ECLI:NL:RBAMS:2013:BZ6950

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
9 april 2013
Publicatiedatum
22 juni 2013
Zaaknummer
1372655 CV EXPL 12-25164
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van achterstallige huur en buitengerechtelijke incassokosten na faillissement van huurder

In deze zaak vordert de besloten vennootschap Beleggings- en Exploitatiemaatschappij Nieuwburen BV (hierna: Nieuwburen) betaling van achterstallige huur en buitengerechtelijke incassokosten van de besloten vennootschap Gielissen Exhibitions BV (hierna: Gielissen). De vordering is gebaseerd op huurovereenkomsten die zijn gesloten tussen Nieuwburen en Gielissen Holland BV, die op 1 mei 2012 in staat van faillissement is verklaard. De curator heeft de onderneming van Gielissen Holland BV op 14 mei 2012 verkocht aan Gielissen, waarbij de rechten en verplichtingen uit lopende overeenkomsten, waaronder de huurovereenkomsten, zouden worden overgedragen aan de koper.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de huurovereenkomsten tussen Nieuwburen en Gielissen Holland BV niet zijn overgedragen aan Gielissen. De curator heeft de huurovereenkomsten opgezegd en er is onvoldoende bewijs dat Gielissen de verplichtingen uit deze overeenkomsten heeft overgenomen. De kantonrechter heeft de vordering van Nieuwburen afgewezen, omdat niet is komen vast te staan dat Gielissen opvolgend huurder is geworden van de panden die aan de huurovereenkomsten zijn verbonden.

De kantonrechter heeft Nieuwburen veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van Gielissen zijn begroot op € 400,00, vermeerderd met nakosten en wettelijke rente. De uitspraak is gedaan op 12 maart 2013 door mr. D.H. de Witte, kantonrechter, en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK AMSTERDAM
Afdeling Privaatrecht
Rolnummer: 1372655 CV EXPL 12-25164
Vonnis van: 12 maart 2013
F.no.: 460
Vonnis van de kantonrechter
I n z a k e
de besloten vennootschap BELEGGINGS- EN EXPLOITATIEMAATSCHAPPIJ NIEUWBUREN BV
gevestigd en kantoorhoudende te Amsterdam
eiseres
nader te noemen: Nieuwburen
gemachtigde: mr R.A. Koning
t e g e n
de besloten vennootschap GIELISSEN EXHIBITIONS BV
gevestigd te Eindhoven
gedaagde
nader te noemen: Gielissen
gemachtigde: mr M.W. Steenpoorte
VERLOOP VAN DE PROCEDURE
Het verloop van de procedure blijkt uit de volgende processtukken:
- de dagvaarding van 3 augustus 2012 inhoudende de vordering van Nieuwburen met producties;
- de conclusie van antwoord van Gielissen met producties;
- het tussenvonnis van 30 oktober 2012;
- de conclusie van repliek van Nieuwburen met producties;
- de conclusie van dupliek van Gielissen.
De zaak staat voor vonnis.
GRONDEN VAN DE BESLISSING
feiten en omstandigheden
1. Als gesteld en niet (voldoende) weersproken staan de volgende feiten en omstandigheden vast:
a. Nieuwburen heeft bij schriftelijke overeenkomsten van 4 mei 2007 en 28 mei 2010 aan Gielissen Holland BV verhuurd de bedrijfs/kantoorruimt[adres]dres] te Amsterdam (nader veelal te noemen de pan[adres]] tegen een huurprijs van in totaal € 25.459,74 per kwartaal (inclusief BTW). De huurovereenkomsten zijn aangegaan voor de duur van een jaar respectievelijk negen maanden, met de mogelijkheid tot verlenging van telkens een jaar.
b. De rechtbank ’s Hertogenbosch heeft Gielissen Holland BV op 1 mei 2012 in staat van faillissement verklaard. [naam] is benoemd tot curator (verder de curator te noemen).
c. Bij overeenkomst van 14 mei 2012 heeft de curator de onderneming van Gielissen Holland BV verkocht en overgedragen aan Gielissen. De curator en Gielissen zijn onder meer overeengekomen:
2.1. Alle rechten en verplichtingen per faillissementsdatum, voortvloeiende uit lopende overeenkomsten ten name van Gefailleerde, zoals (maar niet beperkt tot):
- leaseovereenkomsten;
- huurovereenkomst bedrijfspand;
[..]
worden hierbij - zover mogelijk- overgedragen aan Koper. Een overzicht van de over te nemen overeenkomsten is als Bijlage 6 aan deze overeenkomst gehecht.
In bijlage 6 wordt één huurovereenkomst genoemd, te weten de huurovereenkomst van het bedrijfspand aan de [adres] te Amsterdam met als verhuurder Gielissen Vastgoed BV en waarvoor een maandhuur wordt betaald van € 81.226,67.
d. Bij brief van 4 juni 2012 heeft Nieuwburen aan de curator geschreven:
Als curator [..] treft u bijgesloten de huurnota voor het 3e kwartaal 2012 aan. Het betreft een boedelschuld en uit het feit dat u de beide huurovereenkomsten niet hebt opgezegd, volgt dat u de gehuurde ruimtes blijkbaar nodig hebt.
e. De gemachtigde van Nieuwburen heeft op 14 juni 2012 telefonische contact met de curator, waarna de curator bij brief van die dag de huurovereenkomsten – voorzover nodig - met betrekking tot de panden aan de [adres] tegen 14 september 2012 opzegt.
f. In zijn e-mail van 19 juni 2012 heeft de curator aan de gemachtigde van Nieuwburen geschreven:
De activa-overeenkomst van 14 mei jl. is een omvangrijk stuk. In art 2.1 is bepaald dat de koper alle rechten en verplichtingen uit de lopende overeenkomsten, waaronder huurovereenkomsten, per faillissementsdatum (1 mei 2012) overneemt.
De afspraak met de directie van de koper was dat deze zelf met de verhuurder in overleg zou treden mbt nadere afspraken.
g. In een e-mail van 22 juni 2012 schrijft de curator aan Nieuwburen, onder meer:
Met de doorstarter is door mij overeengekomen dat deze betaalt de huur verschuldigd vanaf faillissementsdatum tot einde van de huurovereenkomsten.
h. De nog openstaande huur (tweede en derde kwartaal 2012) voor de panden aan de [adres] is aan Nieuwburen tot 14 september 2012 betaald door inroeping van de bankgarantie en door betaling door Gielissen.
i. Bij brief van 24 juli 2012 heeft de gemachtigde van Nieuwburen meegedeeld niet in te stemmen met de huuropzegging en Gielissen gesommeerd het restant van het derde kwartaal huur te voldoen.
j. De panden aan de [adres] zijn ontruimd en op 14 september 2012 opgeleverd.
vordering en verweer
2. Nieuwburen vordert, na wijziging van eis, dat Gielissen bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis veroordeeld zal worden tot betaling van:
a. € 4.244,42 aan achterstallige huur;
b. € 714,00 aan buitengerechtelijke incassokosten;
c. de wettelijke handelsrente over € 4.244,42 vanaf de dag van de dagvaarding;
d. de proceskosten van Nieuwburen, te vermeerderen met de wettelijke rente en de nakosten van € 131,00, beide te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de achtste dag na betekening van het vonnis.
3. Nieuwburen stelt dat Gielissen ten onrechte de huur van de panden voor de periode vanaf 14 september tot 1 oktober 2012 nalaat te betalen. Zij stelt hiertoe dat met de verkoop van de onderneming ook de huurovereenkomsten voor de panden aan de [adres] aan Gielissen zijn verkocht en overgedragen. Nieuwburen heeft ingestemd met deze contractsovername. De koopakte geeft geen blijk van het tegendeel en de curator heeft verklaard dat Gielissen alle rechten en verplichtingen uit de lopende overeenkomsten heeft overgenomen, waaronder de huurovereenkomsten. Gielissen is dan ook (opvolgend) huurder geworden van de panden aan de [adres]. Hierdoor heeft de opzegging door de curator geen rechtsgevolg. De curator was niet bevoegd de opzegging te doen.
3. Gielissen verweert zich en voert aan dat Gielissen niets aan Nieuwburen is verschuldigd. Gielissen heeft bepaalde activa uit de boedel van Gielissen Holland BV gekocht. Tot die activa behoort niet de beide huurovereenkomsten met Nieuwburen. Het bedrijfspand waar de koopovereenkomst op ziet, heeft geen betrekking op de onderhavige panden aan de [adres], maar op het bedrijfspand gelegen aan het adres [adres] te Amsterdam. Gielissen wijst op bijlage 6 van de koopovereenkomst, waarin de leaseovereenkomsten en de huurovereenkomst specifiek zijn opgesomd.
Het was ook nimmer de bedoeling dat Gielissen de huurovereenkomsten van de panden aan de [adres] zou overnemen. Dat blijkt al uit de na het sluiten van de koopovereenkomst gedane opzegging van de huurovereenkomsten van de panden aan de [adres] door de curator. De curator heeft de huurovereenkomsten tussen Nieuwburen en Gielissen Holland BV opgezegd conform artikel 39 Faillissementswet (Fw).
Nieuwburen meende aanvankelijk zelf ook dat zij een boedelschuld had. De betaling van een gedeelte van de door Gielissen Holland BV verschuldigde huurtermijnen heeft Nieuwburen kunnen verkrijgen door uitwinning van een bankgarantie. Het restant is in overleg met de curator betaald door Gielissen als gebruiksvergoeding van de panden aan de [adres] tot einde overeenkomst. Een deel van de goederen die zij van de curator had gekocht lag namelijk in die panden opgeslagen. Nieuwburen heeft ingestemd met de ontruiming.
4. Gielissen verzoekt Nieuwburen te veroordelen in de proceskosten, waaronder de nakosten, te vermeerderen met rente.
beoordeling
5. De kantonrechter stelt voorop dat tussen partijen niet in geschil is dat de betreffende huurovereenkomsten in ieder geval op 1 oktober 2012 zijn geëindigd. Partijen verschillen van mening of Gielissen gehouden is tot betaling van de huurpenningen vanaf 14 september 2012 tot 1 oktober 2012.
6. Nieuwburen stelt dat de curator de beide huurovereenkomsten voor de panden aan de [adres] bij akte aan Gielissen heeft overgedragen en dat Nieuwburen met deze overdracht van beide huurovereenkomsten heeft ingestemd. Hierdoor is Gielissen opvolgend huurder en gehouden de huur tot het einde van de huurovereenkomsten van de panden aan de [adres] te voldoen.
7. Voor het beantwoorden van de vraag of Gielissen op deze wijze opvolgend huurder is geworden dient te worden nagegaan of sprake is van contractsovername als bedoeld in artikel 6:159 BW. Contractsovername is een drie-partijenovereenkomst, waartoe tussen de overdragende en de overnemende partij een akte is gesloten en waaraan de wederpartij (derde) haar medewerking verleend.
8. Partijen verschillen van mening of in de schriftelijke overeenkomst (hetgeen een onderhandse akte is) tussen de curator (de overdragende partij) en Gielissen (de overnemende partij) de beide huurovereenkomsten voor de panden aan de [adres] zijn overgedragen.
Voor dit meningsverschil heeft de kantonrechter de overeenkomst tussen de curator en Gielissen uit te leggen. Volgens vaste rechtspraak (onder meer HR 17-9-2004, LJN: AO8198) zijn bij de uitleg van onder meer overname contracten alle omstandigheden van het geval, gewaardeerd naar hetgeen de maatstaven van redelijkheid en billijkheid meebrengen, van beslissende betekenis. Deze uitleg vindt niet alleen plaats op grond van alleen maar een taalkundige betekenis van de bewoordingen, waarin het contract is gesteld, maar in praktisch opzicht is de taalkundige betekenis die deze bewoordingen, gelezen in de context van dit geschrift als geheel in de desbetreffende kring van het maatschappelijk verkeer hebben, vaak wel van groot belang.
9. Artikel 2 van de overnameovereenkomst heeft betrekking op overname van lopende overeenkomsten. Artikel 2 lid 1 van de overnameovereenkomst bevat kennelijk een standaardbepaling dat alle rechten en verplichtingen per faillissementsdatum voortvloeiende uit overeenkomsten ten name van de gefailleerde Gielissen Holland BV aan de koper worden overgedragen. In de eerste alinea van artikel 2 lid 1 wordt als voorbeeld van lopende overeenkomsten onder meer genoemd de huurovereenkomst bedrijfspand. In de tweede en laatste zin van artikel 2 lid 1 van de overnameovereenkomst wordt naar bijlage 6 verwezen voor de overeenkomsten die (daadwerkelijk) worden overgedragen/overgenomen. In bijlage 6 wordt één huurovereenkomst genoemd, te weten de huurovereenkomst van het bedrijfspand aan de [adres] te Amsterdam. Naast deze huurovereenkomst worden in de bijlage niet andere huurovereenkomsten opgesomd en derhalve ook niet de huurovereenkomsten die Gielissen Holland BV met Nieuwburen had gesloten voor de panden aan de [adres].
De overnameovereenkomst is getekend en per pagina geparafeerd. Ook bijlage 6 – die meerdere pagina’s bevat – is geparafeerd.
10. De kantonrechter leidt uit artikel 2 lid 1 juncto bijlage 6 van de overnameovereenkomst af dat de curator en Gielissen uitsluitend bij akte hebben overgedragen de huurovereenkomst met betrekking tot het bedrijfspand aan de [adres] te Amsterdam. Niet kan worden aangenomen dat de curator en Gielissen aan die bepaling een andere betekenis mochten/moesten toekennen dan overname van slechts dat ene huurcontract. In het bijzonder kan niet worden aangenomen dat zij ook hebben willen overdragen de beide huurovereenkomsten van de gefailleerde Holland BV met Nieuwburen voor de panden aan de [adres], nu die beide huurovereenkomsten niet in artikel 2 lid 1 jo bijlage 6 van de overnameovereenkomst worden genoemd en in de overnameovereenkomst geen concrete bepalingen zijn opgenomen waaruit dat zou kunnen voortvloeien.
11. De stelling van Nieuwburen in de dagvaarding dat met de huurovereenkomst in de eerste zin van artikel 2 lid 1 van de overnameovereenkomst wordt gedoeld op de huurovereenkomsten met betrekking tot de panden aan de [adres] is gelet op de bewoordingen en samenhang van artikel 2 lid 1 jo bijlage 6 van de overname overeenkomst onjuist.
12. De stelling van Nieuwburen dat de curator na het sluiten van de contractsovername in een telefoongesprek veronderstelde dat ook de beide met Nieuwburen gesloten huurovereenkomsten voor de panden aan de [adres] waren overgedragen maakt dat gezien de bewoordingen in de context van de overname overeenkomst niet anders. Te meer daar de gemachtigde van Nieuwburen – naar hij wist - de curator tijdens zijn vakantie aan de telefoon had, de curator kennelijk de tekst van de overnameovereenkomst niet bij de hand had en de curator direct na het telefoongesprek via zijn medewerker de beide huurovereenkomsten voor de panden aan de [adres] heeft opgezegd. Met deze laatste handelwijze hield de curator er kennelijk ernstig rekening mee dat Gielissen de rechten en verplichtingen uit die beide huurovereenkomsten voor de panden aan de [adres] niet had gekocht en overgedragen gekregen.
Voor de betaling van de gebruiksvergoeding tot 14 september 2012 heeft Gielissen een toereikende verklaring gegeven, zodat uit die omstandigheid evenmin kan worden afgeleid dat Gielissen de beide huurovereenkomsten voor de panden aan de [adres] had overgenomen.
13. Gelet op het vorenstaande is onvoldoende komen vast te staan om de grondslag van de vordering te kunnen dragen. Dit betekent dat de vordering van Nieuwburen wordt afgewezen.
14. Bij deze uitkomst van de procedure wordt Nieuwburen veroordeeld in de proceskosten. De nakosten worden beperkt tot een maximum van een half punt salaris gemachtigde met een maximum van € 100,00.
BESLISSING
De kantonrechter:
I. wijst de vordering af;
II. veroordeelt Nieuwburen in de proceskosten die aan de zijde van Gielissen tot op heden begroot worden op 400,00 inclusief eventueel verschuldigde btw, vermeerderen met de nakosten ten bedrage van € 100,00 inclusief eventueel verschuldigde btw, vermeerderd met de wettelijke rente na 14 dagen na de dag van het vonnis tot aan de dag van algehele voldoening;
III. verklaart de proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Aldus gewezen door mr. D.H. de Witte, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 12 maart 2013 in tegenwoordigheid van de griffier.