ECLI:NL:RBAMS:2013:5314
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Wijziging van partneralimentatie en gefaseerde afbouw in het kader van gewijzigde omstandigheden
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 19 juni 2013 uitspraak gedaan in een verzoek tot wijziging van de partneralimentatie. De vrouw, verzoekster, heeft verzocht om een verhoging van de alimentatie van € 750,-- naar € 2.000,-- per maand, onderbouwd met de stelling dat haar inkomen drastisch is gewijzigd door ontslag en gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid. De man, verweerder, heeft verweer gevoerd en een zelfstandig verzoek ingediend om de alimentatie te verlagen en gefaseerd af te bouwen tot nihil in 2016. De rechtbank heeft de feiten en omstandigheden van beide partijen in overweging genomen, waaronder de lange duur van het huwelijk en de veranderde financiële situatie van beide partijen. De rechtbank oordeelde dat er voldoende grond was voor een herbeoordeling van de alimentatieverplichting van de man. De rechtbank heeft geoordeeld dat de huwelijksgerelateerde behoefte van de vrouw is afgenomen en dat de lotsverbondenheid van het huwelijk in de loop der tijd is verminderd. Daarom heeft de rechtbank besloten om de alimentatie gefaseerd af te bouwen, te beginnen met € 750,-- per maand vanaf 1 juli 2013, en eindigend op nihil per 1 januari 2016. Het verzoek van de vrouw om de alimentatie te verhogen is afgewezen, en het zelfstandig verzoek van de man is grotendeels toegewezen. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.