Parketnummer: 13/676586-12
Datum uitspraak: 30 januari 2013
van de rechtbank Amsterdam, meervoudige strafkamer, in de strafzaak tegen
geboren te [plaats] op [1982],
ingeschreven in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens op het adres [adres], [postcode], thans op grond van een rechterlijke machtiging verblijvende in de Yulius kliniek op het adres [adres], [postcode] in [plaats].
De rechtbank heeft beraadslaagd naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 16 januari 2013.
Verdachte wordt – na wijziging van de tenlastelegging op de terechtzitting van 16 januari 2013 – verweten dat hij in de periode van 11 juli 2012 tot en met 13 juli 2012 in Amsterdam en/of [plaats] onder de gebruikersnaam “@[naam 1]” de volgende tweets heeft geplaatst:
1. "Niks is voor gore kanker homo's wij zijn falicant tegen gore kanker Homo's.
Die!! " en/of
2. "Amsterdamse Ajax [A] aanhang op de homo parade in de grachten absoluut
tegen homo's protesteren vuurwerk op boten gooien en rellen!!!" en/of
3. "Wij laten de mooie grachten niet vergooren door de homo pedofielen parade
de gore pedofielen kanker konteneukers" en/of
4. "Dit jaar met de gay pride zorgen wij voor problemen alle homo’s moeten
dood" en/of
5. "Amsterdammers ga met de gay pride 4 augustus toch Hell creeeren tegen die
kankerhomo's ga rellen met homo's en vuurwerk gooien" en/of
6. "Alle deelneemers aan de gay parade in onze grachten worden dit jaar
vermoord door ons de Hells Angels "Big Red Machines!", althans (telkens) woorden/tweets van gelijke dreigende aard of strekking,”
Ten behoeve van de leesbaarheid van dit vonnis zal in het vervolg niet steeds de volledige inhoud van bovengenoemde tweets worden weergegeven, maar zal – waar dit kan – worden volstaan met een verwijzing naar de hiermee corresponderende cijfers (1 tot en met 6).
Volgens het openbaar ministerie leveren bovengenoemde uitingen de volgende strafbare feiten op:
1. bedreiging met een misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling, van een groep mensen, te weten homoseksuelen, en/of van [B] (artikel 285 Wetboek van Strafrecht (hierna: Sr));
2. belediging van een groep mensen, namelijk homoseksuelen, wegens hun homoseksuele gerichtheid (artikel 137c lid 1 Sr);
3. aanzetten tot haat en/of discriminatie en/of gewelddadig optreden tegen een groep mensen, namelijk homoseksuelen (artikel 137d lid 1 Sr).
De volledige tenlastelegging is als bijlage gehecht aan dit vonnis.
De dagvaarding is geldig en deze rechtbank is bevoegd tot kennisneming van de ten laste gelegde feiten. Met de officier van justitie is de rechtbank van oordeel dat de rechtbank Amsterdam relatief bevoegd is, ondanks het feit dat verdachte de tweets heeft verstuurd vanaf zijn huisadres in [plaats]. Naast [plaats] kan ook Amsterdam worden aangemerkt als pleegplaats Daarnaast stelt de rechtbank vast dat de officier van justitie ontvankelijk is en er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.
3. Waardering van het bewijs
3.1 Het standpunt van het openbaar ministerie
3.1.1. Ten aanzien van feit 1
Volgens de officier van justitie kan niet worden bewezen dat verdachte een groep mensen, te weten homoseksuelen, heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling. Een essentieel in de jurisprudentie geformuleerd vereiste om te komen tot een bewezenverklaring is dat de bedreiging de geadresseerde ook daadwerkelijk heeft bereikt. Het twitteraccount van verdachte had een beperkt aantal volgers. In het dossier zijn geen bewijsmiddelen voorhanden waaruit blijkt dat de uitlatingen daadwerkelijk een beduidend aantal (potentiële) deelnemers aan de Gay Pride heeft bereikt.
Voor het kunnen kwalificeren van de uitlatingen door verdachte als bedreiging van homoseksuelen ontbreekt dus een essentieel vereiste, zodat voor dit gedeelte van de beschuldiging vrijspraak moet volgen.
Ten aanzien van aangever [B] ligt dit anders. De uitlatingen van verdachte hebben hem daadwerkelijk bereikt. Van twee van de zes uitlatingen (respectievelijk tweet 4 en 6) kan worden gezegd dat deze van dien aard zijn en onder zodanige omstandigheden gedaan, dat bij [B] in redelijkheid de vrees kon ontstaan dat hij het leven zou kunnen verliezen. De overige tweets hebben het karakter van verwensingen en zijn niet aan te merken als bedreigingen in de zin van artikel 285 Sr, zodat verdachte hiervan moet worden vrijgesproken.
3.1.2. Ten aanzien van feit 2
Voor een bewezenverklaring van groepsbelediging in de zin van artikel 137c Sr is vereist dat de uitlatingen in het openbaar zijn gedaan. Aan dit vereiste is in het onderhavige geval voldaan, aangezien het twitteraccount van verdachte voor iedereen is te bereiken en is te lezen.
Het kernbestanddeel van artikel 137c Sr betreft het zich beledigend uitlaten over een groep mensen. Ter beoordeling of aan dit kernbestanddeel is voldaan dienen – conform de jurisprudentie van de Hoge Raad – de volgende drie stappen te worden doorlopen:
1. zijn de uitlatingen op zichzelf (naar hun bewoordingen en in hun samenhang met de overige uitlatingen en de inhoud van het twitteraccount als geheel) beledigend over een groep mensen;
2. wat is de context waarbinnen de uitlatingen zijn gedaan;
3. alleen indien bovengenoemde context het beledigende karakter aan de uitlatingen ontneemt dient nog te worden beoordeeld of de desbetreffende uitlatingen een onnodig grievend karakter hebben.
Ad 1. Op zichzelf beledigend over een groep mensen
Een uitlating is op zichzelf beledigend over een groep mensen in het geval over deze groep mensen negatieve conclusies worden getrokken die het beeld dat bij derden over die groep mensen bestaat aantasten, zodat de waardigheid van deze groep mensen wordt miskend en deze groep in diskrediet wordt gebracht.
De in de tenlastelegging onder 1, 3 en 5 opgenomen tweets zijn – ook los van de inhoud van de overige uitlatingen – beledigend voor een groep mensen, te weten homoseksuelen.
De eerste tweet is als fors discrediterend aan te merken.
De derde tweet is naar zijn bewoordingen zeer discrediterend en dus beledigend.
De vijfde tweet is vooral door het gebruik van de term ‘kankerhomo’s’ beledigend.
De in de tenlastelegging onder 2, 4 en 6 opgenomen tweets zijn in samenhang met de inhoud van de overige uitingen aan te merken als beledigend voor een groep mensen.
Met betrekking tot de tweede tweet is duidelijk dat het ‘protesteren’ en ‘rellen’ enkel is bedoeld om uiting te geven aan een sterke afkeer van homoseksuelen.
Wanneer de zinsnede ‘alle homo’s moeten dood’, zoals opgenomen in de vierde tweet, in samenhang wordt bezien met de overige uitlatingen, leidt dit tot de conclusie dat ook met deze tweet de waardigheid van de groep flink miskend wordt en de groep zwaar in discrediet wordt gebracht. De reden dat alle homoseksuelen dood moeten is namelijk dat zij in de ogen van verdachte inferieure kankerhomo’s zijn.
Dezelfde redenering gaat op voor de zesde tweet: in samenhang met de overige uitlatingen bezien is duidelijk dat deze groep vermoord moet worden omdat het in de ogen van verdachte inferieure kankerhomo’s zijn.
Ad 2. De context
De context waarbinnen een uitlating is gedaan kan het beledigend karakter hieraan ontnemen.
De uitlatingen van verdachte moeten worden beschouwd als in zeer grove stijl neergezette statements die op geen enkele wijze een reactie pogen te zijn op eerdere uitlatingen, of een uitnodiging bevatten om op deze uitlatingen te reageren. Van een bijdrage of dienstbaarheid aan een maatschappelijk debat is in het geheel geen sprake.
Ad 3. Onnodig grievend?
Aangezien de context waarbinnen verdachte zijn uitlatingen heeft gedaan het beledigende karakter hieraan niet ontneemt, komt de officier van justitie niet toe aan de beoordeling of de uitlatingen onnodig grievend zijn.
Op grond van het voorgaande komt de officier van justitie tot de conclusie dat alle in de tenlastelegging opgenomen tweets strafbaar beledigend zijn voor een groep mensen, te weten homoseksuelen, wegens hun homoseksuele gerichtheid.
Aan het bestanddeel ‘opzettelijk’ in de delictsbepaling van artikel 137c Sr is bovendien voldaan. Voldoende is als verdachte zich noodzakelijkerwijs van het beledigende karakter van zijn uitlatingen bewust moet zijn geweest. De uitlatingen van verdachte zijn van dien aard dat de gemiddelde Nederlander, en dus ook verdachte, zich noodzakelijkerwijs hiervan bewust moet zijn geweest.
Volgens de officier van justitie kan bewezen worden dat verdachte zich heeft schuldig gemaakt aan groepsbelediging, meermalen gepleegd.
3.1.3. Ten aanzien van feit 3
De officier van justitie heeft in zijn beoordeling een onderscheid aangebracht tussen aanzetten tot haat, aanzetten tot discriminatie en aanzetten tot gewelddadig gedrag.
Onder aanzetten tot haat moet worden verstaan het schetsen van een intrinsiek conflictueuze tweedeling waarbij de aangewezen groep wordt gepositioneerd tegenover de rest van de bevolking.
Bij aanzetten tot discriminatie gaat het om de vorm van discriminatie zoals gedefinieerd in artikel 90quater Sr, te weten: elke vorm van onderscheid, elke uitsluiting, beperking of voorkeur, die ten doel heeft of ten gevolge kan hebben dat de erkenning, het genot of de uitoefening op voet van gelijkheid van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden op politiek, economisch, sociaal of cultureel terrein of op andere terreinen van het maatschappelijk leven, wordt teniet gedaan of aangetast.
Bij het aanzetten tot gewelddadig handelen moet worden gedacht aan het aanzetten tot het plegen van levens- of mishandelingsdelicten.
Het voorgaande leidt tot het volgende standpunt:
De eerste tweet is aan te merken als een belediging en een verwensing, maar bevat geen aansporing voor andere mensen homoseksuelen daadwerkelijk te haten, discrimineren of geweld tegen hen te plegen. Ook het slotwoord “Die!” (Engels) heeft niet deze strekking.
De tweede tweet is niet aan te merken als aanzetten tot haat, omdat geen intrinsiek conflictueuze tweedeling tussen homoseksuelen en de rest van de bevolking wordt geschetst. Wel is sprake van aanzetten tot discriminatie. Homoseksuelen wordt het recht niet gegund op het uitoefenen van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden op sociaal of cultureel terrein van het maatschappelijk leven. Daarnaast is sprake van aanzetten tot gewelddadig optreden nu wordt aangespoord vuurwerk op boten van homoseksuelen te gooien.
De derde tweet is niet aan te merken als ‘aanzetten tot’ in de zin van artikel 137d Sr.
De vierde tweet is erop gericht anderen aan te sporen tot gewelddadig optreden aangezien de zinsnede ‘alle homo’s moeten dood’ betekent dat alle homoseksuelen om het leven moeten worden gebracht. Deze uitlating is niet aan te merken als aanzetten tot discriminatie, noch het aanzetten tot haat.
De vijfde tweet is met nagenoeg dezelfde argumentatie als ten aanzien van de tweede tweet, aan te merken als zowel aanzetten tot discriminatie als tot het aanzetten tot gewelddadig optreden.
De zesde tweet dient geheel op zijn eigen merites te worden beoordeeld. De uitlating behelst naar zijn woordelijke betekenis een aankondiging van een moordpartij door de Hells Angels. Deze uitlating bevat niet het opzettelijk op een idee brengen van derden hieraan deel te nemen. Deze uitlating valt daarom niet onder het bereik van artikel 137d Sr.
Resumerend heeft de officier van justitie het volgende betoogd.
Ten aanzien van feit 1:
- Bewezenverklaring van bedreiging van [B] met betrekking tot de vierde en de zesde tweet.
Ten aanzien van feit 2:
- Bewezenverklaring van groepsbelediging met betrekking tot de alle in de tenlastelegging omschreven tweets.
Ten aanzien van feit 3:
- De eerste, derde en zesde tweet vallen niet onder het bereik van artikel 137d Sr;
- De tweede en de vijfde tweet zijn aan te merken als zowel het aanzetten tot discriminatie als het aanzetten tot gewelddadig optreden.
- De vierde tweet is aan te merken als het aanzetten tot gewelddadig optreden.
3.2. Het standpunt van de verdediging
3.2.1. Ten aanzien van feit 1
Op de door de officier van justitie aangevoerde gronden is de raadsvrouw van mening dat bedreiging van een groep homoseksuelen niet bewezen kan worden.
Anders dan de officier van justitie meent de raadsvrouw dat verdachte integraal van dit feit moet worden vrijgesproken, omdat daarnaast niet kan worden bewezen dat hij [B] heeft bedreigd. De in de tweets vervatte mededelingen zijn namelijk zó onwaarschijnlijk, dat bij [B] niet de redelijke vrees kon zijn opgewekt dat het misdrijf waarmee gedreigd werd ook daadwerkelijk gepleegd zou worden.
3.2.2. Ten aanzien van de feiten 2 en 3
De raadsvrouw heeft (ook) vrijspraak bepleit van de feiten 2 en 3. Ter onderbouwing van haar standpunt heeft zij primair gewezen op een uitspraak van deze rechtbank van 27 september 2012 (LJN: BY0012). In die zaak is de rechtbank gekomen tot een integrale vrijspraak, omdat sprake zou zijn van een verward betoog dat bovendien niet was gericht op homoseksuelen in het algemeen, maar tegen homoseksuelen die zich in het openbaar, meer in het bijzonder op de gay pride, opzichtig uitdossen en profileren.
De onderhavige zaak vertoont volgens de raadsvrouw grote gelijkenissen met bovengenoemde casus. Zo heeft verdachte op 26 juli 2012 bij de politie verklaard dat hij eigenlijk geen problemen heeft met gesloten homoclubs, maar dat hij wel problemen heeft met het uitbundig uitdossen van homoseksuelen en het feit dat ook kinderen dit zien.
Subsidiair heeft de raadsvrouw betoogd dat verdachte moet worden vrijgesproken vanwege de context waarbinnen hij zijn uitlatingen heeft gedaan. De desbetreffende tweets hebben slechts een korte periode op het internet gestaan en weinig personen hebben hiervan kennisgenomen. Uit de enkele reacties die hierop zijn binnengekomen, blijkt dat deze niet als beledigend, maar als zielig zijn ervaren. Groepsbelediging kan daarom niet worden bewezen.
Op de door de officier van justitie aangevoerde gronden kan geen bewezenverklaring volgen voor aanzetten tot haat, discriminatie en gewelddadig optreden voor zover de beschuldiging betrekking heeft op de eerste, derde en zesde tweet.
Anders dan de officier van justitie, is de raadsvrouw van mening dat ook met betrekking tot de overige tweets vrijspraak moet volgen, aangezien het opzet van verdachte niet gericht was op het aanzetten tot haat, discriminatie en/of gewelddadig optreden gezien het korte tijdsbestek waarbinnen de tweets op internet hebben gestaan.
3.3. Het oordeel van de rechtbank
Vast staat dat verdachte op 11 juli 2012 onder de gebruikersnaam @[naam 1] een zestal tekstberichten, tweets, op internet heeft geplaatst. Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij dit achter elkaar gedaan heeft, in een tijdsbestek van ongeveer 30 minuten. Het gaat om de volgende tweets:
1. " Niks is voor gore kanker homo's wij zijn falicant tegen gore kanker Homo's.
Die !!!!
2. Amsterdamse Ajax [A] aanhang op de homo parade in de grachten absoluut
tegen homo's protesteren vuur werk op boten gooien en rellen !!
3. wij laten de mooie grachten niet vergooren door de homo pedofielen parade
de gore Pedofielen kanker konteneukers !
4. Dit jaar met de gay pride zorgen wij voor problemen alle homo’s moeten dood !
5. Amsterdammers ga met de gay pride 4 augustus toch Hell creeeren tegen die
kankerhomo's ga rellen met homo's en vuurwerk gooien !
6. alle deelnemers aan de gay parade in onze grachten worden dit jaar
vermoord door ons de Hells Angels ! Big Red Machines ! “
De rechtbank stelt vast dat deze berichten allemaal het zelfde onderwerp hebben, namelijk de afkeer van homoseksuelen en, met uitzondering van de eerstgenoemde tweet, ook alle een relatie leggen met de dan komende gay pride in de grachten van Amsterdam. Gelet op het korte tijdsbestek waarbinnen verdachte de tweets heeft geplaatst en de inhoud daarvan, kunnen deze naar het oordeel van de rechtbank niet los van elkaar gezien worden. Bij de beantwoording van de vraag of verdachte met de uiting van deze teksten strafbaar heeft gehandeld zullen deze dan ook in onderlinge samenhang worden bezien. Om dat voor verdachte minder juridisch te duiden: de vraag is of verdachte met diens woordenstroom zich schuldig heeft gemaakt aan (feit 1) bedreiging en/of (feit 2) groepsbelediging en/of (feit 3) het aanzetten tot haat, discriminatie en/of gewelddadig optreden.
Uit het voorgaande volgt dat de rechtbank van oordeel is dat de officier van justitie in diens uitvoerige feitelijke en juridische beschouwing van de feiten 1 en 3, de zes tweets van verdachte te zeer op hun afzonderlijke merites heeft beoordeeld.
Dat leidt met betrekking tot feit 1 tot de conclusie dat [B] door alle zes genoemde tweets tezamen bedreigd is met een misdrijf tegen het leven gericht.
De raadsvrouw heeft zich op het standpunt gesteld dat de in de tweets vervatte mededelingen zó onwaarschijnlijk zijn, dat bij [B] niet de redelijke vrees kon zijn opgewekt dat het misdrijf waarmee gedreigd werd ook daadwerkelijk gepleegd zou worden. De rechtbank verwerpt dat verweer. Allereerst is niet vereist dat bij [B] werkelijk de vrees is opgewekt, maar moet de bedreiging van dien aard zijn en onder zulke omstandigheden gedaan dat deze in het algemeen een redelijke vrees kon opwekken. Daarvan is naar het oordeel van de rechtbank sprake. De door verdachte in zijn tweets genoemde gay pride zou immers daadwerkelijk plaatsvinden. Bovendien zou [B] daaraan zelf deelnemen. De tweets laten er verder geen misverstand over bestaan dat er gedurende die dag homoseksuelen moeten of zullen worden gedood. Verdachte had op internet in elk geval 78 volgers die van zijn tweets op de hoogte konden zijn, nog afgezien van de mogelijkheid ook zonder twitteraccount hiervan kennis te nemen. Op het moment dat [B] kennis nam van de bedreigende teksten was bovendien nog niet bekend wie hier achter zat en in hoeverre aan de intenties van de bedreiger kon worden getwijfeld. Tenslotte is ook op geen enkele andere wijze gebleken van feiten en omstandigheden op grond waarvan [B] de inhoud van de tweets niet serieus had mogen nemen. Sterker nog: hij is er door een onbekend gebleven melder op geattendeerd dat er sprake was van een bedreiging.
De rechtbank oordeelt met betrekking tot feit 2, met de officier van justitie, dat alle genoemde tweets als beledigend voor homoseksuelen zijn te beschouwen. Met dien verstande dat de rechtbank ook ten aanzien van dat feit de verschillende tweets in samenhang heeft beoordeeld en niet los van elkaar.
Ten aanzien van feit 3 concludeert de rechtbank dat verdachte met zijn zes tweets heeft aangezet tot discriminatie van en gewelddadig optreden tegen homoseksuelen. Het standpunt van de officier van justitie en de raadsvrouw dat de tweets 1, 3 en 6 op zichzelf moeten worden beschouwd en, kort gezegd, enkel statements zijn volgt de rechtbank ook in dit geval niet.
Het verweer dat verdachte van de feiten 2 en 3 moet worden vrijgesproken, omdat aan de zijde van verdachte sprake zou zijn van een verward betoog dat bovendien niet is gericht op homoseksuelen in hun algemeenheid, maar tegen homo’s die zich in het openbaar, meer in het bijzonder de gay pride, opzichtig uitdossen en profileren. In verband hiermee stelt de rechtbank vast dat verdacht bij de politie inderdaad heeft verklaard: “Met gesloten homoclubs hebben we geen enkel probleem, ja, alle homo’s moeten wel de wereld uit, maar ik heb wel problemen met het uitbundig uitdossen in een vrije maatschappij, dat kinderen dit ook zien.”. Dit – naar het oordeel van de rechtbank overigens weinig genuanceerde standpunt – heeft verdachte echter aan zijn berichtgeving op internet niet toegevoegd. Reeds daarom gaat het betoog van de raadsvrouw niet op. Ook voor het overige komen de feiten en omstandigheden in de onderhavige zaak niet overeen met de feiten en omstandigheden die in de eerdergenoemde uitspraak van deze rechtbank hebben geleid tot vrijspraak. De rechtbank verwerpt het verweer van de raadsvrouw dan ook.
Wat betreft de overige beslispunten sluit de rechtbank zich aan bij hetgeen de officier van justitie, zoals hierboven weergegeven, naar voren heeft gebracht en komt zij tot de volgende bewezenverklaring.
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte:
Ten aanzien van het onder 1 ten laste gelegde feit:
in de periode van 11 juli 2012 tot en met 13 juli 2012 te Amsterdam en te [plaats], onder de gebruikersnaam"@[naam 1]" [B] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, immers heeft verdachte opzettelijk voornoemde [B] via de internetdienst Twitter dreigend een aantal tweets toegevoegd met respectievelijk de volgende inhoud:
- "Niks is voor gore kanker homo's wij zijn falicant tegen gore kanker Homo's. Die!! " en/of
- "Amsterdamse Ajax [A] aanhang op de homo parade in de grachten absoluut tegen homo's protesteren vuurwerk op boten gooien en rellen!!!" en
- "Wij laten de mooie grachten niet vergooren door de homo pedofielen parade de gore pedofielen kanker konteneukers" en
- "Dit jaar met de gay pride zorgen wij voor problemen alle homo’s moeten dood" en/of
- "Amsterdammers ga met de gay pride 4 augustus toch Hell creeeren tegen die
kankerhomo's ga rellen met homo's en vuurwerk gooien" en
- "Alle deelnemers aan de gay parade in onze grachten worden dit jaar
vermoord door ons de Hells Angels "Big Red Machines!";
Ten aanzien van het onder 2 ten laste gelegde feit:
in de periode van 11 juli 2012 tot en met 13 juli 2012 te Amsterdam en [plaats], zich in het openbaar, bij geschrift, opzettelijk beledigend heeft uitgelaten over een groep mensen, te weten homoseksuelen, wegens hun homoseksuele gerichtheid, door onder de gebruikersnaam "@[naam 1]" de navolgende tweets via de internetdienst Twitter op het internet te plaatsen:
- "Niks is voor gore kanker homo's wij zijn falicant tegen gore kanker Homo's.
Die!! " en/of
- "Amsterdamse Ajax [A] aanhang op de homo parade in de grachten absoluut
tegen homo's protesteren vuurwerk op boten gooien en rellen!!!" en/of
- "Wij laten de mooie grachten niet vergooren door de homo pedofielen parade
de gore pedofielen kanker konteneukers" en/of
- "Dit jaar met de gay pride zorgen wij voor problemen alle homo's moeten
dood" en/of
- "Amsterdammers ga met de gay pride 4 augustus toch Hell creeeren tegen die
kankerhomo's ga rellen met homo's en vuurwerk gooien" en/of
- "Alle deelnemers aan de gay parade in onze grachten worden dit jaar
vermoord door ons de Hells Angels "Big Red Machines!";
Ten aanzien van het onder 3 ten laste gelegde feit:
in de periode van 11 juli 2012 tot en met 13 juli 2012 te Amsterdam en te [plaats], in het openbaar, bij geschrift heeft aangezet tot discriminatie, als bedoeld in artikel 90 quater Wetboek van Strafrecht, van mensen, te weten homoseksuelen en gewelddadig optreden tegen mensen, te weten homoseksuelen wegens seksuele
gerichtheid, door onder de gebruikersnaam "@[naam 1]" de
navolgende tweets via de internetdienst Twitter op het internet te
plaatsen:
- "Niks is voor gore kanker homo's wij zijn falicant tegen gore kanker Homo's.
Die!! " en/of
- "Amsterdamse Ajax [A] aanhang op de homo parade in de grachten absoluut
tegen homo's protesteren vuurwerk op boten gooien en rellen!!!" en/of
- "Wij laten de mooie grachten niet vergooren door de homo pedofielen parade
de gore pedofielen kanker konteneukers" en/of
- "Dit jaar met de gay pride zorgen wij voor problemen alle homo's moeten
dood" en/of
- "Amsterdammers ga met de gay pride 4 augustus toch Hell creeeren tegen die kankerhomo's ga rellen met homo's en vuurwerk gooien" en/of
- "Alle deelnemers aan de gay parade in onze grachten worden dit jaar vermoord door ons de Hells Angels "Big Red Machines!".
Het in de tenlastelegging opgenomen woord “deelneemers” is verbeterd aangezien dit een kennelijke verschrijving is. Verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.
De rechtbank grondt haar beslissing dat verdachte het bewezen geachte heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat. In de gevallen waarin de wet dat voorschrijft, zal dit vonnis met die bewijsmiddelen worden aangevuld
5. De strafbaarheid van de feiten
De bewezen geachte feiten zijn volgens de wet strafbaar. Het bestaan van een rechtvaardigingsgrond is niet aannemelijk geworden.
6. De strafbaarheid van verdachte
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dan ook strafbaar.
7. Motivering van de straffen en maatregelen
7.1. De strafeis van de officier van justitie
De officier van justitie heeft bij requisitoir gevorderd dat verdachte zal worden veroordeeld tot een voorwaardelijke taakstraf van 60 uur, met een proeftijd van 2 jaar, te vervangen door 30 dagen hechtenis.
Ter onderbouwing van zijn strafeis heeft hij het volgende naar voren gebracht.
Het lijkt erop dat de acceptatie van homoseksuelen de laatste jaren een klap heeft opgelopen. Het is huidig overheidsbeleid deze situatie om te buigen naar een verdergaande acceptatie. Homoseksuelen hebben het recht net als andere Nederlanders vrij en onbekommerd van de hun toekomende burgerrechten te genieten. Met de uitlatingen van verdachte wordt een wenselijke ontwikkeling op grove wijze doorkruist. Zijn uitlatingen dragen bij aan een klimaat waarin de kans op een discriminerende en gewelddadige bejegening van homoseksuelen groter wordt. Dit is verdachte ernstig kwalijk te nemen. De op te leggen straf dient verdachte duidelijk te maken hoezeer de samenleving zijn uitlatingen veroordeelt en verafschuwt. Tevens dient deze straf ter algemene preventie.
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vorderingen tenuitvoerlegging moeten worden afgewezen en heeft daarbij gewezen op het volgens de officier gevoerde beleid van de rechtbank dat in het geval van ongelijksoortige strafbare feiten een vordering tenuitvoerlegging wordt afgewezen.
7.2. Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft primair bepleit dat verdachte integraal wordt vrijgesproken.
Subsidiair heeft zij een voorwaardelijke werkstraf van 20 uur bepleit, waarbij de raadsvrouw heeft verzocht rekening te houden met de gecompliceerde persoonlijkheidsstructuur van verdachte en de, daarmee samenhangende, omstandigheid dat verdachte momenteel een rechterlijke machtiging heeft.
7.3. Het oordeel van de rechtbank
Verdachte heeft in een kort tijdsbestek zes tweets geplaatst met een voor homoseksuelen zeer kwetsende, bedreigende en gewelddadige inhoud. De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan bedreiging van aangever [B] en het beledigen en aanzetten tot discriminatie van en gewelddadig optreden tegen een groep mensen wegens hun homoseksuele gerichtheid.
Het krenken van anderen vanwege onder andere hun ras, godsdienst of seksuele geaardheid – kortom het wezen van een persoon – is verwerpelijk. Genoemde uitlatingen van verdachte zijn vernederend voor degene tegen wie ze gericht zijn, terwijl het niet mogelijk zich er op basis van argumenten tegen te verdedigen.
Aangever [B] heeft verklaard dat hij zich na het lezen van de twitterberichten gekwetst, gediscrimineerd en bedreigd voelde. Hij vindt het heel erg dat iemand hem dood wil hebben, alleen omdat hij homoseksueel is.
Bovengenoemde gedragingen zijn bovendien niet alleen beledigend en kwetsend voor de directe slachtoffers, bij wie het gevoel wordt gewekt niet te mogen bestaan, maar het wekt ook beroering in de samenleving en druist in tegen in die samenleving gerespecteerde normen en waarden. In Nederland moet iedereen, ongeacht zijn seksuele geaardheid, van de zich hem toekomende burgerrechten kunnen genieten en zich veilig kunnen voelen.
Deze feiten zijn zodanig ernstig dat naar het oordeel van de rechtbank alleen kan worden volstaan met een (gedeeltelijk voorwaardelijke) gevangenisstraf. De rechtbank heeft bij het bepalen van de hoogte van de op te leggen gevangenisstraf staf aansluiting gezocht bij de hoogte van de door de officier van justitie geëiste werkstraf.
Verdachte heeft niet willen meewerken aan de totstandkoming van een (psychologische en/of psychiatrische) rapportage. De rechtbank heeft in die zin weinig aanknopingspunten de persoon van verdachte mee te laten wegen bij het opleggen van een straf. De omstandigheid dat verdachte momenteel op grond van een rechterlijke machtiging in een kliniek voor geestelijke gezondheidszorg verblijft, maakt wel dat de rechtbank het thans onwenselijk acht dat hij terug moet naar de gevangenis.
De rechtbank heeft geconstateerd dat verdachte zich de afgelopen vijf jaar niet heeft schuldig gemaakt aan vergelijkbare strafbare feiten.
De gekwalificeerde feiten staan tot elkaar in een relatie van meerdaadse samenloop, omdat het gaat om verschillende misdrijven met een verschillend karakter, waarvan de gelijktijdigheid niet wezenlijk is. Ook gaan de feiten niet in elkaar op. Dit betekent dat maximaal een derde boven de hoogste maximale gevangenisstraf die op de bewezen verklaarde feiten is gesteld, kan worden opgelegd. Aan dat maximum komt de rechtbank in dit geval echter bij lange na niet toe.
Vorderingen tenuitvoerlegging
Ten aanzien van vonnis politierechter Leeuwarden van 9 maart 2012 (17/227351-11)
Bij de stukken bevindt zich de op 8 augustus 2012 ter griffie van deze rechtbank ontvangen vordering van de officier van justitie in het arrondissement Amsterdam, in de zaak met parketnummer 17/227351-11, betreffende het onherroepelijk geworden vonnis d.d. 9 maart 2012 van de politierechter te Leeuwarden, waarbij verdachte is veroordeeld tot een gevangenisstraf van een week, met bevel dat deze straf niet tenuitvoergelegd zal worden, tenzij de rechter later anders mocht gelasten op grond dat veroordeelde zich voor het einde van een op 2 jaar bepaalde proeftijd aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Gebleken is dat verdachte zich voor het einde van voornoemde proeftijd aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt, zoals naar voren komt uit de verdere inhoud van dit vonnis. De rechtbank ziet desondanks geen aanleiding de tenuitvoerlegging van die voorwaardelijke straf te gelasten. Verdachte verblijft momenteel op grond van een rechterlijke machtiging in een kliniek en wordt daar, naar mag worden aangenomen, behandeld. Het uitzitten van een gevangenisstraf zou thans een onwenselijke onderbreking betekenen van die behandeling.
Ten aanzien van vonnis politierechter Breda van 1 juli 2011 (02/023408-11)
Bij de stukken bevindt zich ook de op 31 juli 2012 ter griffie van deze rechtbank ontvangen vordering van de officier van justitie in het arrondissement Amsterdam, in de zaak met parketnummer 02/023408-11, betreffende het onherroepelijk geworden vonnis d.d. 1 juli 2011 van de politierechter te Breda, waarbij verdachte is veroordeeld tot twee weken gevangenisstraf, met bevel dat deze straf niet tenuitvoergelegd zal worden, tenzij de rechter later anders mocht gelasten op grond dat veroordeelde zich voor het einde van een op 2 jaar bepaalde proeftijd aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Gebleken is dat verdachte zich voor het einde van voornoemde proeftijd aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt, zoals naar voren komt uit de verdere inhoud van dit vonnis. Op dezelfde grond als hiervoor genoemd wijst de rechtbank ook deze vordering tenuitvoerlegging af.
8. Toepasselijke wettelijke voorschriften
De op te leggen straf is gegrond op de artikelen 14a, 14b, 14c, 57, 137c, 137d en 285 van het Wetboek van Strafrecht.
Deze wettelijke voorschriften zijn toepasselijk zoals geldend ten tijde van het bewezen geachte.
De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.
Verklaart bewezen dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 3 is vermeld.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op:
Meerdaadse samenloop van:
Ten aanzien van het onder 1 ten laste gelegde feit
Bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht.
Ten aanzien van het onder 2 ten laste gelegde feit
Zich in het openbaar bij geschrift opzettelijk beledigend uitlaten over een groep mensen wegens hun homoseksuele gerichtheid.
Ten aanzien van het onder 3 ten laste gelegde feit
In het openbaar bij geschrift aanzetten tot discriminatie van mensen en gewelddadig optreden tegen persoon of goed van mensen wegens hun homoseksuele gerichtheid.
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte, [verdachte], daarvoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 30 (zegge: dertig) dagen.
Beveelt dat de tijd die door veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van die straf in mindering gebracht zal worden.
Beveelt dat een gedeelte, groot 18 (zegge: achttien dagen), van deze gevangenisstraf niet tenuitvoergelegd zal worden, tenzij later anders wordt gelast.
Stelt daarbij een proeftijd van 2 (zegge: twee) jaar vast.
De tenuitvoerlegging kan worden gelast indien veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd aan een strafbaar feit schuldig maakt.
Wijst af de tenuitvoerlegging van de bij genoemd vonnis van de politierechter te Leeuwarden van 9 maart 2012 (parketnummer: 17/227351-11) opgelegde voorwaardelijke straf.
Wijst af de tenuitvoerlegging van de bij genoemd vonnis van de politierechter te Breda van
1 juli 2011 (parketnummer 02/023408-11) opgelegde voorwaardelijke straf.
Dit vonnis is gewezen door
mr. J. Piena, voorzitter,
mrs. KA. Brunner en C.A.E. Wijnker, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. H. van der Schaft, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 30 januari 2013.
Bijlage: de volledige tenlastelegging
hij op één op meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 11 juli 2012 tot en met 13 juli 2012 te Amsterdam en/of te [plaats], in elke geval in Nederland, onder de gebruikersnaam/twitternaam: "@[naam 1]" (telkens) een groep personen, te weten homoseksuelen en/of heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling, immers heeft verdachte opzettelijk voornoemde homoseksuelen en [B] via de internetdienst Twitter dreigend een (groot) aantal tweets/woorden toegevoegd met (respectievelijk) de volgende inhoud:
- "Niks is voor gore kanker homo's wij zijn falicant tegen gore kanker Homo's. Die!! " en/of
- "Amsterdamse Ajax [A] aanhang op de homo parade in de grachten absoluut tegen homo's protesteren vuurwerk op boten gooien en rellen!!!" en/of
- "Wij laten de mooie grachten niet vergooren door de homo pedofielen parade de gore pedofielen kanker konteneukers" en/of
- "Dit jaar met de gay pride zorgen wij voor problemen alle homo’s moeten dood" en/of
- "Amsterdammers ga met de gay pride 4 augustus toch Hell creeeren tegen die
kankerhomo's ga rellen met homo's en vuurwerk gooien" en/of
- "Alle deelneemers aan de gay parade in onze grachten worden dit jaar
vermoord door ons de Hells Angels "Big Red Machines!", althans (telkens)
woorden/tweets van gelijke dreigende aard of strekking,
hij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 11 juli 2012 tot en met 13 juli 2012 te Amsterdam en/of [plaats], in elk geval in Nederland, zich in het openbaar, bij geschrift of afbeelding, opzettelijk beledigend heeft uitgelaten over een groep mensen, (te weten homoseksuelen,) wegens hun homoseksuele gerichtheid, door onder de g gebruikersnaam/twitternaam "@[naam 1]" de navolgende woorden/tweets via de internetdienst Twitter op het internet te plaatsen:
- "Niks is voor gore kanker homo's wij zijn falicant tegen gore kanker Homo's.
Die!! " en/of
- "Amsterdamse Ajax [A] aanhang op de homo parade in de grachten absoluut
tegen homo's protesteren vuurwerk op boten gooien en rellen!!!" en/of
- "Wij laten de mooie grachten niet vergooren door de homo pedofielen parade
de gore pedofielen kanker konteneukers" en/of
- "Dit jaar met de gay pride zorgen wij voor problemen alle homo's moeten
dood" en/of
- "Amsterdammers ga met de gay pride 4 augustus toch Hell creeeren tegen die
kankerhomo's ga rellen met homo's en vuurwerk gooien" en/of
- "Alle deelneemers aan de gay parade in onze grachten worden dit jaar
vermoord door ons de Hells Angels "Big Red Machines!", althans (telkens)
woorden/tweets van gelijke dreigende aard of strekking;
hij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 11 juli 2012 tot en met 13 juli 2012 te Amsterdam en/of te [plaats], in elk geval in Nederland, in het openbaar, bij geschrift of afbeelding, heeft aangezet tot haat tegen en/of discriminatie, als bedoeld in artikel 90 quater Wetboek van Strafrecht, van mensen, (te weten homoseksuelen) en/of gewelddadig optreden tegen persoon of goed van mensen, (te weten homoseksuelen) wegens seksuele
gerichtheid, door onder de gebruikersnaam/twitternaam "@[naam 1]" de
navolgende woorden/tweets via de internetdienst Twitter op het internet te
plaatsen:
- "Niks is voor gore kanker homo's wij zijn falicant tegen gore kanker Homo's.
Die!! " en/of
- "Amsterdamse Ajax [A] aanhang op de homo parade in de grachten absoluut
tegen homo's protesteren vuurwerk op boten gooien en rellen!!!" en/of
- "Wij laten de mooie grachten niet vergooren door de homo pedofielen parade
de gore pedofielen kanker konteneukers" en/of
- "Dit jaar met de gay pride zorgen wij voor problemen alle homo's moeten
dood" en/of
- "Amsterdammers ga met de gay pride 4 augustus toch Hell creeeren tegen die kankerhomo's ga rellen met homo's en vuurwerk gooien" en/of
- "Alle deelneemers aan de gay parade in onze grachten worden dit jaar vermoord door ons de Hells Angels "Big Red Machines!", althans (telkens) woorden/tweets van gelijke dreigende aard of strekking;