 2003
(plaats waar dit document werd opgesteld) (datum waarop dit document werd opgesteld)
Orderbriefje voor een bedrag van 30.368.375,00
(bedrag in cijfers)
OAO “YUGANSKNEFTEGAZ”, Leninstraat nr. 26, (stad) Neftejoegansk, oblast (…) Tjoemen
verplicht zich om voor dit orderbriefje te betalen
Dertig miljoen driehonderdachtenzestigduizend driehonderdvijfenzeventig roebel en 00 kopeken
(bedrag in letters)
tegen 16% rente op jaarbasis, berekend vanaf de dag van opstelling
direct aan de rechtspersoon ZAO “YUKOS-EP”, Dubininskajastraat, nr. 17A, Moskou 113152
INN (…) [nummer], rekening courant nr. [nummer]
bij de Investeringsbank “TRUST” (OAO) te Moskou,
(volledige naam, adres en betalingsgegevens van de begunstigde van het orderbriefje)
nostro-rekening Nr [nummer], BIC [nummer]
Dit orderbriefje dient betaald te worden op vertoning, maar niet eerder dan op 20.12.2004
De leidinggevende van het bedrijf [handtekening door rond stempel met de tekst:] OAO (naamloze
(handtekening)
vennootschap) Yuganskneftegaz, Oliemaatschappij YUKOS, stad Neftejoegansk, Autonoom district van Chanto-Mansië
[op de achterzijde]
Voor AVAL Datum:
(borgtocht)
Afgegeven ___________________________________________________________________ (volledige naam van het bedrijf ten behoeve waarvan AVAL werd gegeven)
Avalist __________________________________________
(volledige naam en adres van de avalist)
Namens de AVALIST
Stempel Handtekening
_______ ________________________________
(functie) (achternaam, voornaam en vadersnaam)
Nr. jaar Nr. jaar
In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde) In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde)
Namens GEËNDOSSEERDE:
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam)
[handtekening door rond stempel met tekst:]
Yukos Exploration & Production, ZAO, G.R. (…) 130604… [onleesbaar] ________________ Namens GEËNDOSSEERDE:
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam)
Nr. jaar Nr. jaar
In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde) In plaats van aan ons betaalt u
____________________________________
(volledige naam en adres van geëndosseerde)
Geëndosseerde __________________________
(volledige naam, adres en gegevens)
Namens GEËNDOSSEERDE: ______________
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam) Geëndosseerde __________________________
(volledige naam, adres en gegevens)
Namens GEËNDOSSEERDE: ______________
Stempel __ Handtekening __________________
(functie) (achternaam voornaam, vadersnaam)
2.1.3. De documenten met nummers 004786, 004787, 004808, 004809, 004810, 004811 en 004813 zijn bij overeenkomst van 15 maart 2004 door Argenta Business Management Limited (hierna: Argenta), gevestigd te Road Town, Tortola (Britse Maagdeneilanden), verkocht aan Glendale.
2.1.4. Het document met nummer 004816 is bij overeenkomst van 12 maart 2004 door Quera Finance SA (hierna: Quera), eveneens gevestigd te Road Town, Tortola (Britse Maagdeneilanden), verkocht aan Glendale.
Yuganskneftegaz en Yukos Oil
2.2.1. De in de documenten genoemde vennootschap OAO Yuganskneftegaz (hierna: Yuganskneftegaz) was destijds een dochtervennootschap van OAO Yukos Oil Company (hierna: Yukos Oil), gevestigd te Moskou (Russische Federatie).
2.2.2. In december 2004 heeft de Russische belastingdienst (een deel van) de door Yukos Oil gehouden aandelen in het kapitaal van Yuganskneftegaz executoriaal verkocht aan OOO Baykalfinansgrup (hierna: Baykal). Daarna heeft Rosneft de aandelen in het kapitaal van Baykal gekocht. Vervolgens, in oktober 2006, is Yuganskneftegaz juridisch gefuseerd met Rosneft.
Evoil, Yukos-EP, Yukos-M en Yukos Oil
2.3. Ook de in de documenten genoemde vennootschappen OOO Evoil (hierna: Evoil), ZAO Yukos-EP (hierna: Yukos-EP) en ZAO Yukos-M (hierna: Yukos-M) waren destijds dochtervennootschappen van Yukos Oil.
Glendale en Yukos Oil
2.4.1. Een andere dochtervennootschap van Yukos Oil was destijds Yukos CIS Investment LLC (hierna: Yukos CIS), gevestigd te Yerevan (Armenië).
2.4.2. Yukos CIS hield de aandelen in het kapitaal van Yukos Hydrocarbons Investment Limited, gevestigd te Road Town, Tortola (Britse Maagdeneilanden), die op haar beurt (indirect) de aandelen houdt in het kapitaal van Glendale.
Argenta, Quera en Yukos Oil
2.5. Argenta en Quera behoorden destijds tot de door Yukos Oil geleide groep van vennootschappen.
Yukos Oil
2.6.1. Yukos Oil maakte haar bedrijf van de winning en verkoop van olie en gas.
2.6.2. Yukos Oil is in augustus 2006 door een Russische rechter naar Russisch recht in staat van faillissement verklaard.
Glendale en Rosneft
2.7. In augustus 2007 heeft de curator in het faillissement van Yukos Oil de door Yukos Oil gehouden aandelen in het kapitaal van Yukos CIS verkocht aan Rosneft.
Beslagen
2.8. Glendale heeft met verlof van de voorzieningenrechter van deze rechtbank ten laste van Rosneft een aantal conservatoire beslagen gelegd.
3. In de hoofdzaak
3.1. Glendale vordert, na wijziging van eis, dat de rechtbank bij vonnis, voor zover rechtens mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, Rosneft veroordeelt aan haar te betalen in Russische roebel, althans de tegenwaarde in euro op het moment van betaling van onderstaande bedragen:
a. ten aanzien van promissory note met nummer 004786: (i) de hoofdsom van RUR 500.000.000, (ii) een rente van 18% per annum over de periode lopende van 25 februari 2003 tot en met 2 december 2008, (iii) de Russische wettelijke rente over de hoofdsom plus vorenbedoeld bedrag aan rente lopende vanaf 2 december 2008 tot en met de dag der algehele voldoening en (iv) de Russische boeterente over de hoofdsom plus vorenbedoeld bedrag aan rente lopende vanaf 2 december 2008 tot en met de dag der algehele voldoening;
b. ten aanzien van promissory note met nummer 004787: (i) de hoofdsom van RUR 500.000.000, (ii) een rente van 18% per annum over de periode lopende van 25 februari 2003 tot en met 2 december 2008, (iii) de Russische wettelijke rente over de hoofdsom plus vorenbedoeld bedrag aan rente lopende vanaf 2 december 2008 tot en met de dag der algehele voldoening en (iv) de Russische boeterente over de hoofdsom plus vorenbedoeld bedrag aan rente lopende vanaf 2 december 2008 tot en met de dag der algehele voldoening;
c. ten aanzien van promissory note met nummer 004808: (i) de hoofdsom van RUR 500.000.000, (ii) een rente van 18% per annum over de periode lopende van 2 juni 2003 tot en met 2 december 2008, (iii) de Russische wettelijke rente over de hoofdsom plus vorenbedoeld bedrag aan rente lopende vanaf 2 december 2008 tot en met de dag der algehele voldoening en (iv) de Russische boeterente over de hoofdsom plus vorenbedoeld bedrag aan rente lopende vanaf 2 december 2008 tot en met de dag der algehele voldoening;
d. ten aanzien van promissory note met nummer 004809: (i) de hoofdsom van RUR 500.000.000, (ii) een rente van 18% per annum over de periode lopende van 2 juni 2003 tot en met 2 december 2008, (iii) de Russische wettelijke rente over de hoofdsom plus vorenbedoeld bedrag aan rente lopende vanaf 2 december 2008 tot en met de dag der algehele voldoening en (iv) de Russische boeterente over de hoofdsom plus vorenbedoeld bedrag aan rente lopende vanaf 2 december 2008 tot en met de dag der algehele voldoening;
e. ten aanzien van promissory note met nummer 004810: (i) de hoofdsom van RUR 500.000.000, (ii) een rente van 18% per annum over de periode lopende van 2 juni 2003 tot en met 2 december 2008, (iii) de Russische wettelijke rente over de hoofdsom plus vorenbedoeld bedrag aan rente lopende vanaf 2 december 2008 tot en met de dag der algehele voldoening en (iv) de Russische boeterente over de hoofdsom plus vorenbedoeld bedrag aan rente lopende vanaf 2 december 2008 tot en met de dag der algehele voldoening;
f. ten aanzien van promissory note met nummer 004811: (i) de hoofdsom van RUR 500.000.000, (ii) een rente van 18% per annum over de periode lopende van 2 juni 2003 tot en met 2 december 2008, (iii) de Russische wettelijke rente over de hoofdsom plus vorenbedoeld bedrag aan rente lopende vanaf 2 december 2008 tot en met de dag der algehele voldoening en (iv) de Russische boeterente over de hoofdsom plus vorenbedoeld bedrag aan rente lopende vanaf 2 december 2008 tot en met de dag der algehele voldoening;
g. ten aanzien van promissory note met nummer 004813: (i) de hoofdsom van RUR 500.000.000, (ii) een rente van 18% per annum over de periode lopende van 2 juni 2003 tot en met 2 december 2008, (iii) de Russische wettelijke rente over de hoofdsom plus vorenbedoeld bedrag aan rente lopende vanaf 2 december 2008 tot en met de dag der algehele voldoening en (iv) de Russische boeterente over de hoofdsom plus vorenbedoeld bedrag aan rente lopende vanaf 2 december 2008 tot en met de dag der algehele voldoening;
h. ten aanzien van promissory note met nummer 004816: (i) de hoofdsom van RUR 30.368.375, (ii) een rente van 16% per annum over de periode lopende van 2 september 2003 tot en met 2 december 2008, (iii) de Russische wettelijke rente over de hoofdsom plus vorenbedoeld bedrag aan rente lopende vanaf 2 december 2008 tot en met de dag der algehele voldoening en (iv) de Russische boeterente over de hoofdsom plus vorenbedoeld bedrag aan rente lopende vanaf 2 december 2008 tot en met de dag der algehele voldoening;
met veroordeling van Rosneft in de kosten, waaronder begrepen de door Glendale daadwerkelijk gemaakte advocaatkosten, reiskosten en de kosten der beslagen ad EUR 940,12, althans veroordeling van Rosneft in de kosten van het geding inclusief de beslagen ad EUR 940,12.
3.2. Glendale legt hieraan ten grondslag dat de in haar bezit zijnde documenten promissory notes (orderbriefjes) zijn in de zin van de Convention providing a uniform law for bills of exchange and promissory notes en de daarop gebaseerde Russische wet, en dat zij de vermelde hoofdsommen, rente en kosten als recht- en regelmatig houder van de promissory notes opeisbaar te vorderen heeft van Rosneft, die Yuganskneftegaz, uitgever van en schuldenaar onder de promissory notes, onder algemene titel is opgevolgd.
3.3. Rosneft voert verweer.
3.4. De (nadere) stellingen en verweren komen hierna, in het kader van de beoordeling, (nader) aan de orde.
4. In het incident
4.1. Rosneft vordert dat de rechtbank bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, opheft de ten verzoeke van Glendale gelegde conservatoire beslagen, te weten:
a. de bij beslagexploten van 14 mei 2007 van K.L. Wendt, toegevoegd kandidaat-gerechtsdeurwaarder op het kantoor van W.H.M. Heeremans, gerechtsdeurwaarder te Den Haag, door Glendale onder (i) Yukos Finance B.V. en (ii) gerechtsdeurwaarder S. Paulusma van deurwaarderskantoor Kemper & Paulusma gelegde conservatoire derdenbeslagen;
b. de bij beslagexploten van 15 mei 2007 van A.U. Brandberg, toegevoegd kandidaat-gerechtsdeurwaarder op het kantoor van A.H. Groenewegen, gerechtsdeurwaarder te Amsterdam, door Glendale onder (i) Yukos Finance B.V. en (ii) gerechtsdeurwaarder S. Paulusma van deurwaarderskantoor Kemper & Paulusma gelegde conservatoire derdenbeslagen;
c. het bij beslagexploot van 16 mei 2007 van mr. I.F.T. van Dam, toegevoegd kandidaat-gerechtsdeurwaarder op het kantoor van M.A. Driesenaar, gerechtsdeurwaarder te Amsterdam, door Glendale onder Yukos Finance B.V. gelegde conservatoire derdenbeslag;
d. de bij beslagexploten van 5 september 2007 van K.L. Wendt, toegevoegd kandidaat-gerechtsdeurwaarder op het kantoor van A.H. Groenewegen, gerechtsdeurwaarder te Amsterdam, door Glendale onder (i) Yukos Finance B.V. (tweemaal) en (ii) gerechtsdeurwaarder S. Paulusma van deurwaarderskantoor Kemper & Paulusma gelegde conservatoire derdenbeslagen;
e. het bij beslagexploot van 5 februari 2008 van S. Paulusma, gerechtsdeurwaarder te Amsterdam, onder gerechtsdeurwaarder M.C. Groot van Groot & Evers Gerechtsdeurwaarders gelegde conservatoire derdenbeslag;
f. het bij beslagexploot van 10 maart 2009 van D.D.P. Geukers, toegevoegd kandidaat-gerechtsdeurwaarder op het kantoor van H.J. Boswinkel, gerechtsdeurwaarder te Haarlem, op de aandelen die Rosneft houdt in West Kamchatka Holding B.V. gelegde conservatoir beslag;
g. het bij beslagexploot van 10 maart 2009 van D.D.P. Geukers, toegevoegd kandidaat-gerechtsdeurwaarder op het kantoor van H.J. Boswinkel, gerechtsdeurwaarder te Haarlem, onder West Kamchatka Holding B.V. gelegde conservatoire derdenbeslag;
met veroordeling van Glendale in de kosten van het incident.
4.2. Rosneft legt hieraan, onder verwijzing naar onder meer artikel 223 en artikel 705 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv), ten grondslag dat, als zij uit hoofde van de onderhavige documenten al schulden heeft aan Glendale, het in elk geval haalschulden betreft die uitsluitend betaalbaar zijn in Nefteyugansk (Russische Federatie). Volgens Rosneft kan Glendale daarom in Nederland geen vordering instellen en geen beslag uitwinnen. Dit omdat Rosneft dan buiten de aangewezen plaats zou (moeten) betalen.
4.3. Glendale voert verweer.
4.4. De (nadere) stellingen en verweren komen hierna, in het kader van de beoordeling, (nader) aan de orde.
5. In de hoofdzaak en in het incident
Toepasselijk recht
5.1. Op 7 juni 1930 is te Genève tot stand gekomen de Convention providing a uniform law for bills of exchange and promissory notes (het Verdrag tot invoering van een eenvormige wet op wisselbrieven en orderbriefjes), hierna: het Verdrag van Genève, waarbij Nederland en (thans) de Russische Federatie partij zijn. Blijkens de preambule stellen de verdragsluitende staten zich ten doel “avoiding the difficulties caused by differences in the laws of countries in which bills of exchange circulate, and of thus giving more security and stimulus to international trade relations”. Voor promissory notes geldt, naar moet worden aangenomen, hetzelfde.
5.2. Eveneens op 7 juni 1930 is te Genève tot stand gekomen de Convention for the settlement of certain conflicts of laws in connection with bills of exchange and promissory notes (het Verdrag tot regeling van zekere wetsconflicten ten aanzien van wisselbrieven en orderbriefjes), hierna: het wetsconflictenverdrag, waarbij Nederland en (thans) de Russische Federatie partij zijn.
5.3. Artikel 2 van het wetsconflictenverdrag luidt, voor zover hier van belang: “The capacity of a person to bind himself by a (…) promissory note shall be determined by his national law”.
Artikel 3 van het wetsconflictenverdrag luidt, voor zover hier van belang: “The form of any contract arising out of a (…) promissory note is regulated by the laws of the territory in which the contract has been signed”.
Artikel 4 van het wetsconflictenverdrag luidt, voor zover hier van belang: “The effects of the obligations of the (…) maker of a promissory note are determined by the law of the place in which these instruments are payable. The effects of the signatures of the other parties liable on a (…) promissory note are determined by the law of the country in which is situated the place where the signatures were affixed”.
Artikel 6 van het wetsconflictenverdrag luidt, voor zover hier van belang: “The question whether there has been an assignment to the holder of the debt which has given rise to the issue of the instrument is determined by the law of the place where the instrument was issued”.
5.4. De aangehaalde bepalingen uit het wetsconflictenverdrag leiden met betrekking tot de daarin geregelde onderwerpen tot toepasselijkheid van het recht van de Russische Federatie.
Russisch recht
5.5. De met het Verdrag van Genève tot stand gekomen Uniform Law (hierna: de eenvormige wet) is in 1937 in (thans) de Russische Federatie geïmplementeerd door, wat in de door Glendale bij de conclusie van repliek (productie 6, bijlage 9) in het geding gebrachte Engelse vertaling heten, de Regulations on bills of exchange and promissory notes (hierna: de 1937 Rules).
5.6. De 1937 Rules bestaan uit twee delen: “On bills of exchange” (deel I, artikelen 1 tot en met 74) en “On promissory notes” (deel II, artikelen 75 tot en met 78).
5.7. Artikel 77 van de 1937 Rules luidt, voor zover hier van belang: “The following provisions relating to bills of exchange shall apply to promissory notes to the extent that they are not inconsistent with the nature of such documents, notably: endorsement (Articles 11-20); time of payment (Articles 33-37); payments (Articles 38-42); actions in the event of non-acceptance or non-payment (Articles 43-50, 52-54); (…); statutes of limitation (Articles 70-71)”.
5.8. De 1937 Rules zijn in 1997 op enkele onderdelen gewijzigd door, wat in de door Glendale bij de conclusie van repliek (productie 6, bijlage 12) in het geding gebrachte Engelse vertaling heet, de Federal law on bills of exchange and promissory notes (hierna: de 1997 Law).
6. In het incident
6.1. Uitgangspunt in het incident is de stelling van Glendale dat de onderhavige documenten promissory notes zijn in de zin van de 1937 Rules.
6.2. Artikel 76 van de 1937 Rules luidt, voor zover hier van belang: “If there is no indication, the place where the document was drawn up shall be deemed the place of payment (…)”. Op grond van deze bepaling is Nefteyugansk (Russische Federatie) de place of payment van de onderhavige promissory notes. Anders gezegd: de onderhavige promissory notes behelzen haalschulden.
6.3. Dat gegeven staat er echter niet aan in de weg dat Glendale bij de (naar Nederlands recht bevoegde) Nederlandse rechter vorderingen instelt die strekken tot veroordeling van Rosneft tot betaling van die schulden. Daarbij gaat het om betaling door Rosneft conform de oorspronkelijk tussen partijen bestaande rechtsverhouding (die uit hoofde van de onderhavige promissory notes), derhalve om betaling in Nefteyugansk (Russische Federatie).
6.4. Het gegeven dat de onderhavige promissory notes haalschulden behelzen, staat er evenmin aan in de weg dat Glendale, tot zekerheid van verhaal van haar vorderingen, de (naar Nederlands recht bevoegde) Nederlandse rechter verzoekt om verlof tot het leggen van conservatoir beslag ten laste van Rosneft. Daarbij gaat het, uiteindelijk, om gedwongen betaling, min of meer buiten Rosneft om, in Nederland. Artikel 700 lid 2 Rv schrijft voor dat in het verzoekschrift de aard van het te leggen beslag en van het ingeroepen recht worden vermeld (en, zo dit recht een geldvordering is, ook het bedrag of, zo dit nog niet vaststaat, het maximum bedrag daarvan). Het is niet aan de rechtbank om het werk van de voorzieningenrechter over te doen. Zij constateert slechts dat Glendale aan de in artikel 700 lid 2 Rv gestelde voorschriften heeft voldaan. Wat de aard van het ingeroepen recht betreft, heeft Glendale gesteld dat zij vorderingen op Rosneft heeft uit hoofde van de onderhavige promissory notes. Dat was voldoende. Mede gelet op hetgeen hiervoor onder 6.3 is overwogen, was Glendale niet gehouden het ‘haalkarakter’ van de door haar gestelde vorderingen te vermelden. Daarnaast is, mede gelet op hetgeen hiervoor onder 6.3 is overwogen, niet aannemelijk dat de voorzieningenrechter, op dat karakter gewezen zijnde, het verzochte verlof zou hebben geweigerd.
6.5. Artikel 704 lid 1 Rv bepaalt, voor zover hier van belang, dat zodra de beslaglegger (in het onderhavige geval Glendale) in de hoofdzaak een executoriale titel heeft verkregen en deze voor tenuitvoerlegging vatbaar is geworden, het conservatoir beslag overgaat in een executoriaal beslag, mits de verkregen titel aan de beslagene (in het onderhavige geval Rosneft) is betekend. De mogelijkheid dat Glendale uiteindelijk betaling verkrijgt langs een andere weg dan in de oorspronkelijke rechtsverhouding voorzien is minder verwonderlijk dan Rosneft doet voorkomen. Die mogelijkheid is slechts het logische gevolg van het bestaan van beslag en executie. Met een wijziging van de oorspronkelijke rechtsverhouding (in die zin dat de schulden uit de onderhavige promissory notes niet langer haalschulden zijn) heeft die mogelijkheid niets van doen. Die rechtsverhouding blijft dezelfde. Rosneft kan, in de hier veronderstelde omstandigheden, de bedoelde andere weg vermijden door uit eigen beweging de bedragen te voldoen tot voldoening waarvan zij is veroordeeld.
6.6. Rosneft stelt verder dat Glendale haar bevoegdheid om verlof te verzoeken tot het leggen van conservatoir beslag heeft misbruikt om rechtsmacht op de voet van artikel 767 Rv te scheppen. De rechtbank heeft over haar rechtsmacht echter reeds beslist in het vonnis in incident van 13 mei 2009. Van die beslissing komt de rechtbank niet terug.
6.7. Rosneft stelt voorts dat zij voldoende verhaal biedt en dat vrees voor verduistering niet aan de orde is. Zij stelt echter niet voldoende gemotiveerd dat de door Glendale gelegde beslagen onnodig zijn in de zin van artikel 705 lid 2 Rv. In dit verband is mede van belang dat Rosneft de onderhavige hoofdzaak uitdrukkelijk plaatst in het kader van de strijd om de activa van het voormalige Yukos Oil concern. Een strijd die reeds vele jaren op vele plaatsen in de wereld wordt gevoerd. Een strijd ook waarin, naar ook uit de onderhavige hoofdzaak blijkt, de twee kampen elkaar niet of nauwelijks tegemoet komen. Zo meent Rosneft dat Glendale zich jegens haar als een voorbeeldige kleindochter dient te gedragen; zij baseert die opvatting op de hiervoor onder 2.4.2 en 2.7 vermelde feiten. Glendale daarentegen bestrijdt de rechtmatigheid van de hiervoor onder 2.7 vermelde verkoop en beschouwt zich daarom niet als lid van een door Rosneft geleide groep; zie het vonnis in incident van 20 juli 2011, onder 3.4.6. In elk geval is gesteld noch gebleken dat Glendale voldoende zekerheid heeft dat Rosneft uit eigen beweging de bedragen zal voldoen tot voldoening waarvan zij eventueel zal worden veroordeeld.
6.8. Afweging van de wederzijdse belangen leidt niet (alsnog) tot het oordeel dat de gelegde beslagen dienen te worden opgeheven.
6.9. Het gevorderde dient te worden afgewezen. Rosneft zal, als de in het ongelijk gestelde partij, worden veroordeeld in de aan de zijde van Glendale gevallen kosten in het incident. Deze worden begroot op EUR 904,00 (twee punten, tarief II).
6.10. Het verzoek van Rosneft om tussentijds hoger beroep van dit tussenvonnis open te stellen, behoeft – zo het al relevant is (zie artikel 337 lid 1 Rv) – geen behandeling omdat, zoals hierna zal blijken, heden in de hoofdzaak een eindvonnis wordt gewezen.
7. In de hoofdzaak
Formele vereisten
7.1.1. Artikel 75 van de 1937 Rules luidt: “A promissory note contains: 1) the term “promissory note” included in the actual text and expressed in the language in which this document is drawn up; 2) a straightforward and unconditional promise to pay in a definite amount; 3) an indication of the time of payment; 4) an indication of the place where the payment is to be made; 5) the name of the person, to whom or on whose order payment is to be made; 6) an indication of the date and place of issue of the promissory note; 7) the signature of the person issuing the document (maker)”. Die bepaling is gebaseerd op artikel 75 van de eenvormige wet, dat luidt: “A promissory note contains: (1) The term “promissory note” inserted in the body of the instrument and expressed in the language employed in drawing up the instrument; (2) An unconditional promise to pay a determinate sum of money; (3) A statement of the time of payment; (4) A statement of the place where payment is to be made; (5) The name of the person to whom or to whose order payment is to be made; (6) A statement of the date and of the place where the promissory note is issued; (7) The signature of the person who issues the instrument (maker)”.
Artikel 76 van de 1937 Rules voegt hieraan, voor zover hier van belang, toe dat “a document in which any of the requirements specified in the previous article is lacking shall be invalid as a promissory note (…)”. Die bepaling is gebaseerd op artikel 76 van de eenvormige wet, dat, voor zover hier van belang, luidt: “An instrument in which any of the requirements mentioned in the preceding articles are wanting is invalid as a promissory note (…)”.
7.1.2. Rosneft voert, onder verwijzing naar onder meer artikel 75 onder 7 van de 1937 Rules, aan dat de onderhavige documenten diverse gebreken vertonen en daarom invalid (ongeldig) zijn.
7.1.3. Rosneft noemt in dit verband in de eerste plaats het ontbreken op de onderhavige documenten van een aantal gegevens betreffende de (natuurlijke) persoon die namens Yuganskneftegaz heeft ondertekend (voornaam, vadersnaam, familienaam en grondslag van de vertegenwoordigingsbevoegdheid). Artikel 75 onder 7 van de 1937 Rules schrijft vermelding van die gegevens echter niet voor. Hetzelfde geldt voor artikel 75 onder 7 van de eenvormige wet. Een dergelijk voorschrift kan in die bepalingen, mede in het licht van het hiervoor onder 5.1 weergegeven doel van het Verdrag van Genève, ook niet alsnog worden gelezen.
7.1.4. Rosneft voert vervolgens aan dat niet duidelijk is wie de onderhavige documenten namens Yuganskneftegaz heeft ondertekend. Glendale stelt dat het gaat om [B] (hierna: [B]), destijds [functie] van Yuganskneftegaz. Rosneft trekt dat in twijfel, maar licht die twijfel niet voldoende toe. In dit verband is mede van belang dat Glendale als productie 10 bij de conclusie van repliek een rapport van de handschriftdeskundige [C] in het geding heeft gebracht die concludeert: “On the basis of the evidence before me (…) I have concluded that there is strong support for the view that (…) [B] signed each of the questioned Promissory Notes“. Rosneft bestrijdt bovendien niet de stelling van Glendale dat [B] als [functie] regelmatig belangrijke stukken (als de onderhavige) namens Yuganskneftegaz ondertekende. Rosneft heeft tot slot geen andersluidende verklaring van [B] in het geding gebracht.
7.1.5. Rosneft voert daarnaast aan dat niet [B] maar Yukos-EP de in de onderhavige documenten bedoelde “leidinggevende van het bedrijf” was, zodat [B] niet bevoegd was deze namens Yuganskneftegaz te ondertekenen. Rosneft bestrijdt echter niet de stelling van Glendale dat [B] beschikte over een algemene volmacht van [D] (hierna: [D]), destijds [functie] ([functie]) van Yukos-EP. Daarmee was [B] bevoegd de onderhavige promissory notes namens Yuganskneftegaz te ondertekenen. Yukos-EP was immers bevoegd namens Yuganskneftegaz te handelen, [D] was bevoegd namens Yukos-EP te handelen en [B] was bevoegd namens [D] te handelen.
7.1.6. Rosneft wijst tot slot op artikel 10.2 aanhef en onder 13 van de statuten van Yuganskneftegaz. Die bepaling luidt, volgens de door haar als productie 11 bij de incidentele conclusie tot het treffen van een provisionele voorziening dan wel aanhouding van de procedure, tevens conclusie van antwoord, in het geding gebrachte Nederlandse vertaling, voor zover hier van belang: “Bij bevoegdheden van de algemene vergadering van aandeelhouders hoort (…) besluitvorming van de goedkeuring van transacties waaraan de belangen zijn verbonden, in de gevallen zoals in het hoofdstuk XI van de Federale Wet ‘Over vennootschappen’ bedoeld is”. Rosneft voert aan dat de voor de uitgifte van de onderhavige documenten aan de onderhavige eerste houders vereiste goedkeuring van de algemene vergadering van aandeelhouders van Yuganskneftegaz ontbreekt. Rosneft bestrijdt echter niet de stelling van Glendale dat (het besluit tot) die uitgifte de goedkeuring had van de aandeelhouder van Yuganskneftegaz, Yukos Oil. Integendeel, Rosneft onderschrijft die stelling op meerdere plaatsen; zie ook hierna, onder 7.4.2.
Materiële vereisten
7.2.1. Uit hetgeen hiervoor onder 7.1.3 tot en met 7.1.6 is overwogen, vloeit voort dat de onderhavige documenten dienen te worden gekwalificeerd als (door Yuganskneftegaz uitgegeven) promissory notes in de zin van de 1937 Rules.
7.2.2. Nadere vereisten gelden daarvoor niet. In het bijzonder doet de (rechtsgeldigheid van de) onderliggende rechtsverhouding tussen de “person issuing the document“ (in het onderhavige geval Yuganskneftegaz) en de “person to whom or on whose order payment is to be made“ (in het onderhavige geval Yukos-M, Yukos-EP en Evoil) in dit verband niet ter zake.
Glendale recht- en regelmatig houder?
7.3.1. Hoofdstuk II (“On Endorsement”) van deel I van de 1937 Rules, dat op grond van artikel 77 van de 1937 Rules van overeenkomstige toepassing is op promissory notes, luidt, voor zover hier van belang:
“11. Any bill of exchange, even if not expressly issued to order, may be transferred by means of endorsement. (...) An endorsement may be issued even (…) in favour of the drawer, or any other person bound under the bill. These persons may in turn endorse the bill.
12. The endorsement should be straightforward and unconditional. (…) An endorsement to the bearer shall have the force of a blank endorsement.
13. The endorsement should be written on the bill of exchange (…). It should be signed by the endorser. The endorsement (…) may consist only of the signature of the endorser (blank endorsement). In the latter case, to be valid the endorsement should be written on the reverse side of the bill of exchange (…).
14. An endorsement transfers all the rights arising from the bill of exchange. If the endorsement is blank, the holder may: 1) complete the blank either with its name or the name of some other person; 2) endorse the bill in turn by means of a blank or in the name of some other person; 3) transfer the bill to a third person without completing the blank and without endorsing it.
(…)
16. The possessor of a bill of exchange is deemed to be its lawful holder if he substantiates his title through a continuous series of endorsements, even if the last endorsement is blank. (…) When a blank endorsement is followed by another endorsement, the signatory of the last endorsement is deemed to have acquired the bill under a blank endorsement”.
Dat hoofdstuk is gebaseerd op hoofdstuk II (“Endorsement”) van deel I van de eenvormige wet, dat, voor zover hier van belang, luidt:
“11. Every bill of exchange, even if not expressly drawn to order, may be transferred by means of endorsement. (...) The bill may be endorsed even in favour of the (…) drawer, or of any other party to the bill. These persons may re-endorse the bill.
12. An endorsement must be unconditional. (…) An endorsement “ to bearer” is equivalent to an endorsement in blank.
13. An endorsement must be written on the bill of exchange (…). It must be signed by the endorser. The endorsement (…) may consist simply of the signature of the endorser (endorsement in blank). In the latter case, the endorsement, to be valid, must be written on the back of the bill of exchange (…).
14. An endorsement transfers all the rights arising out of a bill of exchange. If the endorsement is in blank, the holder may: 1) fill up the blank either with his own name or with the name of some other person; 2) re-endorse the bill in blank, or to some other person; 3) transfer the bill to a third person without filling up the blank, and without endorsing it.
(…)
16. The possessor of a bill of exchange is deemed to be the lawful holder if he establishes his title to the bill through an uninterrrupted series of endorsements, even if the last endorsement is in blank. (…) When an endorsement in blank is followed by another endorsement, the person who signed this last endorsement is deemed to have acquired the bill by the endorsement in blank”.
7.3.2. De rechtbank merkt op dat deze bepalingen net zo min als artikel 75 onder 7 van de 1937 Rules en artikel 75 onder 7 van de eenvormige wet (zie hiervoor onder 7.1.3) vermelding van voornaam, vadersnaam, familienaam en grondslag van de vertegenwoordigingsbevoegdheid van de handelende (natuurlijke) personen voorschrijven.
7.3.3. Glendale stelt dat Yukos-M, Yukos-EP en Evoil de onderhavige promissory notes in blanco hebben geëndosseerd en vervolgens als toonderstukken hebben overgedragen. Zij stelt dat daarmee sprake is van een “continuous series of endorsements”, op grond waarvan zij is “deemed to be (…) lawful holder” van de onderhavige promissory notes.
7.3.4. Rosneft voert hiertegen in de eerste plaats aan dat de onderhavige promissory notes slechts door geëndosseerden zijn ondertekend en niet, zoals voorgeschreven, door endossanten. Glendale stelt hier tegenover dat hier sprake is van typfouten. De rechtbank volgt Glendale. In het kader van het Verdrag van Genève, de daarbij tot stand gekomen eenvormige wet en de 1937 Rules mist ondertekening door de geëndosseerde van een promissory note elke betekenis. Dit geldt in het bijzonder ook voor ondertekening voor ontvangst. De endossant draagt de promissory note, na ondertekening, immers over aan de geëndosseerde. De vakjes die beginnen met “In plaats van aan ons betaalt u” en eindigen met “(volledige naam en adres van geëndosseerde)” reserveren dan ook – terecht – geen ruimte voor een handtekening. Ondertekening door de endossant daarentegen is essentieel; zie de tweede volzin van artikel 13 van de 1937 Rules (“It should be signed by the endorser”) en artikel 13 van de eenvormige wet (“It must be signed by the endorser”). Voor ondertekening door de endossant reserveren de onderhavige promissory notes echter geen enkele ruimte. Daarom kan in de onderhavige promissory notes voor “namens geëndosseerde” redelijkerwijs steeds niets anders worden gelezen dan “namens endossant”. Tot die lezing noopt ook de omstandigheid dat steeds in het eerste vakje met “namens geëndosseerde” de naam van de eerste houder van de betrokken promissory note wordt genoemd. Al met al zijn de onderhavige promissory notes rechtsgeldig geëndosseerd.
7.3.5. Met betrekking tot de promissory notes met de nummers 004786 en 004787 voert Rosneft daarnaast aan dat Yukos-M deze aan zichzelf heeft geëndosseerd (doordat na de woorden “In plaats van aan ons betaalt u” de naam van Yukos-M is ingevuld) en dat nadere endossementen ontbreken. Glendale wijst hiertegenover op de laatste volzin van artikel 12 van de 1937 Rules. De rechtbank volgt Rosneft. “An endorsement to the bearer”, zo luidt de door Glendale ingeroepen bepaling, “shall have the force of a blank endorsement”. En artikel 12 van de eenvormige wet: “An endorsement ‘to bearer’ is equivalent to an endorsement in blank”. Yukos-M heeft echter niet aan bearer (toonder) van de bedoelde promissory notes geëndosseerd, maar aan zichzelf. Daarmee bleven deze promissory notes orderstukken. Zie ook artikel 11 van de 1937 Rules (“An endorsement may be issued (…) in favour of the drawer (…). These persons may in turn endorse the bill”) en artikel 11 van de eenvormige wet (“The bill may be endorsed (…) in favour of the (…) drawer (…). These persons may re-endorse the bill”). Nu geen nadere endossementen zijn gesteld of gebleken, ontbreekt de door artikel 16 van de 1937 Rules voorgeschreven “continuous series of endorsements”, zodat Glendale het in die bepaling neergelegde vermoeden niet kan inroepen. Nu Glendale voorts geen nadere gronden voor haar vorderingen uit hoofde van de promissory notes met de nummers 004786 en 004787 stelt, dienen die vorderingen te worden afgewezen. Het navolgende betreft dan ook slechts de overige promissory notes.
Glendale te kwader trouw?
7.4.1. Artikel 17 van de 1937 Rules, dat op grond van artikel 77 van de 1937 Rules van overeenkomstige toepassing is op promissory notes, luidt: “Persons sued in respect of a bill of exchange may not oppose the objections of the holder based on their personal relations to the drawer or to previous holders unless the holder, in acquiring the bill, acted knowingly to the detriment of the debtor”. Die bepaling is gebaseerd op artikel 17 van de eenvormige wet, dat luidt: “Persons sued on a bill of exchange cannot set up against the holder defences founded on their personal relations with the drawer or with previous holders, unless the holder, in acquiring the bill, has knowingly acted to the detriment of the debtor”.
7.4.2. Rosneft beroept zich op deze bepaling. Zij voert aan dat de onderhavige promissory notes deel uitmaken van een door Yukos Oil opgezette illegale constructie met als enig doel het ontduiken van belasting. Olie en gas, gewonnen door onder andere Yuganskneftegaz, werden ver onder de marktprijs verkocht aan gelieerde vennootschappen, gevestigd in Russische regio’s met een gunstig belastingklimaat, die slechts in schijn hun bedrijf maakten van de handel in olie en gas. Deze papieren vennootschappen waren vervolgens in naam partij bij door Yukos Oil gearrangeerde (door)verkooptransacties tegen marktprijs, waaraan zij voor het overige geen enkele bijdrage leverden. Door middel van onder meer fictieve geldleningen van de papieren vennootschappen, in ruil voor promissory notes, aan onder andere Yuganskneftegaz kwamen de winsten uiteindelijk alsnog (maar dan fiscaal laag belast) terecht bij de produktievennootschappen, die daarmee ook nog eens de onjuiste indruk wekten dat zij aangewezen waren op externe financiering. De promissory notes waren niet bedoeld om in het verkeer te worden gebracht en ook niet om daadwerkelijk te worden geïncasseerd. Het ontbreken van ruimte voor endossanten (zie hiervoor onder 7.3.4) was geen vergissing, maar een methode om schijn en werkelijkheid van elkaar te onderscheiden. Aldus Rosneft, die de belastingdeskundige [E] aanhaalt, die spreekt van “a myriad of artificial promissory note transactions on top of its tax evasion scheme” (conclusie van dupliek, onder 15.23). De onderhavige promissory notes zijn naar Russisch recht niet geldig, althans niet afdwingbaar. Dit alles was Glendale bekend, althans behoorde Glendale bekend te zijn, toen zij de onderhavige promissory notes ten koste van Yuganskneftegaz/Rosneft verwierf, aldus Rosneft.
7.4.3. Wat er ook zij van deze algemene beschouwingen over “artificial promissory note transactions”, Rosneft maakt – tegenover de gemotiveerde betwisting door Glendale – niet, althans niet voldoende, duidelijk dat (ook) de onderhavige promissory notes de door haar gestelde rol spelen in de door haar gestelde frauduleuze constructie. Rosneft erkent dat de Russische Federatie destijds kampte met een tekort aan (contant) geld en dat promissory notes daarom noodzakelijk, gebruikelijk en algemeen aanvaard waren als middel om (reële) vorderingen tussen ondernemingen met gesloten beurzen te vereffenen. De onderhavige promissory notes kunnen derhalve niet zonder meer worden gediskwalificeerd. Ter gelegenheid van het pleidooi van 30 augustus 2012 heeft Rosneft desgevraagd verklaard dat zij geen rechtstreeks verband kan leggen tussen de onderhavige promissory notes en de door haar gestelde belastingontduiking. Ook in de bronnen waarnaar zij verwijst (bijvoorbeeld de door haar als producties 50 en 51 bij de incidentele conclusie houdende een vordering tot opheffing van conservatoire beslagen en conclusie van dupliek in het geding gebrachte rapporten van Voropaev voornoemd en de door haar als producties 10.a en 10.b bij de incidentele conclusie tot het treffen van een provisionele voorziening dan wel aanhouding van de procedure, tevens conclusie van antwoord, in het geding gebrachte uitspraken van de Federal Arbitration Court of Moscow District) wordt dat concrete verband niet gelegd. Daarmee valt het doek voor het beroep van Rosneft op artikel 17 van de 1937 Rules.
Opeisbaarheid
7.5.1. Hoofdstuk V (“On Maturity”) van deel I van de 1937 Rules, dat op grond van artikel 77 van de 1937 Rules van overeenkomstige toepassing is op promissory notes, luidt, voor zover hier van belang:
“33. A bill of exchange may be issued for a time payable (…) at sight (…).
34. A bill of exchange payable at sight is payable upon presentation. It must be presented for payment within one year of its issue date. (…) The drawer may establish that a bill of exchange payable at sight must not be presented for payment earlier than a specific date. In this case, the period for presentation shall run from this date”.
De parallelle bepalingen uit de eenvormige wet luiden, voor zover hier van belang:
“33. A bill of exchange may be drawn payable (…) at sight (…).
34. A bill of exchange at sight is payable on presentment. It must be presented for payment within a year of its date. (…) The drawer may prescribe that a bill of exchange payable at sight must not be presented for payment before a named date. In this case, the period for presentment begins from the said date”.
7.5.2. De onderhavige promissory notes hebben alle de “specific date” bereikt (de promissory note met nummer 004816 op 20 december 2004, de overige promissory notes op 31 december 2004). Rosneft voert aan dat de onderhavige promissory notes eerst invorderbaar worden nadat deze in Nefteyugansk (Russische Federatie) – behoorlijk – ter betaling zijn aangeboden. Rosneft geeft daarmee een uitleg aan artikel 34 van de 1937 Rules die daarin redelijkerwijs niet kan worden gelezen. De bepaling voorziet in ‘gelijk oversteken’ (“payable upon presentation”) en staat daarmee, onder die voorwaarde (zie ook hiervoor onder 6.3), aan de onderhavige vorderingen niet in de weg. Overigens bestrijdt Rosneft niet de stelling van Glendale dat zij tot “presentation” in Nefteyugansk (Russische Federatie) bereid is (en daartoe, in de persoon van [F], op 2 december 2008 ook reeds een poging heeft ondernomen).
Verjaring
7.6.1. Artikel 70 van de 1937 Rules, dat op grond van artikel 77 van de 1937 Rules van overeenkomstige toepassing is op promissory notes luidt, voor zover hier van belang: “Claims arising from a bill of exchange against the acceptor shall be barred upon the expiry of three years after the maturity date”. Artikel 71 van de 1937 Rules voegt hieraan toe: “Any interruption in the statute of limitation shall only be effective in respect of the person against whom the action that interrupted the statute of limitation was performed”. De parallelle bepalingen uit de eenvormige wet luiden, voor zover hier van belang: “All actions arising out of a bill of exchange against the acceptor are barred after three years, reckoned from the date of maturity” (artikel 70) respectievelijk “Interruption of the period of limitation is only effective against the person in respect of whom the period has been interrupted” (artikel 71).
7.6.2. Rosneft voert aan dat de (rechtsvorderingen uit de) onderhavige promissory notes zijn “barred” (verjaard) op 20 december 2008 (de promissory note met nummer 004816) respectievelijk 31 december 2008 (de overige promissory notes), te weten drie jaar na het verstrijken van de op de “specific date” aanvangende “period for presentation” (zie artikel 34 van de 1937 Rules en artikel 34 van de eenvormige wet).
7.6.3. Op de door Rosneft genoemde data was de onderhavige procedure reeds aanhangig. Daarmee rijst de vraag of de onderhavige procedure de verjaring heeft “interrupted” (gestuit). Die vraag dient te worden beantwoord naar Russisch recht, dat evenwel mede in het licht van het doel van het Verdrag van Genève dient te worden uitgelegd en toegepast.
7.6.4. Artikel 203 van de Civil Code of the Russian Federation luidt, voor zover hier van belang: “The running of the time limit of the statute of limitations shall be interrupted by the filing of a claim in accordance with the established procedure (…)”. Met “the established procedure” bedoelt de Russische wetgever ongetwijfeld eerst en vooral de procedure ten overstaan van een Russische rechter. Zoals Glendale ter gelegenheid van het pleidooi van 30 augustus 2012 naar voren heeft gebracht, dient onder omstandigheden als de onderhavige een redelijke uitleg echter mee te brengen dat (ook) een procedure ten overstaan van een volgens zijn eigen procesrecht bevoegde niet-Russische rechter een “established procedure” is in de zin van artikel 203 van de Civil Code of the Russian Federation. Zoals hiervoor onder 5.1 reeds is vermeld, luidt de doelstelling van het Verdrag van Genève “avoiding the difficulties caused by differences in the laws of countries in which bills of exchange circulate (en promissory notes; rechtbank) and of thus giving more security and stimulus to international trade relations”. De verdragsluitende staten, waaronder (thans) de Russische Federatie, hebben derhalve onderkend dat promissory notes een internationaal bestaan (kunnen) leiden. Juist daarom hebben zij een eenvormige wet in het leven geroepen. Consequentie daarvan dient te zijn dat de bij promissory notes betrokken personen in voorkomende gevallen hun rechten ook buiten de staat van uitgifte veilig kunnen stellen, met inachtneming van de lex fori. Daarbij is mede van belang dat verjaring en stuiting op zichzelf die rechten niet beïnvloeden, maar overwegend procedurele trekken hebben (al is het dan met materiële gevolgen). Daarbij is verder van belang dat de essentie van stuiting is dat de schuldeiser de schuldenaar duidelijk maakt dat hij zich het recht op nakoming voorbehoudt. Het lijdt geen twijfel dat Glendale dat met het instellen van de onderhavige vorderingen heeft gedaan, getuige ook het uitvoerige inhoudelijke verweer dat Rosneft daartegen heeft gevoerd. De onderhavige procedure heeft dan ook de verjaring “interrupted” (gestuit).
Russische publiekrechtelijke wetgeving
7.7.1. Vaststaat dat Glendale de onderhavige promissory notes op enig moment buiten de Russische Federatie heeft gebracht zonder daarvan aangifte te doen bij de Russische autoriteiten.
7.7.2. Rosneft voert aan dat Glendale daarmee artikel 15 (4) van de Russische Law on Currency Control heeft overtreden. Die bepaling luidt, voor zover hier van belang, in de door Glendale gegeven vertaling (productie 28 bij de akte naar aanleiding van het rapport van [A] over artikel VIII(2)(B) IMF-overeenkomst): “Upon the one-time export from the Russian Federation by residents and non-residents of foreign curreny, the currency of the Russian Federation, travellers’ cheques, foreign and/or domestic certificated securities (…) the foreign currency, currency of the Russian Federation, travellers’ cheques, foreign and/or domestic certificated securities being exported shall be declared to the customs authority by submitting a written customs declaration”. Volgens Rosneft verhindert deze overtreding dat Glendale in Nederland betaling van de onderhavige promissory notes kan vorderen. Rosneft beroept zich in dit verband ook op artikel VIII lid 2(b) van de Articles of Agreement of the International Monetary Fund (hierna: de IMF-overeenkomst), waarbij Nederland en (thans) de Russische Federatie partij zijn. Die bepaling luidt, voor zover hier van belang: “Exchange contracts which involve the currency of any member and which are contrary to the exchange control regulations of that member maintained or imposed consistently with this Agreement shall be unenforceable in the territories of any member”.
7.7.3. De rechtbank stelt voorop dat de IMF-overeenkomst tot doel heeft het bereiken van wisselkoersstabiliteit en het bevorderen van de liberalisatie van het grensoverschrijdende betalingsverkeer. Daarbij passen in beginsel geen beperkende maatregelen van nationale overheden. De onderhavige Russische wet heet weliswaar Law on Currency Control, maar artikel 15 (4) van die wet beperkt, naar Rosneft erkent, niet de vrije inwisselbaarheid, waar ook ter wereld, van de Russische roebel. Het doel van die bepaling is, naar tussen partijen niet in geschil is, dan ook niet dat wordt voorkomen dat in (onder meer) Russische roebels luidende waardepapieren het land verlaten met alle monetaire gevolgen van dien. De bepaling heeft een geheel ander doel, namelijk het tegengaan van witwassen en andere strafbare feiten waarbij het verplaatsen van (zwart) geld een rol kan spelen. Daarmee kan de onderhavige Russische wet niet worden gekwalificeerd als een exchange control regulation in de zin van artikel VIII lid 2(b) van de IMF-overeenkomst. Die laatste bepaling staat derhalve niet in de weg aan de door Glendale ingestelde vorderingen.
7.7.4. Ook de Nederlandse openbare orde staat niet in de weg aan de door Glendale ingestelde vorderingen. De door Rosneft ingeroepen Russische wet- en regelgeving hebben ten doel het bestrijden van witwassen en andere strafbare feiten. Daarvan is, gelet op hetgeen hiervoor onder 7.4.3 is overwogen, in het onderhavige geval geen sprake.
Tussenbalans
7.8.1. Uit het voorgaande vloeit voort dat de gevorderde hoofdsommen, met uitzondering van die uit de promissory notes met de nummers 004786 en 004787, toewijsbaar zijn.
7.8.2. De overige verweren behoeven geen behandeling omdat deze neerkomen, althans voortbouwen, op de verweren die hiervoor zijn verworpen.
Rente, boete en kosten
7.9.1. Artikel 5 van de 1937 Rules luidt, voor zover hier van belang: “In a bill of exchange which is payable at sight (…), the drawer may specify that interest will accrue on the amount payable. (…) Interest shall accrue from the issue date of the bill of exchange unless a different date is specified”. Deze bepaling is op grond van artikel 77 van de 1937 Rules van overeenkomstige toepassing op promissory notes (“A promissory note shall also be subject to such provisions relating to (…) the condition on interest (Article 5)”).
7.9.2. Artikel 48 van de 1937 Rules, dat op grond van artikel 77 van de 1937 Rules van overeenkomstige toepassing is op promissory notes, luidt: “The bill holder may demand from the person against whom he files the action: 1) the amount of the unaccepted or unpaid bill of exchange, including interest where specified; 2) six percent interest from the date of maturity; 3) the costs of the protest, the costs of sending the notices and other costs; 4) a penalty in the amount of three percent from the date of maturity. If the action is filed prior to maturity, then the discount shall be withheld from the principle amount. The discount rate shall be calculated pursuant to the official discount rate (bank rate) effective at the domicile of the holder when the action was filed”.
Artikel 3 van de 1997 Law luidt: “With respect to (…) notes issued and payable in the Russian Federation, the interest and penalties specified in Articles 48 and 49 of the Regulations on Bills of Exchange and Promissory Notes shall be paid according to the interest rate set by the Central Bank of the Russian Federation based on the rules established by Article 395 of the Civil Code of the Russian Federation”.
7.9.3. De gevorderde contractuele rente is toewijsbaar steeds vanaf de datum van uitgifte van elk der promissory notes tot de in artikel 34 van de 1937 Rules bedoelde maturity date (i.e. specific date plus een jaar). Redengevend is, naast het bepaalde in artikel 5 juncto artikel 77 van de 1937 Rules, enerzijds het bepaalde in artikel 40 van de 1937 Rules (“The holder of a bill of exchange may not be compelled to accept payment in respect of the bill prior to its maturity”), dat op grond van artikel 77 van de 1937 Rules van overeenkomstige toepassing is op promissory notes, anderzijds de omstandigheid dat Glendale niet voldoende toelicht waarom ook de periode na de maturity date voor rekening van Rosneft zou dienen te komen.
7.9.4. De gevorderde wettelijke rente is toewijsbaar steeds vanaf 2 december 2008 (de dag van presentation, zie hiervoor onder 7.5.2) tot en met de dag der algehele voldoening.
7.9.5. Ook de gevorderde boeterente is toewijsbaar steeds vanaf 2 december 2008 tot en met de dag der algehele voldoening.
7.9.6. De gevorderde vergoeding van kosten als bedoeld in artikel 48 onder 3 van de 1937 Rules zal, als onvoldoende toegelicht en onderbouwd, worden afgewezen.
Beslagkosten
7.10. De gevorderde beslagkosten, EUR 940,12, liggen, als niet weersproken, voor toewijzing gereed. Hierbij komt aan salaris advocaat EUR 3.211,00 (een punt, tarief VIII). Het totaal bedraagt EUR 4.151,12.
Proceskosten
7.11. Rosneft zal, als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij, worden veroordeeld in de aan de zijde van Glendale gevallen proceskosten. Deze worden tot op heden begroot op EUR 4.670,31 aan verschotten en EUR 12.844,00 (vier punten, tarief VIII) aan salaris advocaat, in totaal EUR 17.514,31. Voor toekenning van de daadwerkelijk gemaakte advocaatkosten c.a., in afwijking van het gewoonlijk gehanteerde liquidatietarief, is geen grond. Alleen indien Rosneft ten nadele van Glendale misbruik zou hebben gemaakt van procesrecht zou er aanleiding kunnen bestaan voor een dergelijke vergoeding op grond van art. 6:162 BW. Een dergelijk misbruik is echter niet gebleken.
Uitvoerbaarheid bij voorraad en zekerheidsstelling
7.12.1. De rechtbank zal het verzoek van Rosneft om een veroordelend vonnis niet uitvoerbaar bij voorraad te verklaren niet inwilligen. Rosneft heeft, in een reeks van incidenten, tot het laatst toe gepoogd een inhoudelijke behandeling van de vorderingen van Glendale te voorkomen. Nu Rosneft een aanzienlijk bedrag aan Glendale verschuldigd blijkt te zijn, heeft laatstgenoemde er recht op en belang bij dat bedrag daadwerkelijk te ontvangen.
7.12.2. Rosneft verzoekt de rechtbank om aan een veroordelend vonnis de voorwaarde te verbinden dat Glendale deugdelijke zekerheid stelt voor de terugbetaling voor het geval het vonnis in hoger beroep wordt vernietigd. Dat verzoek zal worden ingewilligd, gelet op de hiervoor onder 6.7 geschetste strijd om de activa van het voormalige Yukos Oil concern en omdat het van belang wordt geacht dat Rosneft zich op eenvoudige wijze zal kunnen verhalen op vermogensbestanddelen van Glendale indien de hierna volgende veroordeling tot betaling tezijnertijd geheel of gedeeltelijk zou worden vernietigd.
De betalingsverplichting van Rosneft zal daarom worden vastgesteld onder de voorwaarde dat Rosneft overeenkomstig rechtsoverweging 6.3 zal betalen op een escrowrekening bij een Nederlandse bank. Indien betaling na betekening van dit vonnis niet binnen 30 dagen plaatsvindt, staat het Glendale vrij over te gaan tot executie van de beslagen vermogensbestanddelen, waarbij de zekerheid voor Rosneft hierin zal zijn gelegen dat de executieopbrengst eveneens gestort wordt op een escrowrekening bij een Nederlandse bank. In beide gevallen zal het saldo van de escrowrekening pas worden uitgekeerd aan de rechthebbende, nadat bij onherroepelijke uitspraak van een Nederlandse rechter over de betalingsverplichting van Rosneft aan Glendale is geoordeeld, waarna de bedoelde bank de gelden overeenkomstig dat oordeel aan Glendale zal uitbetalen en het niet door Rosneft verschuldigde aan Rosneft kan terugbetalen.
Het voorgaande laat de vrijheid van partijen een andere wijze van zekerheidsstelling overeen te komen onverlet.
8. De beslissing
De rechtbank:
in het incident:
- wijst het gevorderde af;
- veroordeelt Rosneft in de kosten van het geding, tot dit vonnis aan de zijde van Glendale begroot op EUR 904,00;
in de hoofdzaak:
- veroordeelt Rosneft aan Glendale overeenkomstig rechtsoverweging 6.3 te betalen;
a. ten aanzien van promissory note met nummer 004808: (i) de hoofdsom van RUR 500.000.000, (ii) een rente van 18% per annum over de periode lopende van 2 juni 2003 tot en met 31 december 2005, (iii) de Russische wettelijke rente over de hoofdsom plus vorenbedoeld bedrag aan rente lopende vanaf 2 december 2008 tot en met de dag der algehele voldoening en (iv) de Russische boeterente over de hoofdsom plus vorenbedoeld bedrag aan rente lopende vanaf 2 december 2008 tot en met de dag der algehele voldoening;
b. ten aanzien van promissory note met nummer 004809: (i) de hoofdsom van RUR 500.000.000, (ii) een rente van 18% per annum over de periode lopende van 2 juni 2003 tot en met 31 december 2005, (iii) de Russische wettelijke rente over de hoofdsom plus vorenbedoeld bedrag aan rente lopende vanaf 2 december 2008 tot en met de dag der algehele voldoening en (iv) de Russische boeterente over de hoofdsom plus vorenbedoeld bedrag aan rente lopende vanaf 2 december 2008 tot en met de dag der algehele voldoening;
c. ten aanzien van promissory note met nummer 004810: (i) de hoofdsom van RUR 500.000.000, (ii) een rente van 18% per annum over de periode lopende van 2 juni 2003 tot en met 31 december 2005, (iii) de Russische wettelijke rente over de hoofdsom plus vorenbedoeld bedrag aan rente lopende vanaf 2 december 2008 tot en met de dag der algehele voldoening en (iv) de Russische boeterente over de hoofdsom plus vorenbedoeld bedrag aan rente lopende vanaf 2 december 2008 tot en met de dag der algehele voldoening;
d. ten aanzien van promissory note met nummer 004811: (i) de hoofdsom van RUR 500.000.000, (ii) een rente van 18% per annum over de periode lopende van 2 juni 2003 tot en met 31 december 2005, (iii) de Russische wettelijke rente over de hoofdsom plus vorenbedoeld bedrag aan rente lopende vanaf 2 december 2008 tot en met de dag der algehele voldoening en (iv) de Russische boeterente over de hoofdsom plus vorenbedoeld bedrag aan rente lopende vanaf 2 december 2008 tot en met de dag der algehele voldoening;
e. ten aanzien van promissory note met nummer 004813: (i) de hoofdsom van RUR 500.000.000, (ii) een rente van 18% per annum over de periode lopende van 2 juni 2003 tot en met 31 december 2005, (iii) de Russische wettelijke rente over de hoofdsom plus vorenbedoeld bedrag aan rente lopende vanaf 2 december 2008 tot en met de dag der algehele voldoening en (iv) de Russische boeterente over de hoofdsom plus vorenbedoeld bedrag aan rente lopende vanaf 2 december 2008 tot en met de dag der algehele voldoening;
f. ten aanzien van promissory note met nummer 004816: (i) de hoofdsom van RUR 30.368.375, (ii) een rente van 16% per annum over de periode lopende van 2 september 2003 tot en met 20 december 2005, (iii) de Russische wettelijke rente over de hoofdsom plus vorenbedoeld bedrag aan rente lopende vanaf 2 december 2008 tot en met de dag der algehele voldoening en (iv) de Russische boeterente over de hoofdsom plus vorenbedoeld bedrag aan rente lopende vanaf 2 december 2008 tot en met de dag der algehele voldoening;
a. tot en met f. onder de in rechtsoverweging 7.12.2 vermelde voorwaarden;
- veroordeelt Rosneft aan Glendale EUR 4.151,12 aan beslagkosten te betalen;
- veroordeelt Rosneft in de aan de zijde van Glendale gevallen proceskosten, tot op heden begroot op EUR 17.514,31;
- wijst het meer of anders gevorderde af;
in de hoofdzaak en in het incident:
- verklaart de betalingsveroordelingen uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.A.J. Peeters, mr. N.C.H. Blankevoort en mr. H.J. Fehmers en in het openbaar uitgesproken op 29 mei 2013.