Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
Na verder debat hebben partijen verzocht vonnis te wijzen.
2.De feiten
Bovendien verbinden de leden van de PvdA-Eurodelegatie zich tot de volgende aanvullende gedragsregels:
De commissie heeft, als gebruikelijk, begin 2010 de leden van de in 2009 aangetreden delegatie (…) gevraagd te rapporteren hoe de ontvangen algemene onkostenvergoeding is besteed. [eiseres], wier woonplaats [woonplaats eiseres] is, heeft bij haar rapportage de commissie verzocht het volledige bedrag van de dagvergoeding te mogen behouden, in plaats van het afgesproken een derde deel, daar zij van plan was in Nederland een pied à terre te verwerven om van daaruit haar Nederlandse partij- en achterbancontacten te kunnen onderhouden. De commissie heeft hierin niet willen bewilligen.
Ten aanzien van deze gelden heb ik diverse keren gevraagd op welke wijze ik dit moet terugstorten aan het EP. Per maand/jaar/mandaat? De code zegt hierover niets. Berekend per dag of forfaitair? Ook heb ik de vraag gesteld op welke wijze ik de dagvergoeding kon gebruiken en voor welke toepassingen. Daar het doel van deze gelden een tegemoetkoming in woon-werk-kieskringkosten is, heb ik geïnformeerd of dat dan ook andersom richting Nederland gold. (…) Op geen enkel moment heb ik mij aan de gedragscode onttrokken. Noch om uitzonderingen gevraagd. Dit blijkt ook geen moment uit de correspondentie die ik gearchiveerd op datum graag ter beschikking stel.”
Het is juist wat jij stelt dat de gedragscode niet aangeeft op welke wijze jij teveel ontvangen bedragen moet terugstorten aan het Europees parlement. Anders dan jij aangeeft kan de commissie evenwel nergens in onze archieven of in onze correspondentie enige vraag terugvinden hierover. Wel vindt de commissie in onze archieven twee verzoeken van je over een mogelijk andere besteding van de teveel ontvangen bedragen. Je geeft in je mail van 26 juni aan dat je jouw correspondentie graag ter beschikking stelt. De commissie is gaarne bereid de betreffende aanvullingen op het eigen archief, waaruit blijkt dat je vragen hebt gesteld over de wijze van terugbetalen, van je ontvangen. (…)
(…) ontvingen Hans [naam 8] en ik een dik pak van [eiseres] belastingadviseur. (…) Eveneens zaten daarbij de door de diensten van het EP gewaarmerkte uittreksels uit het tekenregister, waarbij opvalt dat er een gewaarmerkt uittreksel bij zit dat gedateerd is van voor de brief die [eiseres] ons vorig jaar zond, waarin ze liet wetennietover deze gegevens te kunnen beschikken, zonder de diensten te moeten vragen de ‘onderste steen boven te moeten halen’ en daartoe niet bereid te zijn. Over deze inconsistentie zal de commissie haar waarschijnlijk graag nadere vragen willen stellen.
Hoewel de Commissie verbaasd blijft over de vele schimmigheden, onduidelijkheden en tegenstrijdigheden in de berichtgeving van [eiseres] heeft de Commissie geconstateerd dat aan de belangrijkste verplichting – het op grond van het bepaalde in de gedragscode terugstorten van het teveel ontvangen bedrag aan dagvergoedingen – is voldaan, en dat het daarom weinig zinvol is nader met haar in gesprek te gaan (…).
“
Dagvergoeding
De Commissie Naleving Gedragscode is op grond van de door de delegatieleden zelf verstrekte gegevens en informatie en op basis van nadere verklaringen die de Commissie op haar verzoek van de delegatieleden heeft ontvangen van oordeel, dat de leden van de PvdA Eurodelegatie, waar het gaat om de besteding van de algemene onkostenvergoeding en de reductie van de dagvergoedingen integer en in overeenstemming met de afgesproken gedragsregels gehandeld hebben.”
Op 14 oktober heeft [naam 9] de bevindingen en het advies mondeling gedeeld aan het partijbestuur. De adviescommissie kandidaatstelling bracht in haar advies aan het partijbestuur, samengevat, het volgende naar voren dat:
Einde kandidaatstelling als lijsttrekker PvdA Europees parlement.
Wie die kandidaat is dat bepalen we samen. Van 18 tot en met 26 november kunnen de leden na een intensieve campagne en debatperiode hun stem uitbrengen op een van de vier toegelaten kandidaten. (…)
Journaliste: (…) Een Commissie uit uw partij die dat heeft onderzocht, concludeert dat dat late terugbetalen niet alleen aan haar([eiseres], vzr.)
te wijten was, en ook dat ze integer en conform de gedragsregels heeft gehandeld. Dat rapport is pas twee weken oud, hoe kan het dat u tot een andere conclusie komt?
Maar u heeft het niet meer willen aangaan met opnieuw de reuring misschien over die vergoedingen van [eiseres]. Heeft dat misschien meegespeeld in uw besluit?”
[gedaagde 2]: Nee, dat heeft niet meegespeeld in het besluit. Het besluit is eigenlijk maandag, anderhalve week geleden genomen, bijna twee weken geleden, maar daarna was er nog een beroepsmogelijkheid voor [eiseres], en dat heb ik toen ook aangegeven, en daar heeft ze gebruik van gemaakt en ik ben blij dat dat voor de tijd allemaal gesloten is gebleven zodat die procedure goed gevolgd kon worden. (…) kijk integriteit voor ons als Partij van de Arbeid is gewoon een belangrijk onderwerp, en we willen dat dat goed gaat. Daarom hebben we ook onze verantwoordelijkheid genomen om nu in die Commissie naleving om ook die afspraken aan te scherpen, bestuursleden in het zetten, verplichte jaarlijkse terugstorting te doen voor de dagvergoeding. En zo blijven we bezig om iedere keer te kijken waar er gaten zijn waar het gaat om integriteit om die te vullen en tot voorstellen te komen.”
[eiseres] heeft niet meer onkostenvergoedingen ontvangen dan waarop zij volgens de regels van het Europees Parlement recht heeft. De PvdA hanteert echter een eigen Gedragscode, waarvoor [eiseres] getekend heeft (…)
Ik (…) wil dat jullie beiden weten dat ik de correspondentie tussen partijbestuur/partijvoorzitter en de Commissie, persoonlijk als niet verzonden beschouw. (…) In dit bericht verwoord ik nergens de standpunten van de overige leden van de Commissie (…) Duidelijk zal zijn dat het feit dat ik dit bericht op persoonlijke titel schrijf, betekent dat de heren [naam 8] en [naam 7] niet bereid waren tot het nemen van afstand van de correspondentie op deze wijze. De heren [naam 8] en [naam 7] zijn op de hoogte van dit bericht (…).