Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
- het tussenvonnis van 27 maart 2013
- de conclusie van antwoord in reconventie, met producties
- het proces-verbaal van comparitie van 23 april 2013,
- de akte overlegging nadere producties van de curator, met producties
- de akte uitlating nadere producties tevens houdende overlegging producties van [eiseres in conventie], met producties
- de akte houdende uitlating ex artikel 2.11 Procesreglement van de curator, met productie.
2.De feiten
3.Het geschil
in conventie
€ 1.000.000,--, althans dat de omvang van de vordering nader dient te worden opgemaakt bij staat, met veroordeling van de curator in de proceskosten. [eiseres in conventie] baseert haar vordering op de stelling dat [gedaagde in conventie] onrechtmatig jegens haar heeft gehandeld. [gedaagde in conventie] deed immers het feitelijk beheer van [eiseres in conventie] en heeft als zodanig [naam 3] als statutair bestuurder van [eiseres in conventie] laten inschrijven in het Tsjechische handelsregister. [gedaagde in conventie] heeft vervolgens [naam 3] de overeenkomst met de gemeente laten tekenen namens [eiseres in conventie], wetende althans behorende te weten van de onbevoegdheid van [naam 3]. De schade bestaat uit de waardevermindering van het perceel door de splitsing in twee afzonderlijke percelen en door het verlies van twee hectare grond.
4.De beoordeling
in conventie
€ 8.027,50
5.De beslissing
€ 9.463,50 (zegge negenduizend vierhonderddrieënzestig euro en vijftig cent);