Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.[eiser 1],
[eiser 2],
[eiser 2]
1.De procedure in conventie en (voorwaardelijke) reconventie
- het tussenvonnis van 1 mei 2013,
- het proces-verbaal van comparitie van 13 augustus 2013 en de daarin genoemde stukken, waaronder de conclusie van antwoord in reconventie tevens akte overlegging en uitlating producties.
2.De feiten in conventie en (voorwaardelijke) reconventie
3.Het geschil
in conventie
[eiser 1]van:
a. 11% rente per jaar vanaf 24 oktober 2001 over € 159.321,45;
[eiser 2] in zijn hoedanigheid van vereffenaar van de nalatenschapvan
€ 75.000,00 vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de dag van beslaglegging;
[eiser 2] in persoonvan € 75.000,00 vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de dag van beslaglegging;
[eisers]van:
[eiser 1]:de verklaring/(koop)overeenkomst van 1 november 1999 te ontbinden althans in die zin te wijzigen dat [gedaagde] niet meer gehouden is aan [eiser 1] te betalen;
[eiser 2]:
€ 226.890,36 althans € 34.033,50 vermeerderd met 6% contractuele rente per jaar althans de wettelijke rente van de dag der opeisbaarheid en tot betaling van € 17.010,40 vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 februari 2013;
[eiser 1] en [eiser 2]:
4.De beoordeling
mr. Van Dinter volgt - anders dan [eiser 2] betoogt - niet dat de gestelde afspraak is gemaakt. Hij spreekt hierin slechts de bereidheid uit van [gedaagde] jegens [naam 1] - en dus niet jegens [eiser 2] - om te verdelen, hetgeen iets anders is dan dat zij een afspraak daartoe wil nakomen. Voorts betrekt de rechtbank bij haar oordeel dat de raadsman van [gedaagde] ter zitting onweersproken heeft aangevoerd dat [eiser 2] nergens in de gevoerde correspondentie aanspraak heeft gemaakt op een/derde van de opbrengst.
akte aan de zijde van [gedaagde]. [gedaagde] kan daarin aangeven of, en zo ja, hoe zij bewijs wil leveren en, voor zover zij getuigen wil doen horen, met opgave van verhinderdata van alle betrokkenen in de maanden oktober 2013 tot en met februari 2014. Voor zover [gedaagde] het bewijs uitsluitend wil leveren door het overleggen van bewijsstukken, dienen deze zoveel mogelijk bij genoemde akte te worden overgelegd. [eiser 2] kan hier vervolgens bij
antwoordakteop reageren.
5.De beslissing
20 november 2013voor uitlating door [gedaagde] of zij bewijs wil leveren en, zo ja, of zij dit wil doen door het overleggen van bewijsstukken, door het horen van getuigen en/of door een ander bewijsmiddel;