ECLI:NL:RBAMS:2013:7856
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Betwisting van overeenkomst en cessie in telecom incassozaak
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Amsterdam op 19 november 2013, betreft het een incasso van een gecedeerde vordering door een telecomprovider. Eiseres, die de vordering van Telfort heeft overgenomen, stelt dat gedaagde een overeenkomst met Telfort heeft gesloten. Gedaagde betwist echter dat hij ooit een overeenkomst met Telfort heeft afgesloten en ondersteunt zijn betwisting met getuigenverklaringen uit een parallelle zaak. De kantonrechter oordeelt dat eiseres niet heeft aangetoond dat er een overeenkomst tussen gedaagde en Telfort bestaat, waardoor de cessie van de vordering niet rechtsgeldig is. Dit leidt tot de niet-ontvankelijkheid van de vordering van eiseres.
De procedure begon met een tussenvonnis op 21 augustus 2012, gevolgd door een comparitie van partijen op 25 oktober 2012. Gedurende de procedure zijn er verschillende producties ingediend door beide partijen, waaronder getuigenverklaringen. Gedaagde heeft verklaard dat hij slachtoffer is van identiteitsfraude, waarbij zijn gegevens zijn gebruikt om een contract met Telfort af te sluiten zonder zijn toestemming. De kantonrechter heeft vastgesteld dat gedaagde voldoende gemotiveerd heeft betwist dat hij de overeenkomst met Telfort heeft gesloten.
In reconventie heeft gedaagde een vordering ingesteld voor onverschuldigde betaling van bedragen die Telfort van zijn rekening heeft afgeschreven. De kantonrechter oordeelt dat, aangezien er geen overeenkomst tussen gedaagde en Telfort bestaat, de vordering van gedaagde ook niet kan worden toegewezen. Beide partijen worden veroordeeld in de proceskosten, waarbij eiseres in conventie en gedaagde in reconventie niet-ontvankelijk worden verklaard.