4.4.1Ten aanzien van [betrokkene 1]
Periode
De berekening in het rapport van het wederrechtelijk verkregen voordeel van [verdachte] met betrekking tot [betrokkene 1] loopt binnen de periode waarover de veroordeling van [verdachte] ter zake van mensenhandel is uitgesproken, namelijk 1 juli 2006 tot en met 15 juli 2007. De berekening over deze periode wordt in twee gedeelten weergegeven. Het ene gedeelte betreft de periode 1 januari 2007 tot en met 8 juli 2007, waarover [betrokkene 1] haar inkomsten en onkosten uit haar prostitutiewerkzaamheden heeft bijgehouden in een overzichtsboekje. Op basis van het gemiddelde inkomen per werkdag in die periode is de resterende periode, te weten 1 juli 2006 tot en met 31 december 2006, berekend. De periode van 9 juli 2007 tot en met 15 juli 2007 is in het voordeel van [verdachte] niet meegerekend.
Inkomsten van [betrokkene 1] in de periode 1 januari 2007 tot en met 8 juli 2007
Uit een overzichtsboekje van [betrokkene 1] blijkt volgens het rapport dat zij in de periode van 1 januari 2007 tot en met 8 juli 2007 142 dagen heeft gewerkt en een bedrag van € 60.965,- heeft verdiend. De kamerhuur voor haar prostitutiewerkzaamheden over die periode bedroeg € 17.120,-. De na aftrek van de kamerhuur overblijvende inkomsten voor [betrokkene 1] over die periode bedroegen € 43.575,-. De gemiddelde inkomsten van [betrokkene 1] per werkdag bedroegen € 43.575,-/142 werkdagen = (afgerond) € 306,-, waarvan € 30,- per werkdag aan onkosten dient te worden afgetrokken. Dit komt neer op een bedrag van € 39.192,-.
142 werkdagen x € 306,- inkomsten per dag = € 43.452,- - (minus)
142 werkdagen x € 30,- onkosten per dag =
€ 4.260,-
= € 39.192,-
Inkomsten van [betrokkene 1] in de periode 1 juli 2006 tot en met 31 december 2006 (extrapolatie)
De periode 1 juli 2006 tot en met 31 december 2006 bestaat uit 184 dagen gedeeld door 7 (aantal dagen per week) = (184/7) 26 weken. In het voordeel van [verdachte] worden daar twee weken vakantie van afgetrokken. Dat betekent dat er sprake is van 24 werkweken. De rechtbank gaat - zoals weergegeven onder 4.1.2 van dit vonnis - uit van een vijfdaagse werkweek. Dit brengt het totaal aantal werkdagen op 24 x 5 = 120 werkdagen. Voor de inkomsten per dag is uitgegaan van € 306,- waarvan per dag € 30,- aan onkosten dient te worden afgetrokken. Dit komt neer op een bedrag van € 33.120,-.
120 werkdagen x € 306,- inkomsten per dag = € 36.720,- - (minus)
120 werkdagen x € 30,- onkosten per dag =
€ 3.600,-
= € 33.120,-
Pondspondsgewijze verdeling
Gelet op de onderstaande overwegingen in het rapport, gaat de rechtbank uit van een gelijke verdeling van de inkomsten tussen [betrokkene 1] en [verdachte].
- De vermelding op de eerste pagina van het overzichtsboekje van [betrokkene 1]: “
- De verklaring van [betrokkene 1] dat het door haar verdiende geld werd opgemaakt door haar en [verdachte].
- De verklaring van [betrokkene 1] dat zij nooit geld gaf aan [verdachte], maar dat hij dat zelf pakte.
- De geldbedragen die werden overgemaakt door [betrokkene 1] naar [verdachte] op [plaats].
- De frequente verantwoording die [betrokkene 1] over haar inkomsten moest afleggen tegenover [verdachte].
- In het algemeen de modus operandi van [verdachte].
Hoogte wederrechtelijk verkregen voordeel voor [verdachte] in de periode 1 juli 2006 tot en met 31 december 2006
Bij een pondspondsgewijze verdeling is het wederrechtelijk voordeel van [verdachte] uit de prostitutiewerkzaamheden van [betrokkene 1] over de periode 1 juli 2006 tot en met 31 december 2006: € 33.120,- / 2 = € 16.560,-
Hoogte wederrechtelijk verkregen voordeel voor [verdachte] in de periode 1 januari 2007 tot en met 8 juli 2007
Bij een pondspondsgewijze verdeling is het wederrechtelijk voordeel van [verdachte] uit de prostitutiewerkzaamheden van [betrokkene 1] over de periode 1 januari 2007 tot en met 8 juli 2007: € 39.192,- / 2 = € 19.596,-.
Het totale wederrechtelijk verkregen voordeel voor [verdachte] met betrekking tot [betrokkene 1]:
Het voordeel over de periode 1 juli 2006 tot en met 31 december 2006 = € 16.560,-
Het voordeel over de periode 1 januari 2007 tot en met 8 juli 2007
= € 19.596,-+ (plus)
= € 36.156,-
4.4.2Ten aanzien van [betrokkene 2]
Periode
De berekening in het rapport van het wederrechtelijk verkregen voordeel van [verdachte] met betrekking tot [betrokkene 2] loopt binnen de periode waarover de veroordeling van [verdachte] ter zake van mensenhandel is uitgesproken, namelijk 1 juli 2006 tot en met 15 juli 2007. [betrokkene 2] heeft over de periode 1 december 2005 tot en met 5 mei 2006 haar inkomsten en onkosten uit haar prostitutiewerkzaamheden bijgehouden in een overzichtsboekje. Op basis van het gemiddelde inkomen per werkdag in die periode is het gemiddelde inkomen per werkdag bepaald in de periode van 1 juli 2006 tot en met 15 juli 2007. Ook deze periode wordt in twee gedeelten weergegeven in het rapport. Het eerste gedeelte is de periode van 1 juli 2006 tot en met 13 maart 2007. Het tweede gedeelte is de periode gedurende welke het onderzoek liep, te weten 14 maart 2007 tot en met 10 juli 2007. Dit is de periode waarin tapgesprekken beschikbaar zijn. De periode van 11 juli 2007 tot en met 15 juli 2007 is in het voordeel van [verdachte] niet meegerekend.
Inkomsten voor [betrokkene 2] in de periode 1 juli 2006 tot en met 13 maart 2007 (extrapolatie)
De periode van 1 juli 2006 tot en met 13 maart 2007 bestaat volgens het rapport uit 256 dagen gedeeld door 7 (aantal dagen per week) = (256/7) 36 weken. In het voordeel van [verdachte] worden daar twee weken vakantie van afgetrokken. Dat betekent dat het gaat om 34 werkweken. [betrokkene 2] heeft bij de rechter-commissaris verklaard dat zij zes dagen per week werkte. De rechtbank gaat daarom overeenkomstig het rapport uit van een zesdaagse werkweek. Dit brengt het totaal aantal werkdagen op 34 x 6 = 204 werkdagen. Uit het notitieboekje dat [betrokkene 2] over de periode 1 december 2005 tot en met 5 mei 2006 heeft bijgehouden blijkt dat [betrokkene 2] in die periode 133 dagen heeft gewerkt en een bedrag van € 71.350,- heeft verdiend. [betrokkene 2] werkte zes dagen per week. De kamerhuur over die periode bedroeg € 14.525,- (€ 14.525,- / 133 dagen = afgerond € 110,- per dag voor de huur van een kamer). De na aftrek van de kamerhuur overblijvende inkomsten van [betrokkene 2] over die periode bedroegen € 56.825,-. (€ 71.350,- - € 14.525). Gemiddeld verdiende [betrokkene 2] per werkdag in die periode dus € 427,- (€ 56.825,- / 133). Hiervan dienen per dag € 30,- aan onkosten te worden afgetrokken. Dit komt neer op een bedrag van € 80.988,-
204 werkdagen x € 427- inkomsten per dag = € 87.108,-
204 werkdagen x € 30,- onkosten per dag =
€ 6.120,-- (minus)
= € 80.988,-
Inkomsten voor [betrokkene 2] in de periode 14 maart 2007 tot en met 8 juli 2007 (extrapolatie)
De periode van 14 maart 2007 tot en met 8 juli 2007 bestaat volgens het rapport uit 117 dagen, gedurende welke [betrokkene 2] 19 dagen vakantie heeft gehad. Er blijven dan 98 dagen over, een periode van 14 weken. Met zes werkdagen per week komt dat uit op (14 x 6) = 84 dagen. Voor de inkomsten per dag wordt uitgegaan van € 377,- (€ 427,- - € 50,- zijnde de extra huurkosten als weergegeven onder 4.2.1. van dit vonnis). Hiervan dient per dag € 30,- aan onkosten te worden afgetrokken. Ook dient van dit bedrag de onder 4.2.2 weergegeven kostenpost te worden afgetrokken, te weten de zes weken waarin [betrokkene 2] maar voor de helft heeft kunnen werken omdat zij [verdachte] verzorgde. Dit komt neer op 6 weken x 6 werkdagen x € 377,- (dagopbrengst) = € 13.572,- / 2 = € 6.786,-.
84 werkdagen x € 377- inkomsten per dag = € 31.668,-
84 werkdagen x € 30,- onkosten per dag = € 3.600,- - (minus)
6 weken x 6 werkdagen x € 377,- / 2 =
€ 6.786,-- (minus)
€ 21.282,-
Pondspondsgewijze verdeling
Gelet op de onderstaande overwegingen in het rapport gaat de rechtbank uit van een gelijke verdeling van de inkomsten tussen [betrokkene 2] en [verdachte].
- De opmerking van [geboorteplaats] tegen [verdachte] dat [betrokkene 2] voor hem toch belangrijker was
- De toestemming die [betrokkene 2] aan [verdachte] vroeg voor het uitgeven van door haar zelf verdiend geld en ook voor het beëindigen van haar werkdag als prostituee.
- De geldbedragen die werden overgemaakt door [betrokkene 2] naar [verdachte] op [plaats].
- De verantwoording die [betrokkene 2] over haar inkomsten moest afleggen aan [verdachte].
- In het algemeen de modus operandi van [verdachte].
Hoogte wederrechtelijk verkregen voordeel in de periode 1 juli 2006 tot en met 13 maart 2007
Bij een pondspondsgewijze verdeling is het wederrechtelijk voordeel van [verdachte] uit de prostitutiewerkzaamheden van [betrokkene 2] over de periode 1 juli 2006 tot en met 13 maart 2007:
€ 80.988,- / 2 = € 40.494,-
Hoogte wederrechtelijk verkregen voordeel in de periode 13 maart 2007 tot en met 8 juli 2007
Bij een pondspondsgewijze verdeling is het wederrechtelijk voordeel van [verdachte] uit de prostitutiewerkzaamheden van [betrokkene 2] over de periode 1 januari 2007 tot en met 8 juli 2007: € 21.282,- / 2 = € 10.641,-
Het totale wederrechtelijk verkregen voordeel met betrekking tot [betrokkene 2]:
Het voordeel over de periode 1 juli 2006 tot en met 31 december 2006 = € 40.494,-
Het voordeel over de periode 1 januari 2007 tot en met 8 juli 2007
= € 10.641,-
=
€ 51.135,-