Uitspraak
DEXIA NEDERLAND B.V.,
- de dagvaarding van 16 december 2011 van Dexia, met producties.
- de conclusie van antwoord in conventie en van eis in reconventie van [gedaagde], met producties.
- Bij tussenvonnis van 16 mei 2012 is bepaald dat de onderhavige zaak schriftelijk zal worden. Vervolgens zijn ingediend.
- de conclusie van repliek in conventie en van antwoord in reconventie van Dexia, met producties,
- de conclusie van dupliek in conventie en van repliek in reconventie van [gedaagde], met producties,
- de conclusie van dupliek in reconventie van Dexia.
Beide partijen waren daarbij aanwezig. Partijen hebben verschillende aanvullende
stukken overgelegd.
van € 1.698,80 aan dividend en een bedrag van € 8.585,41 aan uitkeringen) aan dividenden en andere voordelen ontvangen.
3.Vordering Dexia
4.Vordering in reconventie
5.Beoordeling van de vorderingen
29 juli 2005 door Dexia bekend was met de lease-overeenkomsten.
van een zelfde gebeurtenis, namelijk het voortdurende onbeschermd blijven van de wederpartij tegen de gevaren van eigen lichtvaardigheid of gebrek aan inzicht door de voortdurende niet-nakoming door Dexia van haar zorgplicht. Hieruit volgt dat bij de vaststelling van de te vergoeden schade die voor de wederpartij uit een bepaalde overeenkomst tot effectenlease is voortgevloeid, het door de wederpartij genoten voordeel uit (andere) overeenkomsten die met een batig saldo zijn geëindigd in mindering moet worden gebracht, althans voor zover dit redelijk is. De zojuist bedoelde toerekening van voordeel dient plaats te vinden vóór de vermindering van de vergoedingsplicht van Dexia op grond van artikel 6:101 BW. Deze vermindering kan immers slechts plaatsvinden nadat de te vergoeden schade is vastgesteld en juist hierop ziet het in mindering te brengen voordeel uit (andere) overeenkomsten die met een batig saldo zijn geëindigd.
van een zelfde gebeurtenis, namelijk het voortdurende onbeschermd blijven van de wederpartij tegen de gevaren van eigen lichtvaardigheid of gebrek aan inzicht door de voortdurende niet-nakoming door Dexia van haar zorgplicht . Dat betekent dat het geleden verlies in mindering dient te worden gebracht op het eerder vastgestelde batig saldo, mits het overeenkomsten betreffen welke zijn geëindigd vanaf een tijdstip gelegen één jaar vóór het aangaan van de in de onderhavige procedure betrokken lease-overeenkomsten.
welhad behoren te ontraden omdat daardoor naar redelijke verwachting
weleen onaanvaardbaar zware financiële last op [gedaagde] werd gelegd. In navolging van het Amsterdamse hof is de kantonrechter van oordeel dat de door [gedaagde] gestelde schade aan door haar betaalde termijnen/inleg voor 1/3 deel voor rekening van [gedaagde] behoort te blijven.
12 september 2006, 23 en 31 maart 2006.
12 september 2006 tot aan de dag der algehele voldoening;